'Samen beslissen met mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden'

‘Tien jaar geleden werd er steeds meer bekend over gezondheidsvaardigheden’, vertelt Jany Rademakers. ‘Uit een groot Europees onderzoek kwam naar voren dat in Nederland bijna 30% van de mensen beperkte gezondheidsvaardigheden hebben. Zij vinden het lastig om gezondheidsinformatie te vinden, te begrijpen, te beoordelen op betrouwbaarheid en deze toe te passen op hun eigen situatie.’ Janneke Noordman vult aan: ‘Ze voelen zich niet betrokken bij het gesprek met de zorgverlener en hebben achteraf twijfels of spijt van de gekozen behandeling. Ook al lijkt het misschien niet zo, ze willen wel graag meebeslissen.’
Sinds 2010 is er veel aandacht voor samen beslissen. Opvallend is dat als we videobeelden vergelijken van 2007 en 2017, we maar een kleine toename zien in samen beslissen. Zorgverleners vragen nog steeds onvoldoende naar wat de patiënt belangrijk vindt.
Volgens Jany zijn er 2 dingen die we kunnen doen: ‘Mensen vaardigheden aanleren, bijvoorbeeld met cursussen. Maar er zijn altijd mensen voor wie het moeilijk blijft, omdat ze bijvoorbeeld de Nederlandse taal niet spreken of een lagere opleiding hebben gehad. Dus moeten we ook de zorg beter op deze groep mensen afstemmen.’
Erkenning
Mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden zijn in zowel de curatieve als palliatieve zorg soms moeilijk te herkennen. Janneke: ‘Patiënten geven het niet aan als ze de arts niet snappen. Ze schamen zich, willen niet teveel tijd in beslag nemen van de arts of zijn bang de arts te irriteren als ze het niet begrijpen. Soms leiden deze beperkte vaardigheden ook tot problemen buiten de spreekkamer. Ze komen bijvoorbeeld vaak te laat omdat ze de weg in het ziekenhuis niet kunnen vinden of volgen de instructies voor de behandeling niet goed op.’
We denken dat patiënten mondiger worden, maar in de praktijk zien we niet dat ze meer vragen stellen of actief naar informatie zoeken.
Tips en tools
Als zorgverleners mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden al herkennen, ziet Jany dat zij het lastig vinden om samen te beslissen. ‘Uit het onderzoek komt naar voren dat 40-50% van de zorgverleners hun communicatie niet aanpast aan deze groep patiënten, omdat ze niet weten hoe. Daarom hebben we een aantal tips en tools voor ze, waar ze gelijk mee aan de slag kunnen.’
- Tip 1: Neem de tijd
Als je aan de voorkant te weinig tijd neemt voor mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden, krijg je patiënten met spijt, twijfels of zelfs mensen die de instructies voor hun behandeling niet goed opvolgen en op de Eerste Hulp belanden. Dat kost ook tijd! Dus zorg dat er tijdens het consult genoeg ruimte is voor uitleg en het stellen van vragen. Plan een dubbelconsult en/of een 2e consult, zodat mensen tussendoor kunnen nadenken over hun opties. - Tip 2: Stel vragen aan de patiënt
Stel in de spreekkamer vragen aan de patiënt. 'Hoe is dit voor u?', 'Wat is voor u belangrijk?'. Check ook of de patiënt de informatie begrijpt. Dit kan bijvoorbeeld met de terugvraagmethode. Zodra je iets belangrijks hebt uitgelegd, vraag je: 'Kunt u in uw eigen woorden nog eens vertellen wat ik u net heb gezegd, zodat ik weet of ik het duidelijk heb uitgelegd?'. Deze methode kunnen alle zorgverleners in iedere setting toepassen. - Tip 3: Zet de tentkaart op je bureau
Om je te helpen bij het toepassen van de terugvraagmethode, is door Nivel, Amsterdam UMC en Pharos een tentkaart ontwikkeld die je op je bureau kunt zetten. De ene zijde van dit visuele hulpmiddel herinnert je aan het vragen naar begrijpelijkheid, de andere zijde is voor de patiënt. Hierop staat 'Ik wil weten of ik het goed heb uitgelegd. Wilt u me vertellen wat ik gezegd heb?'. Zo krijgt de patiënt het gevoel dat het normaal is dat de arts deze vraag stelt. - Tip 4: Communiceer duidelijk
Praat langzaam, gebruik geen moeilijke woorden of medisch jargon, beperk de hoeveelheid informatie en geef niet te veel cijfers als je het hebt over kansen en risico’s. 'Bij deze behandeling heeft u 2x meer risico op…' is abstract en daardoor voor veel mensen moeilijk te begrijpen. - Tip 5: Gebruik visuele hulpmiddelen
Uit Jany’s en Jannekes onderzoek bleek dat patiënten naast het mondelinge gesprek visuele hulpmiddelen prettig vinden. Dat kan de tentkaart zijn, maar ook consultkaarten, fotostrips of eenvoudige folders om mee te geven. Zorg dat deze aansluiten bij de wensen en vaardigheden van deze doelgroep.
Ook instellingen kunnen iets doen
‘Het is niet altijd gemakkelijk om als zorgverlener dingen anders te doen dan je gewend bent.’, merkt Janneke op. Daarom is het belangrijk dat ook de zorginstellingen meer rekening gaan houden met mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden. Zij kunnen gesprekstrainingen of een training over de terugvraagmethode aan hun medewerkers aanbieden, zorgen voor een heldere website en folders en een duidelijke bewegwijzering in de instelling zonder moeilijke afdelingsnamen. Jany vult aan: ‘Het begint met de afspraakbrief. Als deze niet begrijpelijk is, gaat het al mis.’
Ik vind het belangrijk dat de resultaten van onderzoek bruikbaar zijn in de praktijk en de gezondheidszorg verbeteren. Met name voor mensen die niet voor zichzelf kunnen opkomen.
Kennis overdragen
Met bovenstaande tips en tools kunnen zorgverleners en -instellingen direct aan de slag. Jany en Janneke blijven zich hard maken voor betere patiëntgerichte zorg en meer aandacht voor mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden. ‘We doen ons best om onze kennis toegankelijk te maken voor mensen in de praktijk, we geven presentaties en werken mee aan publicaties in wetenschappelijke en praktijkgerichte tijdschriften.’, vertelt Jany. ‘We gaan door met ons onderzoek want er zijn nog veel vragen te beantwoorden. We zijn ervan overtuigd dat het loont om hierin te investeren en daarmee de zorg te verbeteren.’
Over Jany Rademakers en Janneke Noordman
Jany Rademakers begon haar carrière in 1985 als onderzoeker. Sinds 2007 werkt ze bij het Nivel. Ze is nu afdelingshoofd én bijzonder hoogleraar Gezondheidsvaardigheden en patiëntenparticipatie bij CAPHRI / Universiteit van Maastricht. ‘Ik zet mij in voor mensen die het moeilijk vinden om zelf regie te nemen in hun zorgproces. Denk aan migranten, ouderen, mensen met een beperking of taalachterstand. Ook zij moeten samen met de arts een beslissing kunnen nemen die bij hun situatie en wensen past.’
Senior onderzoeker Janneke Noordman houdt zich ook al jaren bezig met communicatie in de spreekkamer. ‘Ik heb verschillende onderzoeken uitgevoerd naar hoe zorgverleners en patiënten samen beslissen. Goede communicatie is de basis voor goede zorg. Ik wil met de uitkomsten van ons onderzoek patiënten en zorgverleners helpen om elkaar, informatie en adviezen beter te begrijpen.’
Meer informatie
Colofon
Tekst en beeld: Milou Oomens | Doelgroep in beeld
Eindredactie: ZonMw