Herstelondersteunende zorg bij depressie vraagt om zelfmanagement
‘Zelfmanagement kan depressieve mensen helpen om in hun dagelijkse leven beter om te gaan met hun klachten’, vertelt Jan Spijker, bijzonder hoogleraar Chronische Depressie aan de Radboud Universiteit en psychiater bij het Expertisecentrum Depressie Pro Persona. ‘Ze vragen zich bijvoorbeeld af wat hun aandoening is en wat ze kunnen doen om die in goede banen te leiden. Met vaak zelf ontwikkelde strategieën voeren ze zo de regie over hun depressie.’
Meer autonomie, beter toekomstperspectief, lagere zorgkosten
En dat kan volgens Jan meer autonomie en een beter toekomstperspectief brengen. ‘Bovendien kan zelfmanagement tot meer efficiency en lagere zorgkosten leiden. Het zijn immers niet alleen de professionals die aan zet zijn om mensen beter te maken. De cliënten zelf spelen daarin ook een belangrijke rol. Ten slotte kan zelfmanagement herstelkansen bieden wanneer therapie na enige tijd niet meer helpt.’
Eigenwaarde en zelfvertrouwen
Jan vindt het belangrijk dat zelfmanagement bijdraagt aan een meer gelijkwaardige relatie tussen professional en cliënt. ‘Als professional stimuleer je cliënten om de regie over hun klachten te voeren. Ik merk dat ze dat in het begin soms ingewikkeld vinden. Maar uiteindelijk ervaren ze het als prettig om minder afhankelijk te zijn en te kunnen beslissen wat ze wel en niet willen. Dat draagt bij aan meer eigenwaarde en zelfvertrouwen.’
Fysieke versus mentale aandoeningen
Jan wijst erop dat zelfmanagement bij fysieke aandoeningen iets anders is dan bij mentale aandoeningen. ‘Diabetes wordt vaak aangehaald als voorbeeld van een ziekte waarover je zelf de regie kunt voeren. Je kunt zelf op je gewicht letten, gezond eten, voldoende bewegen, je bloedsuikerwaarde in de gaten houden en indien nodig medicijnen innemen. Zelfredzaamheid bij een psychiatrische aandoening is echter een stuk ingewikkelder. Want bij mentale problematiek is juist je vermogen om zelf te acteren, je autonomie te bewaren en zelf keuzes te maken ingeperkt.’
Ervaringskennis en -deskundigheid
Ervaringskennis en -deskundigheid kunnen dan iets extra’s toevoegen. Daarbij maakt Jan onderscheid tussen ervaringskennis van mensen die een depressie hebben meegemaakt, en de ervaringsdeskundigheid die nodig is om deze kennis in te zetten om mensen met vergelijkbare klachten te helpen. ‘Een ervaringsdeskundige zit als een soort linking pin tussen de professional en de cliënt in. Hij kan bijvoorbeeld vertellen hoe hij zijn aandoening heeft aangepakt. Dat is informatie die een professional niet uit eigen ervaring kan geven. Overigens heeft niet iedereen met kennis ook deskundigheid. Maar we vragen onze cliënten wel of ze hun ervaringen zouden kunnen en willen delen met andere cliënten. Zij kunnen ook trainingen volgen om ervaringsdeskundigheid op te bouwen.’
Herstelmaatjes
Jan werkt aan het zogenoemde maatjesproject. ‘Dat richt zich op maatschappelijk herstel bij en na een depressie. De weg terug naar participatie in de samenleving - denk aan vrijwilligerswerk of wijkactiviteiten - is voor cliënten doorgaans lang en moeilijk. Dat komt vaak door een gebrek aan zelfvertrouwen. Ze durven bijvoorbeeld geen hulp te vragen, met als gevolg dat ze zich weer terugtrekken. De behoefte aan begeleiding is dan ook groot. Maar de ggz kan daar eigenlijk nauwelijks bij helpen. Die is immers vooral gericht op afname van de depressie. Daarom hebben we geïnventariseerd hoe mensen een depressie ervaren, tegen welke problemen ze aanlopen en wat de maatschappelijke gevolgen daarvan zijn. Dat heeft geleid tot de inzet van herstelmaatjes. Die hebben zelf cliëntervaring en weten wat het is om je eigen kracht terug te krijgen. Zij kunnen depressieve mensen helpen bij het zoeken naar die eigen kracht.’
Depressie Connect
Een ander project is de ontwikkeling van het online platform Depressie Connect. ‘Daar kunnen mensen met een depressie elkaar ontmoeten’, aldus Jan. ‘Ze krijgen tips en adviezen van ervaringsdeskundigen over hoe zij beter met hun depressie kunnen omgaan.’
Barrières
Inzet van zelfmanagement en ervaringsdeskundigheid komt steeds vaker voor. ‘Daar ben ik heel blij mee’, zegt Jan. ‘Maar ik ervaar ook barrières in samenwerkingsprojecten. Ten eerste zijn professional en cliënt meer partners van elkaar geworden. Dat betekent dat je moet zoeken naar elkaars rollen en dat je elkaar moet vertrouwen. Ten tweede worden de activiteiten van ervaringsdeskundigen - de gesprekken die zij als aanvulling op de behandeling met cliënten voeren over de inzet van zelfmanagement - niet vergoed.’
Kloof tussen sociaal domein en zorgdomein
En er is volgens Jan nog een derde obstakel. ‘De afgelopen decennia was de ggz sterk gericht op de behandeling van psychiatrische aandoeningen én op maatschappelijk herstel op de langere termijn. Die laatste taak is echter overgeheveld naar het sociale domein en ligt nu dus bij de gemeente. Helaas bestaat er een grote kloof tussen wat de ggz doet en wat gemeenten doen. Zelfmanagement en ervaringsdeskundigheid bevinden zich juist op het grensvlak van het sociale domein en het zorgdomein. Aangezien die domeinen onvoldoende adequaat met elkaar communiceren en samenwerken, komen verbeterinitiatieven niet gemakkelijk tot stand.’
Meer samenwerking, minder hiërarchie
Uiteindelijk gaat het erom dat mensen met chronische depressies profiteren van zelfmanagement en ervaringsdeskundigheid, en zich daardoor beter gaan voelen. ‘Wat mij betreft nemen we afstand van de scheiding tussen behandeling en herstel’, besluit Jan. ‘Dat die scheiding is gemaakt om financiële redenen, begrijp ik. Maar daar schieten depressieve mensen niets mee op. Ik hoop dan ook van harte dat we erin slagen domeinoverstijgender te gaan werken. Bovendien vertrouw ik erop dat de zorg door de inzet van zelfmanagement en ervaringsdeskundigheid minder hiërarchisch wordt. Als professionals en cliënten elkaar als partners met verschillende rollen zien, kunnen ze prettig met elkaar samenwerken.’
Als cliënten de regie over hun klachten voeren ervaren ze het uiteindelijk als prettig om minder afhankelijk te zijn en te kunnen beslissen wat ze wel en niet willen. Dat draagt bij aan meer eigenwaarde en zelfvertrouwen.
Binnen de buitenkant
7 persoonlijke verhalen over herstelondersteunende zorg
Wie een kijkje wil nemen in het hoofd en hart van zeer kwetsbare mensen, leest het boek ‘Binnen de buitenkant’. In 7 zeer persoonlijke verhalen vertellen zij hoe zij dankzij herstelondersteunende zorg een balans in hun leven hebben gevonden. Daarbij staat niet de genezing van de psychische aandoeningen voorop, maar het persoonlijke proces om met je kwetsbaarheden een gezond en betekenisvol leven te kunnen leiden.
De verhalen worden gelardeerd met persoonlijke tips, ervaringen van professionals en inzichten uit diverse projecten. Het boek is bedoeld voor alle professionals met een taak in de geestelijke gezondheidszorg. Zij krijgen steeds vaker te maken met wachtlijsten, draaideurpatiënten en onbegrepen gedrag. Daardoor neemt het risico van te snelle beslissingen toe. Terwijl het persoonlijke proces juist het uitgangspunt naar herstel zou moeten zijn. Daarnaast is het boek bedoeld voor kwetsbare mensen zelf én hun naasten.
Tekst: Onno Kronenberg, november 2023