Ergotherapie is belangrijke schakel in geheel van passende zorg
Brede toepassingen
Bij ergotherapie heeft niet iedereen direct een beeld van wat het is. ‘De naamgeving helpt niet’, zegt Lucelle van de Ven. ‘Veel mensen weten niet dat ergo van het Griekse ‘érgon’ komt, dat handeling betekent. Wat ook niet helpt is dat ergotherapie heel lang alleen in de tweede lijn aanwezig is geweest. Pas de laatste 20 jaar is ergotherapie ook beschikbaar in de eerste lijn en dan nog op beperkte schaal. Terwijl de toepassingen zo breed zijn. We zijn een belangrijke schakel in het geheel van passende, paramedische zorg.’
Lucelle van de Ven
Lucelle van de Ven is ergotherapeut en gezondheidswetenschapper. 20 jaar werkte ze bij het Radboudumc, waar ze onderwijs, onderzoek en patiëntenzorg combineerde. In die tijd was ze ook actief als vrijwilliger voor de Vereniging voor Handtherapie. Toen 11 jaar geleden een vacature ontstond bij de beroepsvereniging Ergotherapie Nederland was dat voor haar het moment om over te stappen. Bij de vereniging is Van de Ven verantwoordelijk voor inhoudelijk beleid en kwaliteit.
Kijken naar mogelijkheden van mensen
‘Ergotherapie is een paramedisch beroep dat zich richt op de dagelijkse activiteiten en participatie van mensen, al dan niet met een ziekte of aandoening’, vervolgt Van de Ven. ‘Het kan ook gaan om mensen in een kwetsbare situatie die hun leven niet kunnen leiden zoals ze willen. Ergotherapeuten trainen met patiënten en geven advies over een andere manier van handelen om het uitvoeren van de activiteiten in het dagelijks leven weer mogelijk te maken. Het zit in het bloed van de ergotherapeut om te kijken naar mogelijkheden van mensen.’
Duurdere zorg voorkomen
Er zijn veel plekken in de eerste lijn waar ergotherapeuten hun werk doen: in eerstelijnspraktijken en -behandelcentra, in het onderwijs, bij gemeenten, bedrijven, in loopbaanbegeleiding en in arbeidsintegratie. Verder zijn ouderen, met het toenemende aantal dat thuis blijft wonen, een grote doelgroep van ergotherapeuten. ‘Ergotherapeutische zorg in de eerste lijn kan veel betekenen en vaak veel duurdere zorg in de tweede lijn voorkomen. Het is conform de opdracht zoals die in het IZA staat: welke zorg heeft groot substitutiepotentieel om opnames te verkorten of te voorkomen. Paramedische zorg is daarvoor heel belangrijk.’
Diagnosedoelgroepen
Vanuit Ergotherapie Nederland is daarbij speciale aandacht voor 3 diagnosedoelgroepen: mensen met dementie, vermoeidheid of de ziekte van Parkinson. ‘De vraag is: Als iemand de diagnose heeft, hoe kunnen we dan verergering, opname of andere zorgvragen uitstellen of voorkomen? Zo heeft het Radboudumc het Edomah-programma opgezet. Edomah staat voor Ergotherapie bij Dementerende Ouderen en hun Mantelzorgers Aan Huis. Het is een bewezen effectieve ergotherapierichtlijn voor diagnostiek en behandeling van oudere cliënten met dementie. We hebben door SEO Economisch Onderzoek laten berekenen hoeveel door het programma bespaard wordt. Elke euro die wordt besteed aan de behandeling van thuiswonende patiënten met dementie levert € 7,40 tot € 11,80 op: € 4,40 tot € 8,70 in termen van gezondheidswinst voor de patiënt en mantelzorger samen en € 3,10 besparing op overige zorgkosten. Als alle geregistreerde thuiswonende dementiepatiënten en hun mantelzorgers zouden worden behandeld door een ergotherapeut levert dat netto € 140 tot € 236 aan maatschappelijkbaten per jaar op. Het was zoveel dat SEO Economisch Onderzoek nagerekend heeft of het wel klopte. En het klopte.’
We hebben laten berekenen hoeveel door het programma bespaard wordt. Het was zoveel dat ze nagerekend hebben of het wel klopte.
Werken aan kwaliteit
Wanneer zorg van de tweede lijn naar de eerste lijn gaat, moet kwaliteit uiteraard gegarandeerd zijn. Hoe werkt de beroepsgroep aan kwaliteit? ‘We doen dat op verschillende niveaus’, aldus Van de Ven. ‘We hebben het Kwaliteitsregister Paramedici, dat 24 jaar geleden door 9 paramedische beroepsverenigingen is opgericht. Ergotherapeuten en andere paramedici krijgen een kwaliteitsregistratie wanneer zij voldoende punten hebben voor werkervaring, deskundigheidsbevorderende activiteiten en bij- en nascholing. Voor dat laatste bieden we webinars, cursussen, trainingen en 3 specialisatieopleidingen: Ouderenergotherapie, Kinderergotherapie en Hand-ergotherapie.’
Daarnaast ontwikkelt Ergotherapie Nederland, ook met subsidie vanuit het programma Paramedische Zorg van ZonMw, richtlijnen en handreikingen. ‘Voor COVID-19 hadden we in een vroeg stadium al de ‘Handreiking COVID-19’ beschikbaar om professionals te helpen. Daarmee hebben we laten zien wat wij als beroepsgroep in deze pandemie konden betekenen. Ergotherapie is een belangrijk onderdeel van de behandeling geworden voor mensen met restklachten, zoals cognitieve klachten en vermoeidheid. We mogen als beroepsgroep dan ook wel wat meer naar voren stappen.’
Samenwerking met andere paramedici
Een belangrijk aspect van kwaliteitsontwikkeling is verder interprofessionele samenwerking. ‘Fysio- en ergotherapeuten zijn steeds vaker samen betrokken bij een patiënt en dat komt de kwaliteit van zorg ten goede. De fysiotherapeut richt zich op lichamelijk functioneren, hij kijkt bijvoorbeeld hoe een patiënt zijn arm weer kan bewegen. Een ergotherapeut kijkt: Als iemand zijn arm weer kan bewegen, kan hij dan ook weer zijn activiteiten doen? En als er slik- en eetproblemen zijn, kijken we samen met een logopedist: ligt het aan de zithouding van de patiënt of is aangepast bestek nodig?’
Ook met diëtetiek heeft ergotherapie een duidelijk lijntje. ‘Drie jaar geleden hebben de hoogleraren Ergotherapie en Diëtetiek, Maud Graff en Marian de van der Schueren, in samenwerking met de 2 beroepsverenigingen het project TrEat opgezet. Doel van het project is eerder te signaleren of bij mensen met dementie sprake is van ondervoeding. De diëtist kijkt naar wat de client eet en wat de voedingswaarde is. De ergotherapeut kijkt: zijn er aanpassingen nodig om zelf te koken en te eten, hoe zorgen we dat de maaltijden in het dagritme van de cliënt worden opgenomen? Samen voorkomen we zo ondervoeding, verergering van klachten en opnames. Interprofessionele samenwerking is dan ook een belangrijk aspect van paramedische zorg.’
Kennisagenda’s
Voor de paramedische zorg, die veelal is gericht op het dagelijks functioneren van de patiënt en vaak dicht bij huis plaatsvindt, zijn er veel kansen om bij te dragen aan de beweging naar passende zorg. Daar is wel up-to-date kennis voor nodig. Daarom hebben de beroepsverenigingen voor diëtetiek, ergotherapie, logopedie, oefentherapie en fysiotherapie onlangs, met subsidie vanuit ZonMw, hun kennisagenda geactualiseerd en de principes van passende zorg daarin geïntegreerd. Op 30 mei 2024 heeft ZonMw de subsidieronde Beantwoorden kennisvragen kennisagenda's paramedische zorg gepubliceerd (deadline projectidee 1 oktober 2024, 14.00 uur) waarin onderzoeksorganisaties subsidie kunnen aanvragen voor de beantwoording van kennisvragen uit deze kennisagenda’s. Op 25 juni 2024 organiseert ZonMw van 14.00 tot 15.00 uur een online vragenuur over de inhoud van deze subsidieoproep.
Gezamenlijk aanbieden kennisagenda’s
‘Het gezamenlijk aanbieden van de kennisagenda’s door paramedische beroepsverenigingen onderstreept het belang dat paramedici daaraan hechten. ‘Het is een mooi moment om aandacht voor de paramedische zorg te vragen’, aldus Van de Ven. ‘Met de ambities van het IZA en het ingezette beleid, waarbij ouderen langer thuis wonen, zijn paramedici hard nodig.’
Colofon
Tekst: Astrid van den Berg
Fotografie: Nelleke Colet
Eindredactie: ZonMw
ZonMw en paramedische zorg
Paramedici verlenen elke dag de best mogelijke zorg aan hun patiënten. Om de inzet van de paramedische zorg te optimaliseren en een bijdrage te leveren aan de verbetering van de kwaliteit van de paramedische zorg en de gezondheid en/of kwaliteit van leven van patiënten en eventueel hun naasten, dragen we op verschillende manieren bij aan initiatieven voor een duurzame kwaliteitsverbetering van de paramedische zorg.