Het eindeloze gevecht

Hoe beviel het eigenlijk op de universiteit, had een bestuurder haar onlangs gevraagd. ‘Het is een eindeloze strijd op veel fronten tegelijk,’ had Ionica Smeets, hoogleraar wetenschapscommunicatie aan de Universiteit Leiden, geantwoord.

Ze was lange tijd freelance journalist, maar miste vooral de studenten en keerde terug naar de universiteit. Er zijn goede gevechten die daar beslist gevoerd moeten worden, vertelde ze bij het uitspreken van haar column tijdens de conferentie. Zoals de ‘heroïsche strijd’ aan de randen van het vakgebied, de verkenningstocht met een ‘legioen studenten’ of het ‘duel’ met woorden.

Slagveld

Maar er zijn ook vervelende gevechten, zoals het ‘slagveld’ van beursaanvragen, de reviewers van wetenschappelijke publicaties die maar aanpassingen blijven eisen, de aanvallen van politici en de ‘uitputtingsslag’ voor wetenschappers om een vast contract te krijgen. Het was toch vaak als Don Quichot die het opneemt tegen de bureaucratie. Er zijn ook de ‘achterhoedegevechten’, gevoerd door jonge wetenschappers en juist niet de machtige gevestigde orde, tegen intimidatie, machtsmisbruik en corruptie. Ze zag hoe ze als hoogleraar veelal bezig was met het ‘beschermen van mensen onder je tegen het systeem.’ Maar, zo hield ze het publiek ook voor: ‘Het systeem, dat zijn we zelf.’

Hobby

Daarnaast was er nog haar strijd tegen het idee dat ‘wetenschapscommunicatie een hobby zou zijn.’ Smeets ziet dat op de universiteiten de waardering vooral uitgaat naar het onderzoek  op afstand gevolgd door het onderwijs  terwijl de impact die de wetenschap op de samenleving heeft al helemaal niet telt.

Boekenbon

Toch heeft ze gemengde gevoelens over het nieuwe plan dat diverse ‘clans’ hebben opgesteld om wetenschapscommunicatie beter te belonen en te stimuleren. Het plan bestaat uit drie voorstellen: mensen die uitblinken in communicatie moeten ook hoogleraar kunnen worden; meer beursaanvragen; en meer fondsen om deze pilaar te ondersteunen. ‘Maar we moeten ook uitkijken,’ zegt ze over de drie opties, ‘want het lijkt alsof je verdeeld bent, terwijl we het juist eens zijn.’ Het gaat immers om het werkelijk belonen van mensen die zich inzetten voor de maatschappelijke impact van wetenschap, in plaats van hen af te schepen met de gebruikelijke ‘boekenbon’ of ‘fles wijn.’ Hoe het gebeurt is niet het belangrijkste, als het maar gebeurt, stelt de hoogleraar.

Mutatie

Smeets hoopt dat de wetenschapper in 2030 op minder fronten hoeft te vechten. Ze is niet zozeer voor een ‘revolutie’ of een ‘evolutie’ maar eerder voor een ‘mutatie’ om te zorgen dat de universiteiten niet alleen staan voor meer kennis, maar ook voor goede opleidingen en vooral ‘die betere samenleving voor iedereen.’ Maar vooralsnog voelt het nog als: ‘winning the battle and losing the war.’