Lerende handreiking voor HTA-methodieken
Zorginnovaties volgen elkaar in rap tempo op. Maar de methodieken om aan te tonen dat het ook werkelijk om een verbetering gaat, groeien niet in gelijke tred mee. Zonde, vindt het ministerie van VWS. Want daardoor bestaat de kans dat veelbelovende zorginnovaties onbenut blijven. Om onderzoekers méér handvatten te geven, hebben Zorginstituut Nederland en ZonMw gezamenlijk het nieuwe programma HTA Methodologie 2021-2024 ontwikkeld (Health Technology Assessment). Voor de uitvoering stelt VWS jaarlijks maximaal anderhalf miljoen euro beschikbaar.
Kleine aanpassingen
Joost Enzing is beleidsadviseur bij Zorginstituut Nederland. ‘Vaak zijn de basisprincipes van oude HTA-methodieken goed bruikbaar’, zegt hij. ‘De analysemodellen hebben slechts een aanpassing nodig, bijvoorbeeld omdat het om een nieuwe toepassing van e-health gaat. Of omdat de zorginnovatie bedoeld is voor een uiterst kleine patiëntengroep. Het kan ook gaan om statistiek die in het buitenland is ontwikkeld, en die alleen nog toegespitst moet worden op Nederland. Daarom vragen we onderzoekers vooral om bestaande HTA-methodieken aan te passen. We zijn dus niet per se op zoek naar grote doorbraken.’
Gap-analyse
Het doel van het programma is tweeledig. Daniël Warmerdam is senior programmamanager bij ZonMw: ‘Eerst creëren we een overzicht van alle analysetechnieken, onderzoekdesigns en uitkomstmaten die al bestaan. Want ook daaraan is behoefte. Vervolgens maken we een gap-analyse: welke methodieken ontbreken nog? Daarvoor raadplegen we vele partijen uit het veld die met innovaties en HTA bezig zijn. De gap-analyse vormt de basis voor een kennisagenda. Een programmacommissie met afgevaardigden uit het veld selecteert daaruit de belangrijkste punten. Zo beslissen we samen in jaarlijkse rondes aan wie een subsidie wordt toegekend.’
Bijzondere samenwerking
Het programma streeft naar een lerende handreiking als resultaat. Warmerdam: ‘Dus een overzicht van HTA-methodieken dat doorlopend verfijnd kan worden. Ook ná afronding van het programma in 2024.’ Hij benadrukt de kracht van de intensieve samenwerking met het veld: ‘Opmerkelijk is dat we niet kunnen voorspellen wat er op de kennisagenda zal staan. Dus nu nog liggen alleen de contouren van het programma vast. Het veld zal er straks in de volle breedte invulling aan geven. Dat maakt dit programma een bijzonder samenwerkingsverband.’
Leren van elkaar
Volgens Joost Enzing biedt het programma ook kansen om van elkaar te leren. Enzing: ‘De samenwerkende partijen bekijken veiligheid, effectiviteit en doelmatigheid vanuit elk een eigen gezichtspunt: het veld als innovator die patiënten zo snel mogelijk wil laten profiteren van vernieuwingen, het Zorginstituut als de pakketbeheerder die aantoonbare voordelen voor de patiënt wil zien voordat een innovatie in het basispakket komt. Er zijn daarbij veel gradaties tussen ja en nee. Bijvoorbeeld een cyclische analyse met tussenpozen. Ik verwacht dat we steeds vaker tot die mogelijkheden overgaan.’
Uitdagende situaties
Het programma HTA Methodologie 2021-2024 focust op methodieken voor zeer uiteenlopende innovaties, zoals genetische tests, implantaten, medicijnen, hulpmiddelen en e-health. Maar net zo goed op al veel langer bestaande zorginterventies die inmiddels in een nieuw daglicht zijn komen te staan. De lerende handleiding van het programma helpt de HTA-onderzoekers uit het veld én bij Zorginstituut Nederland om in uitdagende situaties de juiste keuze te maken.
Tekst: Riëtte Duynstee
Publicatiedatum: 4 maart 2021