Onderzoek doen naar gezond ouder worden
Zo’n 50 onderzoekers volgden een serie presentaties over de lopende onderzoeken en namen deel aan levendige discussies over wat kan bijdragen aan een betere gezondheid van ouderen.
Wat was de aanleiding?
Het samenwerkingsverband ‘Vitality oriented Innovations for the ageing society’ (VOILA) is in 2019 van start gegaan. Een uitgebreid en divers team van verouderingsexperts heeft hierbij de krachten gebundeld. Samen doen zij onderzoek naar factoren en oplossingen die bijdragen aan een betere gezondheid van ouderen. Hierbij wordt niet gekeken naar één specifieke ouderdomsziekte, maar naar het verouderingsproces en biologische kwetsbaarheid van ouderen als risicofactor voor meerdere ouderdomsziekten. Er lopen dus tegelijkertijd meerdere onderzoeken naar verschillende aandoeningen. Bij dit grootschalige onderzoek zijn negen onderzoeksinstituten en acht private partijen betrokken. Het onderloopt loopt 6 jaar en is nog in volle gang. Tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van VOILA werd de voortgang van de lopende onderzoeken gedeeld en was er ruimte voor discussie en kennisuitwisseling.
Jaarlijkse bijeenkomst
De deelnemers werden welkom geheten door Prof. dr. Eline Slagboom. Zij is voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Verouderingsonderzoek (DuSRA) en onderzoeker bij het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC).
“Met de resultaten van dit onderzoek willen we mensen helpen zo lang mogelijk gezond en vitaal te blijven”
Vervolgens was de bijeenkomst opgedeeld in 4 hoofdthema’s: moleculaire epidemiologie, leefstijl interventies, farmaceutisch onderzoek en maatschappelijke impact. In totaal kwamen er 13 veelal jonge onderzoekers aan het woord om hun voortgang te presenteren. De hoofdlijnen daarvan zetten we hier op een rijtje.
1: Moleculaire Epidemiologie
Het eerste deel van de bijeenkomst was gericht op biomarkers. Dit zijn profielen van stofjes in het bloed waaraan je kunt aflezen wat de gezondheidsstatus van iemand is. Deze stofjes (metabolieten) markeren oplopende problemen in de immuniteit en stofwisseling en kleine ontstekingen in het lichaam. Onderzoekers kunnen hiermee inschatten welke ouderen een verhoogde kwetsbaarheid hebben (of een verhoogde biologische leeftijd). Deze biomarkers worden gemeten in grote cohort- en patiëntenstudies om te zien met welke (combinatie van) aandoeningen die kwetsbaarheid gepaard gaat en of daarop kan worden geanticipeerd door een aangepaste behandeling of leefstijlverandering. De onderzoeken worden deels gebaseerd op resultaten van eerder uitgevoerde onderzoeken. Er worden ook series van nieuwe metabolieten gemeten in die studies. Het doel is om risicoschattingen verder te verbeteren. Met behulp van biomarkers wil men ook aantonen of een leefstijlinterventie werkt of niet. En of mensen hun gezondheid kunnen verbeteren. Qua gezondheid verschillen ouderen ontzettend veel van elkaar en VOILA wil weten wat er het beste werkt voor wie.
Zo wordt er bijvoorbeeld data verzameld via vragenlijsten en een druppeltje bloed dat je zelf afneemt thuis. Deelnemers geven hierbij informatie over hun gezondheid. Aan de hand van de resultaten krijgt de deelnemer een persoonlijk leefstijladvies. Als onderzoekers bijvoorbeeld biomarkers van cardiometabole (hart- en vaatziekten, diabetes en nierziekten) risicofactoren vinden, dan kan dit worden meegenomen in de algoritmen. Met als resultaat een beter en gerichter persoonlijk advies.
2: Leefstijllinterventies
Ook wordt er gekeken hoe de stofwisseling, het afweersysteem, de darmflora en spieren beïnvloed kunnen worden door leefstijlveranderingen. Er is nog weinig bekend over individuele achteruitgang bij ouderen. Daarom zijn er metingen nodig die de effecten van een leefstijlinterventie heel gevoelig kunnen aantonen. Als ouderen dezelfde voedings- of bewegingsinterventie volgen, worden er effecten zichtbaar op spieren, darmen of spijsvertering. Zo loopt er in VOILA een nieuw onderzoek waarbij ouderen met een gemeten kwetsbaarheid drie maanden lang twee keer per dag voedingssupplementen slikken, drie keer per week krachttraining doen en daarnaast ook voedingsadviezen ontvangen. Dit maakt zichtbaar hoe bij dezelfde leefstijlaanpassingen de uitkomsten onderling kunnen verschillen. VOILA kijkt daarvoor naar de metabolieten profielen voor en tijdens de studie en onderzoekt bloed van deelnemers in bloedvaatjes op chips.
“Een belangrijke vraag is: waarom reageren sommige mensen niet of nauwelijks op leefstijlveranderingen?”
3: Farmaceutisch onderzoek en interventies
Waarom reageren sommige mensen niet of nauwelijks op interventies en anderen wel? Om dat te achterhalen wordt er gekeken op celniveau. En dan met name hoe veroudering in cellen herkend en aangepakt kan worden. Onder andere door onderzoek naar verouderde of beschadigde cellen in het bewegingsapparaat, zoals spieren en kraakbeen. Om individuele achteruitgang in grote aantallen ouderen te meten onderzoekt VOILA ook bloedcellen.
4: Maatschappelijke impact: hoe stimuleer je een gezonde leefstijl?
DuSRA-VOILA wil de wetenschappelijke resultaten ook graag onder de aandacht brengen bij een breder publiek. Daarom is de gratis mini-cursus ‘Vitaal en gezond ouder worden’ ontwikkeld. Dit is gericht op ouderen zonder specifieke academische voorkennis. Eind september gaat de cursus van start. Deelnemers ontvangen per e-mail acht nieuwsbrieven met filmpjes, feiten en oefeningen over gezond en vitaal ouder worden. Iedere aflevering vertelt een VOILA wetenschapper wat de laatste inzichten zijn en welke doorbraken we in de toekomst op dit gebied kunnen verwachten. Er komen vragen aan bod als: Hoeveel moet ik bewegen? Hoe houd ik mijn spieren sterk? Hoe houd ik mijn darmen gezond? Ga voor meer informatie naar www.leydenacademy.nl/vitaalouder. De ambitie voor de toekomst is om deze kennis ook te gebruiken in onderwijsprogramma’s op scholen.
Samenwerking binnen VOILA
VOILA is een samenwerking van medische centra in Leiden (LUMC), Utrecht (UMC Utrecht), Groningen (ERIBA-UMCG), Rotterdam (Erasmus MC) en Maastricht (MUMC), Wageningen University & Research, Rijksinstituut Volksgezondheid en Milieu (RIVM), Leiden Academic Centre for Drug Research (LACDR), Technische Universiteit Delft en de private partijen Cleara Biotech, Sciex, Interscience/Sample Q, FrieslandCampina, &niped, Diabetes Fonds, Zorg & Zekerheid en de Leyden Academy. De samenwerking wordt medegefinancierd met 6 miljoen euro vanuit ZonMw en Health~Holland, Topsector Life Sciences & Health. De rest van het bedrag wordt gefinancierd door private partijen.