Blog: wat verandert er in de skeletspieren en het bloed bij ME/CVS en post-exertionele malaise?

Patiënten met ME/CVS ervaren veel spiergerelateerde klachten, zoals vermoeidheid en spierpijn. Inspanning maakt de klachten nog erger (post-exertionele malaise). Wat gebeurt er precies in de skeletspieren en het bloed, en welke rol speelt het afweersysteem hierbij? Als we dit weten, is er dan een behandeling mogelijk? Onderzoeker Rob Wüst van de Vrije Universiteit Amsterdam wil hierachter komen.

In het onderzoeksprogramma ME/CVS wordt biomedisch onderzoek naar de oorzaken, diagnose en behandeling van ME/CVS gefinancierd. De eerste onderzoeken zijn in 2023 van start gegaan. In deze blogreeks vertellen de onderzoekers meer over wat ze doen en wat hun onderzoek naar ME/CVS moet opleveren. Er verschijnt iedere maand een nieuwe blog, dit is de vijfde uit de reeks.

Veranderingen in de skeletspieren

Typische klachten bij ME/CVS patiënten, zoals vermoeidheid en spierpijn, worden doorgaans erger zodra de patiënt zich lichamelijk inspant. Dit heet post-exertionele malaise (PEM). De oorzaak hiervan is nog niet bekend. 'Aannemelijk is wel dat er iets verandert in de skeletspieren, het bloed, en mogelijk ook in de reactie van afweercellen', zegt spierfysioloog Rob Wüst van de Vrije Universiteit Amsterdam. Meer kennis hierover geeft richting aan het ontwikkelen van een passende behandeling. 

'We denken dat de spierfunctie daadwerkelijk verandert bij mensen met ME/CVS. Mensen met hart- en longaandoeningen ondergaan bijvoorbeeld ook veranderingen in de skeletspieren en de stofwisseling. Vermoeidheid en concentratieverlies na inspanning zijn ook bekende symptomen bij deze aandoeningen, maar niet zo extreem als wat we zien bij ME/CVS. Mogelijk zijn deze symptomen niet bij alle ME/CVS patiënten in gelijke mate aanwezig, en spelen er bij PEM meer of andere stoffen mee. Daarom wil ik proberen uit te zoeken welke stoffen in de skeletspier en het bloed de vermoeidheidsklachten veroorzaken en welke specifiek zijn voor PEM.' Om dit te onderzoeken, ontving Wüst subsidie voor zijn project Adaptaties in de skeletspier en bloed tijdens post-exertionele malaise in patiënten met ME/CVS.

Afbeelding
We denken dat de spierfunctie daadwerkelijk verandert bij mensen met ME/CVS.
Rob Wüst
Projectleider, spierfysioloog en universitair docent bij de Vrije Universiteit in Amsterdam

Skeletspier en bloed

'Zijn er stoffen in het bloed die de ernstige vermoeidheid bij PEM veroorzaken, of in de skeletspieren? Om dit te weten te komen is het nodig om informatie over de skeletspieren en het bloed van patiënten te verzamelen. We hebben ook toegang nodig tot de gegevens van genoeg gezonde personen, zodat we het uiterlijk van de spieren (skeletspier-fenotype) en de samenstelling van het bloed (bloed-fenotype) kunnen vergelijken met de patiënten met ME/CVS. 

'Om een groot aantal gegevens mee te kunnen nemen in het onderzoek, maken we gebruik van de biobank van het Nederlandse ME/CVS Cohort en Biobank (NMCB). Over ongeveer 2 maanden start het NMCB met patiënten en gezonde personen werven voor de biobank. Zelf gaan we ook patiënten en gezonde personen werven en de gegevens delen met de biobank. We zijn hier inmiddels mee begonnen en we hebben de eerste gegevens van 25 patiënten met ME/CVS verzameld.'

Fietstest

'Om te weten wat de oorzaak is van vermoeidheidsklachten bij ME/CVS en ook specifiek bij PEM, vragen we patiënten langs te komen voor een inspannende fietstest. Met behulp van bloedmetingen en spierbiopten onderzoeken we of bepaalde stoffen in het bloed omhoog of omlaag zijn gegaan na inspanning. Het kan even duren voordat deze stoffen meetbaar zijn, want klachten van PEM kunnen ook pas na een dag ontstaan. Daar moeten we ook rekening mee houden. We willen patiënten met ME/CVS daarom vragen om een week voor de fietstest langs te komen voor de metingen, de dag van de fietstest en ook een dag erna. Dat geeft ons inzicht in het ontstaansmechanisme van PEM.'

'Ik realiseer me wel dat de fietstest een grote last kan zijn voor de patiënt met ME/CVS en meer klachten van PEM veroorzaakt. In overleg met 2 patiëntvertegenwoordigers maakten we daarom eerst nog een protocol. We vragen onszelf bij elke patiënt steeds af: weegt het hogere doel van het onderzoek en een beter begrip van de ziekte op tegen de persoonlijke inzet van de patiënt? Is het ethisch verantwoord om dit te vragen van mensen met ME/CVS? Mensen die ernstig ziek zijn, gaan we niet vragen om mee te doen aan dit type onderzoek.'

Een proefpersoon voert een fietstest uit als onderdeel van een onderzoek naar ME/CVS
1 / 1

Een voorbeeld van een fietstest zoals deze wordt uitgevoerd binnen het onderzoek van Rob Wüst. Fotografie: Robert Tjalondo. 

Ook post-COVID onderzoeken

'Omdat een virusinfectie aan de basis kan liggen van het ontstaan van PEM, willen we ook post-COVID patiënten meenemen in het onderzoek. Ook post-COVID patiënten ervaren klachten van PEM na inspanning. In eerder onderzoek van onze groep hebben we gezien dat er kleine stolsels - microstolsels - in het bloed circuleren bij post-COVID patiënten. Ook hebben deze patiënten een verlaagde energieproductie, wat waarschijnlijk de vermoeidheidsklachten veroorzaakt. De rol van de microstolsels is onbekend. We gaan dit verder onderzoeken, bij zowel patiënten met ME/CVS als post-COVID, met onze samenwerkingspartner in Zuid-Afrika. Zij voeren nu metingen uit op het verzamelde bloed van zowel de post-COVID patiënten als de eerste ME/CVS-patiënten. We kijken daarna of het aantal microstolsels toeneemt na inspanning, en misschien ook de grootte ervan. Wat doen deze microstolsels bij patiënten met post-COVID of ME/CVS? Na de zomer van 2024 verwachten we de eerste resultaten.'

Rol auto-immuniteit

'Behalve de veranderingen in de skeletspieren en het bloed, verwachten we ook dat we een ontregeld afweersysteem zien bij mensen met ME/CVS. Bij post-COVID patiënten hebben de collega’s in Zuid-Afrika gezien dat de microstolsels stoffen bevatten die het eigen lichaam aanvallen, ofwel auto-immuniteit. Ook in het bloed zijn patronen te zijn van auto-immuniteit, maar hoe dit samenhangt met de spierveranderingen weten we niet. Dit zal mogelijk ook het geval zijn bij mensen met ME/CVS, dat willen we nu onderzoeken. We verwachten lastenverlichting en de kwaliteit van leven te verhogen als we ook meer weten over de rol van het afweersysteem bij ME/CVS.'

Afbeelding
Zodra we zo'n biomarker of meerdere biomarkers gevonden hebben, is er hoop op een betere diagnose voor mensen met ME/CVS en klachten van PEM.
Rob Wüst
Projectleider, spierfysioloog en universitair hoofddocent bij de Vrije Universiteit in Amsterdam

Aangrijpingspunt voor zoektocht

`Met zowel de analyse van de patiëntgegevens uit de biobank, als de fietstest in de praktijk, hopen we stoffen te ontdekken die de beperkte skeletspierfunctie bij ME/CVS-patiënten kunnen verklaren. Deze stoffen, die we hopelijk gaan zien bij (matig) zieke patiënten, zijn misschien ook aanwezig in het bloed van ernstig zieke patiënten vanuit de biobank. Deze groepen kunnen we met elkaar vergelijken. Dan hebben we een aangrijpingspunt voor een verdere zoektocht naar moleculen die op deze stoffen invloed uitoefenen. Deze meetbare moleculen noemen we ook wel biomarkers. Die zeggen iets over de veranderde spierfunctie en de ernst van de ziekte. 

'Zodra we zo'n biomarker of meerdere biomarkers (een biomarkcluster) gevonden hebben, is er hoop op een betere diagnose voor mensen met ME/CVS en klachten van PEM. Ook kan er sneller een geschikte behandeling ontwikkeld worden, omdat de biomarkers meer inzicht geven in de oorzaak van de klachten. Dat kan als uitgangspunt dienen voor de zoektocht naar een medicijn. Wel zal het met name lastenverlichting geven.' 

Motivatie

'Mijn interesse voor ME/CVS komt eigenlijk door de coronapandemie. Ik heb als spierfysioloog met eigen ogen gezien dat mensen niet goed hersteld zijn van een coronavirusinfectie. Daar wil je dan wat aan doen. Ook kregen we direct vragen van patiënten of we niet verder onderzoek wilden doen naar PEM bij ME/CVS. Daar zijn we vervolgens verder mee gegaan en dat heeft geleid tot dit onderzoek, dat we nu dankzij de ZonMw-subsidie kunnen uitvoeren.'

Rob Wüst
1 / 1

Over Rob Wüst

Spierfysioloog Rob Wüst is sinds 2019 universitair docent bij de afdeling Bewegingswetenschappen van de Vrije Universiteit (VU) Amsterdam. Zijn specialisaties liggen bij de hart- en spierfuncties en energiegebruik van menselijke cellen en spieren. Voor zijn promotieonderzoek onderzocht hij de oorzaak van vermoeidheid onder rokers, zowel in Engeland bij de Manchester Metropolitan Universiteit als bij de VU. In een nog lopend project werkt hij samen met de NASA om te onderzoeken wat langdurige bedrust en inactiviteit doet met de spierfunctie en het metabolisme bij zowel gezonde personen van de ESA (Europees Ruimteagentschap) als mensen met ME/CVS of post-COVID. Door zijn buitenlandse onderzoekswerk heeft hij een groot internationaal netwerk, in Europa, Zuid-Afrika, Japan, Amerika en Canada.

Meer weten?

Voor meer informatie over het onderzoeksproject en het ZonMw-onderzoeksprogramma ME/CVS verwijzen we u door naar onderstaande pagina's.

Tekst: Ilse Bos, Fotografie: Robert Tjalondo, privéarchief Rob Wüst