Forensische Geneeskunde
Aanleiding
De aanleiding voor de opdracht aan ZonMw zijn de rapporten van de Commissie Hoes en de Taskforce Lijkschouw van respectievelijk 9 oktober 2017 en 2 februari 2018 over de noodzaak van wetenschappelijk onderzoek voor de professionalisering van het beroep van de forensisch arts en het verbeteren van de kwaliteit van de lijkschouw, forensisch medisch onderzoek en medische arrestantenzorg. Er is behoefte aan wetenschappelijke onderbouwing van het forensisch medisch handelen. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en het ministerie van Justitie en Veiligheid (J&V) hebben naar aanleiding van deze aanbevelingen onderzocht wat de mogelijkheden zijn om gezamenlijk een onderzoeksprogramma te steunen. Dit heeft geleid tot de opdracht aan ZonMw voor het opstellen van dit programma.
Doel
Met het programma Forensische Geneeskunde dragen we bij aan de wetenschappelijke onderbouwing en daarmee de kwaliteitsverbetering van de eerstelijns forensische geneeskunde. Dit leidt tot betere waarheidsvinding en kwaliteit van zorgverlening in de eerstelijns forensische context. En het draagt bij aan de professionalisering en het vergroten van de aantrekkelijkheid van het vak.
Het programma bestaat uit 2 programmalijnen:
- Kennisontwikkeling
- Kwaliteitsbevordering en richtlijnontwikkeling
Deze programmalijnen bestaan ieder afzonderlijk uit 3 thema’s die gekoppeld zijn aan kennishiaten uit de kennisagenda van het Forensisch Medisch Genootschap (FMG).
Programmalijn Kennisontwikkeling
In de eerste programmalijn doen we onderzoek naar de volgende thema’s: beoordeling en interpretatie van letsel, postmortaal onderzoek en medische arrestantenzorg.
Beoordeling en interpretatie van letsel
Om de forensisch-medische expertise in Nederland structureel te borgen, is meer wetenschappelijk onderzoek nodig op het gebied van de beoordeling en interpretatie van letsel door forensisch artsen. De onderliggende kennishiaten in de kennisagenda van het Forensisch Medisch Genootschap (FMG) kunnen hier richting aan geven. Daarom financieren we een project dat (een deel van) deze kennishiaten beantwoordt.
Postmortaal onderzoek
Een van de kennishiaten uit de kennisagenda van het FMG is gericht op postmortaal onderzoek. Welke vormen van aanvullend onderzoek dragen bij aan een nauwkeurige vaststelling van de doodsoorzaak? In de eerste helft van 2022 zijn 2 projecten van start gegaan:
- Aanvullende multidisciplinaire medisch forensische diagnostiek ter ondersteuning van de forensisch arts bij overlijdensonderzoek - Introductie van de NOFA-procedure (Nader Overlijdensonderzoek Forensisch Arts)
- Evaluatie Nader Onderzoek Doodsoorzaak bij Kinderen (NODOK) en Pilot Nader Onderzoek Doodsoorzaak bij Volwassenen (NODOV)
Medische arrestantenzorg
Over de kwaliteit van de medische zorg in de politiecel is nog weinig bekend. Het is onduidelijk waaruit goede medische arrestantenzorg moet bestaan en aan welke eisen de zorgverlening moet voldoen. Het project Zicht op kwaliteit medische arrestantenzorg doet onderzoek naar kwaliteitsindicatoren om de kwaliteit van de medische zorg in de politiecel/arrestantenzorg te kunnen meten en verbeteren.
Programmalijn Kwaliteitsbevordering en richtlijnontwikkeling
In de tweede programmalijn doen we onderzoek naar de volgende thema’s: toetsingskader lijkschouw, taakherschikking en onderzoeksdata-infrastructuur.
Toetsingskader lijkschouw
Richtlijnen beschrijven wat onder goed professioneel handelen wordt verstaan en stellen forensisch artsen in staat om op basis van de meest recente evidence-based kennis en best practices te werken, binnen de geldende wettelijke normen. In het project Richtlijnontwikkeling lijkschouw en FMO ontwikkelen beroepsorganisaties, ketenpartners en richtlijnmethodologen nieuwe richtlijnen voor de lijkschouw en voor forensisch medisch onderzoek (FMO).
Taakherschikking
De forensische geneeskunde staat onder grote druk vanwege een groeiend tekort aan forensisch artsen. Andere zorgprofessionals, zoals basisartsen, verpleegkundigen specialisten of physician assistants, kunnen mogelijk taken overnemen van forensisch artsen om deze zorg toegankelijk te houden, maar ook hier geldt krapte op de arbeidsmarkt. We financieren daarom een project dat in kaart brengt welke taken op welke wijze onder welke omstandigheden door wie kunnen worden uitgevoerd, zonder in te boeten aan kwaliteit.
(Door)ontwikkelen onderzoeksdata-infrastructuur
De kennisagenda van het FMG kan alleen gerealiseerd worden wanneer deze ondersteund wordt door een efficiënte en effectieve onderzoeksdata-infrastructuur. We financieren daarom een project dat gericht is op activiteiten voor het (door)ontwikkelen van een toekomstbestendige onderzoeksdata-infrastructuur voor de forensische geneeskunde. Doel hiervan is onder andere dat beschikbare data beter toe te passen zijn voor onderzoek.
Samenwerking
We richten ons met dit programma op onderzoekers en partijen voor wie de resultaten van het onderzoek van belang zijn bij de uitoefening van hun werk. Zoals eerstelijns forensisch artsen, forensisch verpleegkundigen, verpleegkundig specialisten en Physician Assistants, GGD’en, politie, het Openbaar Ministerie (OM), de Inspectie voor de gezondheidszorg en (medisch forensische) deskundigen van het Nederlands Forensisch Instituut.
Programmacommissie
Per subsidieronde wordt een afweging gemaakt wie onderdeel is van de beoordelingscommissie.
Voorzitter
Dr. J.R. (Jan) Woldman
Leden
Dr. W.M.M. (Wim) Heijnen
S. (Sandra) Nootenboom
Prof. dr. E.M. (Elise) van de Putte
Dr. M.L. (Mette) Rurup
Mr. M.M.A. (Michel) Smithuis
R.D. Stoel (Reinoud) Stoel
Waarnemers
E. (Elz) Coolman, ministerie van Justitie en Veiligheid
M. (Merel) Gosselink, ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport