Morele ondersteuning op de intensive care vraagt maatwerk
Morele stress en burn-out
Zorg verlenen in tijden van COVID-19 is heel ingrijpend voor alle betrokkenen, weten ze ook in het Radboudumc. Het in 2019 gestarte project Moreel Beraad op de IC: voortdurend leren en verbeteren kan het ziekenhuis en mogelijk andere ziekenhuizen leren hoe die ondersteuning te bieden. Het Radboudumc onderzoekt samen met het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis (CWZ) de samenhang tussen morele onzekerheid die komt met het werk op de intensive care (‘Doen we wel het goede?’), morele stress (ervaren dat je jouw waarden en visie op goede zorg niet in de praktijk kan brengen) en burn-out.
Ethische dilemma’s bespreken
Aanleiding is de complexiteit op de intensive care en het belang van gezamenlijke besluitvorming, legt Hoedemaekers uit. ‘Dagelijks maken we ingewikkelde afwegingen: is wat technisch mogelijk is ook echt bevorderlijk voor de kwaliteit van leven? Daarin zorgvuldig keuzes maken kan alleen als iedereen zijn of haar stem duidelijk kan laten horen, onafhankelijk van functie en hiërarchie.’ Voor het bespreken van dergelijke ethische dilemma’s kan het moreel beraad een richtinggevend instrument zijn. Aan de hand van een gespreksmethodiek proberen deelnemers een casus beter te begrijpen. Soms is het doel ook het nemen van een besluit. Wie meedoet, hangt af van wie betrokken is: denk aan artsen, verpleegkundigen, paramedici, geestelijke verzorging, maatschappelijk werk en psychologen. Een Moreel Beraad in het Radboudumc heeft standaard een onafhankelijke voorzitter die geschoold is in ethiek en in het faciliteren van moreel beraad is getraind. ‘Om te waarborgen dat iedereen als gelijke wordt behandeld en dus de noodzakelijke ruimte ervaart om zijn of haar visie te delen’, legt ethicus Jelle van Gurp uit. Hij is projectleider 'Moreel Beraad op de IC: voortdurend leren en verbeteren'.
Nulmeting
In 6 maanden, nog vóór de coronacrisis, is in het Radboudumc en CWZ met kwantitatief en kwalitatief onderzoek een nulmeting gedaan over de meerwaarde van Moreel Beraad. Kan het ook een reflectie-instrument zijn waarmee zorgprofessionals kunnen leren van complexe en moreel beladen casussen? De antwoorden van ruim 250 vragenlijsten over morele stress zijn verzameld. Ook zijn interviews gedaan met artsen en verpleegkundigen.
‘Twijfels open kunnen delen heel belangrijk’
Menselijk contact
Deze ervaring laat het belang zien van ondersteuning bij morele stress, vindt ook Van Gurp. En ook vanwege COVID-19 is die urgentie duidelijk. Volgens Van Gurp zouden in deze uitzonderlijke crisissituatie zorgverleners ook last kunnen krijgen van wat uitgezonden militairen regelmatig ervaren: morele desoriëntatie, schuldgevoel en schaamte, zogenoemde morele verwonding. Voor het bieden van de noodzakelijke ondersteuning aan zorgverleners zijn al diverse lessen geleerd, zegt hij. ‘Ondersteuning telefonisch aanbieden helpt mogelijk sommigen maar is niet voldoende. Onze ervaring is dat zorgverleners het in crisistijd enorm waarderen als ze 1 op 1 met een ondersteuner kunnen praten. In het Radboudumc zijn dat geestelijk verzorgers, maatschappelijk werkers en/of medisch psychologen, met ethici op de achterhand. En dat nabije, menselijke contact is juist als je met zoveel vragen en zorgen in je hoofd rondloopt ontzettend waardevol.’
Cruciale opdracht voor de zorg
Daarnaast ziet Van Gurp ook een ingewikkelde maar cruciale opdracht voor de zorg als geheel. ‘COVID-19 vraagt om acuut handelen. Maar de zorg heeft ook belang bij reflectie en bezinning. De tijd daarvoor nemen is nu logischerwijs voor veel mensen lastig.’ Een ethicus moet dan niet wachten tot mensen naar hem of haar toekomen, maar met creatieve vormen richting zorgverleners, vindt Van Gurp. Binnen het project is uitgebreid overlegd met zorgverleners over de mogelijkheden en onmogelijkheden van onderzoek in deze tijd én over hun behoeften.
Sommigen vinden het juist nu prettig om met onze promovendus te praten over de ervaringen rondom COVID-19. Dat is de reden dat hij, nu het weer mogelijk is, met toestemming van alle betrokkenen participerend observerend onderzoek doet op de intensive care , zegt Hoedemaekers.
Ook online ethiekgesprekken voor grotere groepen worden aangeboden. Blijven beoordelen welke morele ondersteuning echt waardevol is en waar nodig deze aan behoeften aanpassen zou juist nu het uitgangspunt moeten zijn, benadrukt Van Gurp.
Onderzoeksteam
Het onderzoek wordt uitgevoerd door Niek Kok (promovendus) onder begeleiding van Jelle van Gurp (ethicus afdeling IQ healthcare), Astrid Hoedemaekers (internist-intensivist) en Marieke Zegers (senior onderzoeker intensive care afdeling), allen werkzaam in het Radboudumc.
ZonMw en leren & verbeteren
ZonMw werkt samen met Zorginstituut Nederland aan onderzoek naar en de ontwikkeling van instrumenten om de kwaliteit van zorg te verbeteren (programma Ondersteuning Zorginstituut). Het gaat zowel om brede overzichtsstudies als om thematische verdiepingen rond bepaalde actuele (maatschappelijke) thema’s. Eén van die thema’s is (interprofessioneel) leren en verbeteren door zorgprofessionals in verschillende sectoren in de gezondheidszorg. Zoals verpleeghuiszorg, wijkverpleging, verpleging in het ziekenhuis, intensive care en integrale geboortezorg. In 13 projecten wordt gewerkt aan methodiekontwikkeling en onderzoek. Het project 'Moreel Beraad op de IC' is daar één van.
Op de hoogte blijven?
Colofon
Tekst: Jeroen Wapenaar
Beeld: Radboudumc
Eindredactie: ZonMw