Programmalijn 3 - Hulpmiddelen

3a: Consortia Effectiviteit psychosociale interventies Jeugd

Deze programmalijn is onderverdeeld in 2 trajecten. 

  1. De consortia Effectiviteit psychosociale interventies Jeugd
  2. Kennisbevordering over de effectiviteit van psychosociale instrumenten

Consortia Effectiviteit psychosociale interventies Jeugd

Doel en achtergrond

Er is kennis nodig om kinderen en gezinnen effectiever te kunnen ondersteunen en helpen bij opgroeien en opvoeden. Onderzoek in de afgelopen jaren heeft veel inzicht opgeleverd in de werkzaamheid van afzonderlijke interventies. In de Databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) staan ruim 200 programma’s voor hulp bij opgroeien en opvoeden. Buiten die beschreven interventies worden er nog tal van interventies of varianten daarop in de praktijk uitgevoerd. Het is dan ook onmogelijk om alle losse interventies uitgebreid op effectiviteit te onderzoeken. En mocht het wel mogelijk zijn, dan is het nog niet de manier om de effectiviteit van de hulpverleningspraktijk te verbeteren. Welke hulpverlener kan in al die interventies goed geschoold worden en blijven? En wie gaat dat betalen. 

Hulpverleners bepalen daarom vaak op basis van hun eigen ervaring en – noodgedwongen - binnen de kaders van de gegeven ruimte, tijd en financiering wat ze wanneer, hoe en hoelang inzetten. Bovendien wordt een bewezen effectieve interventie maar zelden precies zo uitgevoerd zoals deze bedoeld, én dus onderzocht is. Het is van belang dat er meer kennis is om hier goede keuzes in te kunnen maken.

Keuzehulp Kernelementen Jeugdhulp

Het onderzoek door de consortia leverde een schat aan kennis op over effectief behandelen op maat. Maar het is niet eenvoudig om de kennis toegankelijk en toepasbaar te maken voor professionals.

Een eenvoudige Keuzehulp kan professionals helpen deze kennis beter te benutten bij individuele cliëntsystemen. Doel van het project Keuzehulp Kernelementen Jeugdhulp is het ontwikkelen, implementeren, evalueren en borgen van een Keuzehulp waarmee jeugdigen en hun gezin passende en effectievere jeugdhulp geboden wordt. In de Keuzehulp wordt de wetenschappelijke kennis over wat werkt voor wie, waarom en wanneer uit alle consortia benut. Bij het evalueren staat de toegevoegde waarde van de keuzehulp voor de praktijk centraal. Daarnaast leidt dit proces tot duidelijker inzicht in welke essentiële kennis nog ontbreekt.

Wat maakt dat een interventie werkt?

In de consortia van het ZonMw programma Effectief werken in de jeugdsector is op een vernieuwde manier ingezet op effectiviteitsonderzoek. In  6 consortia is een effectiviteitslag gemaakt op een aantal  grote inhoudelijke thema’s. Het traject heeft kennis opgeleverd over welke (delen van) interventies (wat), wanneer, bij wie en door wie het beste ingezet kan worden. Wat maakt eigenlijk dat een interventie werkt? Zodat de uitkomsten eraan bijdragen dat er in de praktijk nog effectiever gewerkt wordt en dat kinderen en gezinnen dus beter geholpen worden. Onderzoek naar de werkzame elementen van interventies was een centraal onderdeel in de aanpak van de consortia

Kosteneffectiviteitsonderzoek

Een van de onderwerpen die met de consortia gezamenlijk is opgepakt, is kosteneffectiviteitsonderzoek. Met de consortia wil ZonMw stappen zetten in het opstellen van een kader (standaardisatie) voor de methodologie van kosten-effectiviteit in de jeugdsector.

Daarvoor is in de eerste helft van 2016 een brede consultatie uitgevoerd naar kennishiaten op dit thema met zowel de consortia als met andere experts en stakeholders zoals gemeenten en praktijkinstellingen. Dit heeft een consultatiedocument opgeleverd, opgesteld door Carmen Dirksen en Silvia Evers (MUMC & UM).

In vervolg hierop heeft een multidisciplinair team een overzicht van de beschikbare meetinstrumenten voor kosteneffectiviteitsonderzoek in de jeugdsector opgesteld. Dit overzicht geeft een samenvatting van de bruikbaarheid en kenmerken van geschikte meetinstrumenten. De consortia participeerde in dit project.

In het project Maatschappelijke Agendering Effectief Werken in de Jeugdhulp zijn de kennis en aanbevelingen in dit rapport toegankelijk en bruikbaar gemaakt voor gemeentes, beleidsmakers en behandelaars. Er is een interactieve white paper, een online keuzetool en een uitlegvideo ontwikkeld over Economische Evaluaties in de Jeugdzorg.

Lees ook onze publicatie over de consortia

Kennisbevordering over de effectiviteit van psychosociale instrumenten

Doel van het traject ‘Kennisbevordering over de effectiviteit van psychosociale instrumenten'  binnen deze programmalijn is om de kennis over de werkzaamheid, validiteit en betrouwbaarheid van psychosociale instrumenten in het jeugddomein te vergroten. Het gaat om instrumenten die professionals kunnen gebruiken om te signaleren, screenen en diagnosticeren of er iets aan de hand is en zo ja: wat. Voor het benoemen van prioriteiten in kennishiaten heeft ZonMw zich mede gebaseerd op kennishiaten die geconstateerd zijn bij het opstellen en toepassen van richtlijnen in de jeugdgezondheidszorg, jeugdzorg en jeugd-ggz. Op basis van deze hiaten zijn op 8 thema’s projecten uitgevoerd.

3b: (Door)ontwikkeling o.b.v. hiaten

Deze programmalijn is gericht op de (door)ontwikkeling van psychosociale instrumenten en interventies daar waar geen veelbelovende of bewezen effectieve instrumenten en interventies zijn, op basis van vastgestelde hiaten.

Thema: Opvang en behandeling van slachtoffers van loverboys en mensenhandel

Er bestaat een breed palet aan opvang- en behandelvarianten voor deze kwetsbare doelgroep. De behandeling van slachtoffers van loverboys behelst in de praktijk echter veel meer dan alleen het inzetten van een therapie of interventie. Over het bereik en de effectiviteit van interventies en programma’s is nog onvoldoende bekend, zeker op de lange termijn. Voordat er een onderzoek naar effecten van behandelmethoden kan plaatsvinden, heeft het Verwey Jonker Instituut een voorstudie (2014) gedaan om een volledig beeld te krijgen van de hulp aan loverboyslachtoffers en van de werkzame bestanddelen hiervan.
Voorstudie Effectiviteit interventies en programma’s voor behandeling loverboyslachtoffers.

In navolging van de voorstudie hebben zes jeugdhulpaanbieders, met ondersteuning van het Nederlands Jeugdinstituut, een project uitgevoerd om de kwaliteit en effectiviteit van de behandeling en bescherming van slachtoffers van loverboys en mensenhandel te verbeteren. Tijdens dit tweejarige project hebben de instellingen hun behandelaanbod voor deze doelgroep doorontwikkeld en beschreven. Daarnaast hebben zij op basis van beschikbare wetenschappelijke kennis en praktijkervaring een onderbouwing van het behandelaanbod uitgewerkt.
Doorontwikkeling, theoretische onderbouwing en beschrijving van behandelmethoden voor slachtoffers van loverboys en mensenhandel.

ZonMw heeft het Nederlands Jeugdinstituut opdracht gegeven voor de uitvoering van een verkenning naar de mogelijkheden van effectonderzoek naar de behandeling van slachtoffers van loverboys en mensenhandel. Een belangrijke stap is gezet met het beschrijven en onderbouwen van het behandelaanbod voor slachtoffers van loverboys en mensenhandel om meer zicht te krijgen op de behandeling en de theoretische effectiviteit van deze behandeling. Onderzoek naar effectiviteit van de zorgprogramma’s is een vervolgstap om meer kennis te verzamelen over wat werkt bij deze doelgroep. En om de hulp aan slachtoffers van loverboys en mensenhandel verder te professionaliseren.

Er zijn verschillende manieren om de effectiviteit van een behandeling of een interventie te kunnen onderzoeken. Elk met hun eigen voor- en nadelen. Daarom wordt eerst deze verkenning uitgevoerd. Om zo de meest geschikte onderzoeksmethode te vinden om de effectiviteit van zorgprogramma’s voor deze doelgroep te onderzoeken. Naar aanleiding van de resultaten van de verkenning zal ZonMw met het ministerie van VWS in overleg gaan over de mogelijkheden voor effectonderzoek naar een aantal zorgprogramma’s voor slachtoffers van loverboys en mensenhandel.