‘Ik word een betere dokter als ik ook onderzoek doe’
Wat is je belangrijkste missie als hoogleraar?
Jochen Cals: ‘De titel van mijn rede verwijst naar de trend dat de huisarts steeds meer diagnostiek zelf doet, of in eigen beheer. Die diagnostiek kan vaak nog wel scherper. Het belangrijkste is dat je betere beslissingen leert nemen, zeker bij acute problemen. Is het verstandig een patiënt naar het ziekenhuis te sturen of kun je iemand veilig thuis laten en zelf behandelen? Moet je wel of niet met medicijnen starten? Met mijn leerstoel wil ik graag bruikbare wetenschap naar de spreekkamer brengen. Dus projecten rond veel voorkomende problemen, waarbij de studie-uitkomsten direct impact kunnen hebben in het spreekuur.’
Kun je voorbeelden noemen?
‘Als huisarts moet je bepaalde zaken veilig kunnen uitsluiten. Moet je bijvoorbeeld iemand met pijn op de borst bijna automatisch doorsturen naar de cardioloog? Wie eenmaal naar het ziekenhuis gaat, loopt niet zelden met dozen vol medicijnen weer naar buiten. Ik overdrijf nu natuurlijk, maar als je het binnen de huisartspraktijk kunt oplossen, is dat toch beter. Dan moet je alleen wél meer doen dan één keer iemands bloeddruk meten. Een ander belangrijk gebied zijn infectieziekten. Heeft iemand nu wel of niet een blaasontsteking? Een belangrijke vraag, want je wilt de patiënt niet nodeloos antibiotica voorschrijven. Nu baseren we die beslissing nog op een beetje rammelende diagnostiek. Een kweek duurt een paar dagen, en de neiging is groot om intussen alvast te gaan behandelen.’
Je bent projecteider van veel ZonMw-projecten. Heb je een mooi voorbeeld?
‘Ik denk aan een project over chlamydia. Bij vrouwen testen we nu standaard met een wattenstaafje in de vagina. Maar de infectie kan zich ook ophouden rond de anus, ook als je geen anale seks hebt gehad. We gaan onderzoeken wat de meerwaarde is om standaard ook de anus mee te nemen in de test in de huisartsenpraktijk. Nu blijft mogelijk een deel van de chlamydia-infecties onbehandeld. Een ander voorbeeld is een net gestart implementatieproject waarin we een succesvol ‘stoplichtboekje’ voor ouders verspreiden via Thuisarts.nl. Dat boekje informeert ouders heel simpel waarop ze moeten letten als hun kind koorts heeft. Dokters die dit boekje gebruiken, schrijven minder antibiotica voor. En het stelt ouders effectief gerust als er medisch niets ernstigs aan de hand is.’
De huisartsgeneeskunde is een uitdagend veld. We hebben in Nederland zo’n 5.000 praktijken, maar willen huisartsen bij alle dagelijkse drukte wel meedoen met een studie?
Wat zijn belangrijke wetenschappelijke vragen?
‘Vorig jaar publiceerde het Nederlands Huisartsen Genootschap de Nationale Onderzoeksagenda Huisartsgeneeskunde. Daarin staan ook veel kennisvragen rond diagnostiek. Er is nog heel wat interessant onderzoek te doen, bijvoorbeeld via het Kennisprogramma Huisartsgeneeskunde. De huisartsgeneeskunde is een uitdagend veld. We hebben in Nederland zo’n 5.000 praktijken, maar willen huisartsen bij alle dagelijkse drukte wel meedoen met een studie? We zullen creatieve manieren moeten vinden om voldoende inclusie te realiseren. Wij hebben onlangs een flashmob-methode (LINKT NAAR MEDIATOR WEBSITE) uitgeprobeerd voor een onderzoek rond pijn op de borst. Iedereen kon patiënten aanleveren, al was het er maar één. Binnen no-time hadden we er 260, uit 250 verschillende praktijken.’
Hoe landen studieresultaten goed in de praktijk?
‘In elk geval moeten onderzoekers meer doen dan publiceren in hun eigen vakbladen. Vertel dus op allerlei manieren wat je hebt ontdekt en laat met cijfers zien wat wel of juist niet goed werkt. De implementatie-impulsen – de VIMP’s – van ZonMw vind ik zelf de leukste projecten. Die stimuleren onderzoekers om in de praktijk iets met hun resultaten te doen.’
Heb je nog tips voor collega’s?
‘Ik ben drie dagen per week huisarts in Sittard en zit twee dagen op de universiteit. Voor mij is de combinatie ideaal, en ik denk dat ik er ook een betere dokter van word. Je ziet ook steeds meer aiotho’s: artsen in opleiding tot huisarts en onderzoeker. Een ideaal traject voor jonge mensen die ook de combinatie ambiëren van wetenschap en praktijk.’
Tekst: Marc van Bijsterveldt (september 2019)
Foto: Prof. dr. Jochen Cals