'Geef kinderen gelijke kansen om gezond op te groeien'
Maria Jansen
Maria Jansen is hoogleraar Populatiegericht Gezondheidsbeleid aan Maastricht University en programmaleider van de Academische Werkplaats Publieke Gezondheid Limburg. Jansen gaat met subsidie van ZonMw de toepassing en uitvoering van Gezonde School evalueren en onderzoekt de effecten van de aanpak op scholen en bij leerlingen. Wat zijn de werkzame elementen? Welke succesfactoren dragen bij aan een effectieve implementatie? Wat is nodig om de aanpak in de toekomst te versterken?
Te fragmentarisch
‘De kansen om als kind gezond op te groeien, zijn in Nederland niet gelijk. Kinderen van laagopgeleide ouders krijgen minder kansen dan kinderen van hoogopgeleide ouders. In feite moet je gezondheid leren, net als rekenen en taal. De school is een mooi platform voor die gelijke kansen op gezondheid. Helaas is gezondheid in het onderwijs geen kerndoel. Er zijn allerlei pakketten rond roken, alcohol, pesten, seksualiteit en voeding, maar het aanbod is fragmentarisch en vrijblijvend.
De Gezonde School-aanpak, inmiddels landelijk ingevoerd en gefinancierd door verschillende ministeries, moet meer samenhang aanbrengen en scholen verleiden iets aan gezondheid te doen. ZonMw heeft hierbij veel ondersteuning geboden. Wij hebben nu subsidie gekregen om het effect van de aanpak te onderzoeken. In april 2019 ben ik samen met andere wetenschappers van start gegaan. Het belooft een spannend onderzoek te worden'.
Vitalere kinderen
Daarnaast zijn we met subsidie van de provincie Limburg bezig met de Gezonde Basisschool van de Toekomst. Scholen hebben weinig tijd voor gezondheid en de leerkrachten zijn vaak niet goed bijgeschoold. Twee jaar geleden hebben we op vier basisscholen in Landgraaf en Brunssum een nieuwe integrale aanpak ingebouwd in hun curriculum. Binnen iedere klas is er dagelijks anderhalf uur extra schooltijd voor gezondheid, onder begeleiding van externe medewerkers. Sport, spel, bewegen, cultuur, sociale omgang, een gezonde lunch en water in plaats van softdrinks staan centraal.
We vergelijken de resultaten met vier controlescholen. Tot nu toe blijken kinderen op de experimentele scholen een gezonder gewicht te hebben, meer te bewegen en gezonder te eten. Bovendien wordt er minder gepest. Onze voorlopige conclusie is dat de Gezonde Bassischool van de Toekomst leidt tot vitalere en socialere kinderen. We willen het project uitbreiden naar veertig scholen in de regio. We zoeken naar een financieringsmodel waarin ouders, provincie, gemeenten en wellicht ook zorgverzekeraars samen betalen. Uiteindelijk hopen we dat gezondheid een structureel thema wordt binnen het onderwijs.’