Almere: succesvolle interventie therapietrouw lastig te bestendigen
Mensen die na een ziekenhuisopname of poliklinische behandeling naar huis gaan met hart-/vaatmedicatie, krijgen in Almere bij de eerste uitgifte begeleiding vanuit de poliklinische apotheek van het Flevoziekenhuis en de openbare apotheek. Rik Ensing: ‘Bij de start hebben veel van deze patiënten vragen over de medicatie of maken zich zorgen, bijvoorbeeld over bijwerkingen. Om te voorkomen dat ze stoppen, is een goede vervolgbegeleiding door de apotheker nodig. In onze proeftuin hebben wij vanuit de poliklinische apotheek de KIJKsluiter ingezet, een animatievideo met geneesmiddeleninformatie. Via de zogeheten Telefonische Start Begeleiding (TSB) zijn de patiënten vervolgens door de eigen openbare apotheker op maat begeleid.’
Positieve patiëntreacties
De proeftuin was een succes. Eind 2022 waren bijna 800 patiënten met TSB ondersteund, van wie ongeveer driekwart één of meer (praktische) problemen of zorgen had. Mensen wisten bijvoorbeeld niet bij wie ze met vragen terecht konden, of hadden inderdaad last van een bijwerking. De apothekers sloten hierop aan met hun adviezen en dat resulteerde in erg positieve patiëntreacties. De apothekers waren zelf ook tevreden over deze vorm van zorgverlening. Ensing: ‘Uit internationaal onderzoek blijkt dat een fors percentage van de hart-/vaatpatiënten na de eerste verstrekking stopt met de medicatie. Je kunt iemand bij de tweede uitgifte vragen naar eventuele problemen of zorgen, maar een deel komt dus niet eens die tweede keer. De TSB is erop gericht de patiënt binnen 2 weken na de eerste uitgifte te bellen met een paar open vragen over de medicatie. De apotheker kan mensen vervolgens helpen bij vragen of zorgen, en eventueel schakelen met de medisch specialist of huisarts.’
Telefonische Start Begeleiding zou een van de prestaties binnen het verstrekkingstarief moeten worden, zoals een medicatiebeoordeling en ontslag uit het ziekenhuis dat zijn.
Samenwerking cruciaal
Samenwerking tussen zorgverleners is cruciaal voor een effectieve begeleiding, vervolgt Ensing. ‘In Almere is de situatie met 1 ziekenhuis en 1 eerstelijnsorganisatie overzichtelijk. De lijntjes met eerste én tweede lijn zijn kort, en als poliklinische apotheek kunnen wij de afstemming verder verbeteren. Om de openbaar apotheker goed te informeren over een patiënt, hebben we in de proeftuin een ICT-oplossing ontwikkeld. Nu verschijnt automatisch een mededeling op het scherm: deze persoon heeft 2 weken geleden een eerste uitgifte hart-/vaatmedicatie gehad. De apotheker kan het TSB-gesprek vervolgens inplannen.’ De begeleiding zou nog verder verbeteren als ook signalen van bijvoorbeeld thuiszorg (of de mantelzorg) bij de apotheker binnenkomen. Als een verzorgende ziet dat de koelkast rommelig is, liggen ook medicijnen – letterlijk – niet meer voor het grijpen, licht Ensing toe. Zo’n signaal kan dan aanleiding zijn voor een vervolgtelefoontje.
Financiering niet rond
De proeftuin heeft laten zien dat de begeleidingsaanpak effectief is en dat mensen er baat bij hebben. Maar daarmee is de bestendiging nog geen feit, moet Ensing constateren. Een structurele financiering van TSB – een van de ambities van de proeftuin – is vooralsnog niet gelukt. ‘De zorgverzekeraars in onze regio zijn positief, maar komen toch niet over de brug. De contractafspraken zijn al gemaakt, zeggen ze. Of: het is geen innovatief project dat we met innovatiegelden kunnen bekostigen.’ Frustrerend, vindt Ensing, want het gaat nu juist om een innovatie die zich heeft bewezen. ‘TSB zou een van de prestaties binnen het verstrekkingstarief moeten worden, zoals een medicatiebeoordeling en ontslag uit het ziekenhuis dat zijn. Nu krijgen we het niet vergoed, waardoor ik er vanuit de poliklinische apotheek helaas niet bovenop kan zitten in de stad. We kunnen de aanpak uit de proeftuin nu dus niet bestendigen.’
Lange adem
Toch houdt Ensing vertrouwen. ‘De KNMP, onze beroepsorganisatie, heeft oren naar het opnemen van TSB in de protocollen voor medicatiebegeleiding vanuit de apotheek. Zo kan de aanpak op den duur misschien toch een vaste plek krijgen. En we doen vervolgonderzoek om deze vorm van begeleiding in onze apotheek in te zetten bij mensen met kanker of MS. Zo kunnen we ook bij deze groep de geneesmiddelgerelateerde problemen tijdig signaleren en zo mogelijk oplossen.’ Het is een kwestie van lange adem, beseft Ensing. Maar intussen is het volgens hem ook zaak om ‘de rem op zorgvernieuwing’ – die deels voortkomt uit de belemmeringen in het huidige stelsel – weg te nemen. ‘Het Make-It-consortium heeft ons goed begeleid bij de implementatie van de TSB. Ze kunnen wellicht ook meer een vuist maken om positieve proeftuinresultaten verder te brengen. Wat ik zelf voortaan anders zou doen: veel eerder schakelen met de zorgverzekeraars om ze aan projectuitkomsten te committeren. Zo van: wat willen jullie van ons zien? En kunnen we iets afspreken over bestendiging als we dat inderdaad blijken te leveren?’
Tekst: Marc van Bijsterveldt (juni 2024)
Dit artikel is een vervolg op het in december 2022 gepubliceerde verhaal met Rik Ensing: ‘Zorggroep Almere: begeleiding op maat bevalt patiënt én apotheker goed’. Ensing is poliklinisch apotheker-onderzoeker bij Zorggroep Almere.
Nieuwe STIP Ronde Proeftuinen van start
Therapietrouw is een belangrijke voorwaarde voor een optimale inzet van geneesmiddelen. In de eerste STIP Ronde Proeftuinen Therapietrouw zijn 4 projecten afgerond. STIP staat voor ‘Stimulering Toepassing In de Praktijk’. Eind 2022 sloten in een tweede STIP Ronde 4 (nu nog lopende) projecten op de eerste projecten aan, waarbij ze de aanpak uit de eerste proeftuinen doorontwikkelden. Op 9 juli 2024 start STIP Ronde 5b, die breder is dan de eerste 2. Daarin gaan 4 nieuwe proeftuinen aan de slag met het implementeren van bewezen effectieve interventies in de dagelijkse praktijk van thuiswonende patiënten. Het gaat bijvoorbeeld om interventies op het gebied van afbouwen of stoppen van medicatie, medicatieoverdracht van tweede- naar eerstelijnszorg, therapietrouw en medicatiebeoordeling.