Mobiele menu

Verschillen tussen oudere mannen en vrouwen met hartfalen op het gebied van multimorbiditeit en zorggebruik

Projectomschrijving

Een van de aandoeningen die veel bij ouderen voorkomt is hartfalen. Patiënten met hartfalen hebben niet alleen meer andere ziekten, maar ook worden zij frequent opgenomen in het ziekenhuis en hebben zij meer depressieve klachten. Er is weinig bekend over de verschillen tussen mannen en vrouwen met hartfalen in het vóórkomen van andere ziekten, het voorkomen van depressieve klachten en het aantal ziekenhuisopnames. Het doel van dit onderzoek was om hier meer inzicht in te verkrijgen.

Werkwijze

In dit onderzoek werd gebruik gemaakt van een al bestaande database, de TOPICS-MDS database. Deze database bevat gegevens over de fysieke en geestelijke gezondheid en welbevinden van meer dan 38.000 ouderen uit 41 projecten in Nederland. 

Resultaten

In dit onderzoek zijn in totaal 7100 ouderen met hartfalen onderzocht. Depressie kwam vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Patiënten met hartfalen die aangaven depressief te zijn, hadden meer andere ziekten dan patiënten die niet depressief waren. Vrouwen hadden vaker andere ziekten dan mannen. Toch worden mannen met hartfalen vaker opgenomen in het ziekenhuis.

Verslagen


Eindverslag

Een veel voorkomende aandoening bij ouderen is hartfalen. Patiënten met hartfalen hebben veel andere ziekten (waaronder depressie) en worden vaak opgenomen in het ziekenhuis. Hoewel meer vrouwen hartfalen hebben dan mannen, is er weinig bekend over verschillen tussen mannen en vrouwen op het gebied van ziekenhuisopnames, het vóórkomen van depressie en andere ziekten. Daarom is er onderzoek gedaan op de gegevens in een al bestaande database, de TOPICS-MDS database. Deze database bevat gegevens over de fysieke en geestelijke gezondheid van 38.000 ouderen uit 41 projecten in Nederland.

7100 ouderen met hartfalen zijn onderzocht. Depressie kwam vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Patiënten met hartfalen die aangaven depressief te zijn, hadden meer andere ziekten dan patiënten die niet depressief waren. Vrouwen hadden vaker andere ziekten dan mannen. Toch worden mannen met hartfalen vaker opgenomen in het ziekenhuis.

Samenvatting van de aanvraag

Door de vergrijzing en het langer thuis blijven wonen van ouderen is het nodig dat bij de scholing van zorgprofessionals meer nadruk wordt gelegd op ouderenzorg en zorg in de wijk. Een van de aandoeningen die veel bij ouderen voorkomt is hartfalen. Naar schatting waren er in januari 2011 ruim 141.000 mensen in Nederland met hartfalen, 61.500 mannen en 80.100 vrouwen. In 2011 werden de kosten voor de zorg voor hartfalen geschat op 940 miljoen euro. Patiënten met hartfalen hebben niet alleen vaak multimorbiditeit en een hoog zorggebruik, maar ook worden zij frequent opgenomen in het ziekenhuis en hebben zij een lage kwaliteit van leven en meer depressieve klachten. Kennis over verschillen tussen mannen en vrouwen met hartfalen op het gebied van somatische en psychiatrische multimorbiditeit en zorggebruik in Nederland ontbreekt, terwijl er internationaal steeds meer aandacht is voor de verschillen tussen mannen en vrouwen bij oorzaak, presentatie, diagnose en multimorbiditeit bij hartfalen, en de gevolgen die deze verschillen impliceren voor preventie- en behandelingsstrategieën bij mannen en vrouwen. Het is belangrijk dat verschillen in multimorbiditeit tussen mannen en vrouwen met hartfalen in Nederland bekend zijn, zodat de zorg voor mannen en vrouwen met hartfalen verbeterd wordt en toegespitst op de specifieke zorgbehoefte van mannen met hartfalen en de specifieke zorgbehoefte van vrouwen met hartfalen. Uit onderzoeken in de Verenigde Staten blijkt dat depressie bij patiënten met hartfalen leidt tot meer heropnames, dat depressie bij hartfalen gelinkt is aan hogere mortaliteit en dat verergering van depressieve klachten geassocieerd wordt met een slechtere prognose bij hartfalen. Vaak worden psychiatrische aandoeningen bij somatische ziekten niet of slecht herkend, wat leidt tot slecht gecoördineerde zorg en inefficiënte inzet van zorg. Omdat psychiatrische ziekten bij een somatische ziekte vaak niet herkend worden door zorgprofessionals, biedt de TOPICS-MDS de mogelijkheid om door middel van zelf-gerapporteerde multimorbiditeit en symptomen van angst en depressie, na te gaan wat de prevalentie van deze symptomen bij Nederlandse mannen en vrouwen met hartfalen is, en of deze prevalentie overeenkomt met eerder gerapporteerde prevalenties. Aangezien vrouwen met hartfalen vaker depressies hebben dan mannen met hartfalen, zijn de verschillen tussen mannen en vrouwen belangrijk, om zo de implicaties voor de zorg en de zorgorganisatie beter te begrijpen. De onderzoeksvraag van dit onderzoek is: Verschillen oudere vrouwen met hartfalen van oudere mannen met hartfalen in de mate van multimorbiditeit en mate van zorggebruik? Doelstelling: Het verbeteren / ontwikkelen van: - Kennis over de verschillen tussen mannen en vrouwen met hartfalen en daarbij somatische en psychiatrische co-morbiditeit - Kennis over de verschillen tussen mannen met hartfalen en vrouwen met hartfalen zorggebruik: aantal dagen ziekenhuisopname, aantal keer ongeplande huisartsenbezoeken (huisartsenpost / huisbezoek huisarts in de avond, nacht of weekend), uren thuiszorg, aantal dagen dagbehandeling, aantal weken tijdelijke opname verzorgingshuis en aantal weken tijdelijke opname verpleeghuis - Kennis over de verschillen tussen mannen met hartfalen en zelfgerapporteerde angst/depressie en vrouwen met hartfalen en zelfgerapporteerde angst/depressie en zorggebruik Dit leidt voor de patiënt tot: - betere zorg doordat de zorgprofessional beter op de hoogte is van man-vrouw verschillen bij hartfalen (diversiteit) en de zorgprofessional haar zorgaanbod hierop kan afstemmen. - betere zorg doordat de zorgprofessional beter op de hoogte is van multimorbiditeit en zorggebruik bij hartfalen (complexe zorg) en dus beter kan aansluiten bij de behandelwensen van de patiënt.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
633400013
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2016
2018
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Dr. M. Heiligenberg MD PhD
Verantwoordelijke organisatie:
Hogeschool van Amsterdam