Acht grote consortia van MOOI in Beweging gestart
‘Dit is ontzettend mooi, we gaan nu écht van start’, trapt dagvoorzitter Jaap de Graaf af. Hij is lid van de programmacommissie en vanaf het begin betrokken bij het programma MOOI in Beweging. Hij blikt even terug naar het begin in 2021 toen de vergezichten zijn vastgesteld. ‘Vervolgens hebben we met een groot netwerk van stakeholders de maatschappelijke uitdagingen geformuleerd, gevolgd door mooie matchmaking bijeenkomsten. Met uiteindelijk acht brede en bijzondere samenwerkingsverbanden als resultaat.’
Na deze inleiding maken de deelnemers kennis met elkaars projecten.
Het is indrukwekkend hoeveel partijen er samen zijn gebracht. We werken echt aan verandering. De problemen sluiten aan bij de praktijk en worden herkend. Ik ben vooral nieuwsgierig naar de inzichten en ideeën die dit de komende drie jaar gaat opleveren.”
8 projecten in een notendop
'Perspectief van gezin staat centraal'
Actief Systeem voor een Actieve Start (ASAS) - Jessica Gubbels - Universiteit Maastricht
“We richten ons op 0-3-jarigen. Een bijzondere fase. De ontwikkeling van baby naar een kindje dat kan lopen en springen. We hebben ervoor gekozen om het gezin centraal te stellen zodat we ook kinderen buiten de kinderopvang bereiken. We komen bij gezinnen thuis, via de smartphone verzamelen we informatie over hoe zij met elkaar bewegen. Waar lopen zij tegenaan? Wat zijn belemmeringen? We gaan ook in gesprek met het informele netwerk. Wie is er voor jouw gezin belangrijk wanneer het over bewegen gaat? Dat kan een opa of een buurvrouw zijn, maar ook de kraamzorg, de huisarts of kinderopvang. Op die manier komen we in co-creatie tot praktische adviezen.”
'Gecombineerde aanpak voor meer plezier en beweging bij kleuters’
ACT2ACT - Sanne de Vries, de Haagse Hogeschool
“We werken nauw samen met het ASAS-consortium en richten ons juist op de groep van 3 tot 6 jaar. Voor deze leeftijdsgroep is nog veel winst te behalen; ze bewegen niet alleen te weinig, maar vaak ook niet goed. Ons project wordt uitgevoerd met een groot consortium van 47 partners en tien kernpartners. In de regio’s Haaglanden en Groningen hebben we met lokale partners twee Communities of Practice opgezet. Het doel is om de hefboom te vinden die het systeem kan kantelen, zodat bewegen makkelijker en leuker wordt. We zetten photovoice en doeboekjes in en gaan mét die jonge kinderen, hun ouders en betrokken professionals aan de slag.''
‘Een toolbox om de kloof tussen zorg en bewegen te dichten’
Beweegreiskompas - Hans Zwerver, UMCG.
“Het doel van het Beweegreiskompas is een toolbox die we ontwikkelen om de kloof tussen zorg en beweging in de thuissituatie te overbruggen. In de zorg wordt beweging nog veel te weinig voorgeschreven; dat zit nog niet in het arsenaal van artsen en zorgprofessionals. Ondanks goede initiatieven in de verschillende echelons, zien we dat er geen sprake is van een doorlopende beweegreis. Het is allemaal te fragmentarisch. Het Beweegreiskompas moet richting geven aan een goed georganiseerde beweegreis van zorg naar thuis en bewegen in eigen omgeving.”
‘Topsport waar prestatie en plezier centraal staat’
ROCIES Rose of Culture in E/Elite sport - Froukje Smits, Hogeschool Utrecht
“Ons project richt zich op jonge topsporters die opgroeien in uitdagende en soms toxische sportomgevingen. We willen ontdekken hoe we een meer positieve en ondersteunende cultuur kunnen creëren. We werken met twee Living Labs: het fysieke 'Trajectum Living Lab' in Utrecht, waar vijf topsportverenigingen de krachten hebben gebundeld en een virtueel lab gericht op e-sports. We kiezen bewust voor een game-based approach, die uitnodigend en participatief is, zodat mensen zelf kunnen bijdragen. We focussen op het ontwikkelen van een ‘Culture of Care’ en een ‘Culture of Safeguarding’, gebaseerd op wetenschappelijke inzichten. Het doel is uiteindelijk een Nederlands model te creëren waarin prestatie en plezier centraal staan.”
‘Betere benutting van sportaccommodaties’
Het geheim van hotspots - Maarten van Bottenburg, Universiteit Utrecht
“In ons project onderzoeken we hoe sportaccommodaties efficiënter benut kunnen worden, juist omdat de ruimteproblematiek een steeds grotere kwestie wordt in de sportwereld. Een goed voorbeeld is de verschuiving van voetbalwedstrijden van zondag naar zaterdag, wat leidt tot overbelasting op zaterdag en leegstand op zondag. Dat vraagt om een betere organisatie en benutting. We richten ons niet alleen op ‘good practices’, maar vooral op ‘good principles’, zodat deze lessen overdraagbaar zijn. We onderzoeken 28 verschillende sportlocaties door heel Nederland, van zwembaden en sportparken tot beweegplekken in de openbare ruimte. Ons doel is om succesvolle ‘hotspots’ te identificeren en te leren van hun aanpak.”
‘Sportprofessionals als spin in het web’
Ervaring en organisatie van sportprofessionals in Nederland - Jora Broerse, Hogeschool van Amsterdam
“In dit project onderzoeken we de rol van sportprofessionals in Nederland, die vaak als ‘spin in het web’ fungeren tussen sportverenigingen, gemeenten en lokale gemeenschappen. We kijken specifiek naar hun competenties en hoe ze beter opgeleid kunnen worden om maatschappelijke waarde te creëren, zoals het bevorderen van gezondheid, participatie en verbinding in de wijk. We werken samen met sportbonden, onderwijsinstellingen en gemeenten om een nieuw competentiemodel te ontwikkelen. Dit model richt zich op sociaal management en responsieve evaluatie. Met data-analyse en casestudies hopen we een blauwdruk te bieden voor toekomstige generaties sportprofessionals.”
‘Weinig kennis over prijs en vraag naar sport’
Sports Pricing Research to INcrease The Sport participation (SPRINTS) - Willem de Boer, Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
“Ons project kwam eigenlijk tot stand na de constatering dat we nog heel weinig weten over de relatie tussen de prijs van en de vraag naar sport. De actuele aangekondigde btw-verhoging maakt dit onderzoek nog actueler. We gaan onderzoek doen naar prijsdifferentie, prijselasticiteit. Het tweede onderzoek gaat juist meer over de effectiviteit van financiële prikkels om beweegdeelname te vergroten. We gaan experimenteren met de bepaalde aanpakken. Een mooi voorbeeld is de gemeente Tiel waar we een gratis sportaanbod aan de jeugd bieden, in de vorm van buitenschoolse opvang. Deze lessen gaan we met de school, ouders, gemeente en kinderen ontwerpen. Prijs an sich is een belangrijk aspect, maar staat nooit los van andere factoren.”
‘Met en voor bewoners in beweging’
Wijk in Beweging - Ivo van Hilvoorde, Hogeschool Windesheim
“Mensen in aandachtswijken sporter minder. Het is één van de maatschappelijke uitdagingen waar we voor staan. Wat doen we daaraan? Er zijn al veel mooie initiatieven op wijkniveau. We gaan in drie wijken in drie gemeenten aan de slag. In Slotermeer (Amsterdam), de Pierik (Zwolle) en Didam (Montferland) sluiten we aan bij wat er al is. We gaan vooral mét bewoners op basis van gelijkwaardigheid in gesprek. Waar is behoefte aan, hoe kunnen we gebruik maken van plekken in de wijk, welke netwerken zijn van belang? Hoe kunnen we kennis benutten van andere wijkgerichte aanpakken in de livinglabs. De vraag blijft hoe kunnen we meer mensen in deze verschillende wijken in beweging krijgen?”
Transities en systeemverandering
Na de informatieve ronde projecten is het tijd voor de keynote van Lucas Simons. Hij is expert op het gebied van transities en systeemverandering - ondernemer en auteur van het boek ‘Changing The Food Game en co-auteur van Changing the Game’. Zijn lezing intrigeert en prikkelt.
“Mensen moeten meer bewegen, gezonder worden. Daar zijn jullie van. Wie van jullie denkt: als we dit oplossen, dan gaat dat fundamentele gevolgen hebben?’ Lucas Simons weet hoe hij een publiek bij zijn verhaal moet betrekken. ‘Wie denkt: als we dit willen oplossen dan moet niet alleen de overheid, niet alleen de gemeenten, maar dan moet eigenlijk iedereen veranderen? Heel veel handen in de lucht. Ik neem jullie mee in de wonderlijke wereld van transities en systeemverandering.”
“Wil je een andere uitkomst? Dan moet je eerst de regels van het spel veranderen”
Complex
‘Hoe kunnen we systemen veranderen? Het is een onderwerp waar Simons al vanaf zijn ‘tiende ‘mee bezig is. Bij systeemverandering vallen vaak termen als wicked problems of complexe problemen. ‘En dat betekent: ‘Het gaat lang duren en het is heel ingewikkeld. Om een andere uitkomst te krijgen, zijn volgens de auteur andere spelregels nodig. “Als je een andere uitkomst wil, dan moet je nadenken wat houdt het huidige spel in stand? Waarom doen gemeenten niet de juiste dingen om mensen in beweging te krijgen? Willen de scholen niet en waarom niet?” Wanneer en waarom komen partijen in beweging? What is in it for me, is volgens Simons een vraag die vaker gesteld moet worden. ”Dat geldt niet alleen voor bedrijven, ook de scholen en gemeenten moeten het gevoel hebben dat ze ‘winning’ zijn.”
“Met alleen onderzoek en pilots verander je geen systeem”
Volgens Simons gaat het om dat hele proces van A naar Beter, van het oude systeem naar een nieuwe manier van werken. ”Elke transitie is anders maar er zijn wel bepaalde patronen te herkennen."
Alle complexe systeemveranderingen - of het nu de landbouw of de energiemarkt betreft – gaan verschillende fases door. Van baby tot volwassene, aldus Simons. ”Fase nul of de babyfase is we weten al lang dat er een probleem is, maar we doen er nog niets aan. De urgentie ontbreekt – tot fase twee. Dan gaan we aan de slag. Dat is de fase van pilots en projecten. Maar met alleen pilots en projecten verander je het systeem niet. Vaak blijven we te lang hier hangen. Fase drie is de jong volwassenfase. We kennen het probleem, we weten dat er oplossingen zijn. Dit is de fase van opschaling en verankering. Er ontstaan ook weer nieuwe barrières waar we mee om moeten gaan. En dan pas kunnen we en kan ook de overheid druk zetten op het oude systeem waar we afscheid van willen nemen.”
Afsluiting
Dagvoorzitter Jaap de Graaf sluit de dag ‘geïnspireerd’ af. Hij is benieuwd naar de resultaten en inzichten die MOOI in Beweging gaat opleveren. Via de nieuwe website worden alle betrokken partijen vanaf deze maand op de hoogte gehouden en hij raadt de consortia aan elkaar ook onderling op te blijven zoeken en kennis uit te wisselen. ‘We willen resultaten op elkaar in laten grijpen om echt die verandering in gang te zetten.’
Tekst: Jessica Maas
Foto's: ZonMw