Merel Sprenger: ‘Laten we niet voor lief nemen wat we in Nederland hebben bereikt.’

Samen werken we aan 25 projecten die toekomstige generaties een sterkere start bieden. Wie zijn de mensen achter deze onderzoeken? En wat drijft hen? In deze interviewserie stellen we de 25 projectleiders voor van de projecten binnen het ZonMw-programma ‘Onbedoelde zwangerschap en kwetsbaar (jong) ouderschap’. Deze keer: Merel Sprenger.

‘Als onderzoeker kun je de stem van de mensen laten horen en vertalen naar verbetering,’ begint Merel bevlogen. ‘Ik weet namelijk niet alles, de ervaringsdeskundigen en professionals weten hoe het zit en kunnen uitleggen hoe zij de zorg ervaren. Door dat geluid te vertalen naar een andere aanpak of interventie, kun je echt iets bijdragen.’ Je begrijpt: na haar Master lonkte het onderzoek en Merel was dan ook heel blij dat ze de kans kreeg haar PhD voor een project in Den Haag te mogen doen.

Helft Haagse zwangerschappen misschien onbedoeld

Merel: ‘Vergeleken met het landelijk gemiddelde heeft Den Haag vaker te maken met zwangerschappen met nadelige uitkomsten en zwangerschappen in een kwetsbare situatie. Haagse verloskundigen denken dat misschien wel de helft van de zwangerschappen in deze stad onbedoeld is. Hoe komt dat? Hebben de grote gezondheidsverschillen rondom zwangerschap te maken met het vaker voorkomen van onbedoelde zwangerschappen? Dat gaan we uitzoeken met de RISE UP studie.’

Onbedoeld versus bedoeld

Een vraag die meerderen in het Leernetwerk KOOZ  zichzelf stellen, is “Wat maakt een zwangerschap bedoeld of onbedoeld?” Zo ook Frouke Sondeijker en daarom is zij benieuwd naar Merels idee hierover. ‘Wij meten de bedoeldheid volgens de London Measure of Unplanned Pregnancy: een schaal van 0 tot 12 door middel van 6 verschillende vragen die gedrag, attitudes en context onderzoeken. Dat gaat dus over anticonceptiegebruik en foliumzuur, of er een kinderwens was, de zwangerschap op het juiste moment gebeurde, het de intentie was om zwanger te worden en of de zwangere en (ex-)partner het hierover eens waren. Die dingen samen maken in welke mate een zwangerschap bedoeld is.’

Blijven strijden

‘Maar moeten we nu per se  alle onbedoelde zwangerschappen voorkomen?’ vraagt Merel zich af. ‘In de ideale wereld kiest iedereen bewust voor een kind en is er dan helemaal klaar voor. Maar dat is niet realistisch. In mijn ogen is het al vooruitgang als iedereen toegang tot anticonceptie heeft. Zo’n initiatief als “Nu Niet Zwanger” is daar een mooi voorbeeld van. Dat zijn programma’s die we moeten koesteren. Kijk naar wat er in de VS gebeurt… Daar voel ik me zo machteloos over. Dus laten we vooral niet voor lief nemen wat we in Nederland hebben bereikt en blijven strijden voor verbetering. Dat doe ik voor mezelf, mijn kleine nichtjes en eigenlijk alle mensen, want dit gaat iedereen aan.´

Ook vaders betrekken

‘Terug naar Den Haag,’ lacht Merel. ‘Want als ik over vrouwenrechten begin, zijn we morgen nog niet uitgepraat. Haagse verloskundigen denken dat het aantal onbedoelde zwangerschappen in sommige wijken 50% is. Stap 1 van ons onderzoek is dus uitzoeken of dit vermoeden klopt. Daarna gaan we interviews houden om ervaringen en behoeftes voor zorg en ondersteuning te ontdekken. Aan de hand daarvan kunnen we vervolgens de bestaande zorg verbeteren. En om de tweede vraag van Frouke te beantwoorden, “Betrekken jullie ook eventuele vaders?”: Ja, dat willen we wel. Hun perspectief nemen we graag mee, daarom betrekken we partners nu via de zwangeren.’

Ik geef het stokje door aan…

Merel: ‘Het zou mooi zijn als we straks aan het einde van het project beter begrijpen wie een hoger risico heeft op een onbedoelde zwangerschap. En wat voor zorg ze zouden willen krijgen. Dat ik op die manier mijn steentje heb kunnen bijdragen, hoe minimaal ook. Iets verbeteren op het gebied van Seksuele Gezondheid, voelt als zinnig bezig zijn. Zo’n ander zinnig onderzoek lijkt me het project van Hanneke de Graaf. Ik ben benieuwd hoe zij een onbedoelde zwangerschap definieert. Maar ook of onbedoelde zwangerschappen onder jongeren echt meer voorkomen of dat dat een hardnekkig vooroordeel is.’

Lees hier het interview met Hanneke de Graaf