Mobiele menu

Tacrolimus suppositories versus hydrocortison suppostories for the treatment of proctitis refractory to local 5-ASA.

Projectomschrijving

Samenvatting na afronding

Patiënten met een proctitis ulcerosa hebben last van terugkerende endeldarmontsteking. Als de ontsteking niet goed wordt behandeld kan de ontsteking zich uitbreiden naar de rest van de dikke darm. Meestal is behandeling met een zetpil van het medicijn mesalazine voldoende.
Helaas werkt dit middel niet bij alle patiënten. Zij worden dan vaak behandeld met een prednison-achtig middel, zoals beclomethason zetpillen, waarbij veel bijwerkingen kunnen ontstaan.

Resultaten

In dit onderzoek is bekeken of een alternatief middel, genaamd tacrolimus, beter werkt dan de prednison-achtige medicijnen. Uit het onderzoek blijkt dat zowel tacrolimus zetpillen als beclomethason zetpillen werkzaam zijn bij het behandelen van een endeldarmontsteking. Patiënten in beide groepen hadden na 4 weken behandeling minder of zelfs geen darmklachten meer. Bij een darmkijkonderzoek was de endeldarm minder ontstoken en in een kleine groep zelfs volledig genezen. Er werden geen verschillen gevonden in de werkzaamheid of de bijwerkingen van beide middelen. Dit betekent dat tacrolimus zetpillen kunnen worden toegevoegd aan de behandelopties van patiënten met therapieresistente proctitis ulcerosa. Er is echter meer onderzoek nodig naar de precieze plaatsbepaling van dit middel bij de behandeling van deze patiënten.

Samenvatting bij start

Tacrolimus zetpillen versus hydrocortison zetpillen voor de behandeling van persiterende proctitis. Proctitis (endeldarmontsteking) komt voor bij mensen met een inflammatoire darmontsteking. Proctitis wordt behandeld met mesalazine zetpillen. Soms werkt deze behandeling niet, of de ontsteking komt snel terug met als risico uitbreiding naar de rest van de dikke darm. Bij falen worden vaak hydrocortison zetpillen gebruikt, meestal met gering effect. Het doel van dit onderzoek is om een nieuwe therapie te testen bij patienten met een persisterende proctitis. De nieuwe therapie bestaat uit behandeling met tacrolimus zetpillen.  Tacrolimus is een immuunonderdrukkend medicijn, en in een kleine groep procitits patiënten bleek dit medicijn als zetpil effectief, zonder ernstige bijwerkingen. Hypothese
Wij denken dat tacrolimus zetpillen effectiever zijn dan hydrocortison zetpillen en dat willen we aantonen door ze te vergelijken in een grotere groep patienten. Door dit onderzoek hopen we in de toekomst deze invaliderende ziekte beter te behandelen.

Verslagen


Eindverslag

Patiënten met een terugkerende endeldarmontsteking (proctitis) door de ziekte colitis ulcerosa hebben kans op uitbreiding van deze ziekte naar de gehele darm en om dit te voorkomen dient er een effectieve behandeling te worden gegeven. Meestal valt deze ontsteking goed onder controle te krijgen met een mesalazine zetpil, maar als dat niet lukt zijn er weinig goede gegevens over een effectief medicijn wat hierna kan worden voorgeschreven. Hierdoor worden verschillende medicatievormen toegepast met niet altijd goede uitkomsten. Al eerder is vastgesteld dat het gebruik van een lokaal immuunonderdrukkend medicijn, tacrolimus in zetpil vorm, een goed effect heeft, alleen dit was is een kleine groep van 12 patiënten. Om het effect beter uit te zoeken en te vergelijken met prednison zetpillen, een middel wat nu vaak wordt voorgeschreven als mesalazine niet werkt willen de onderzoekers het gebruik van prednison zetpillen vergelijken met tacrolimus zetpillen in 88 patiënten met een procitis. De verwachting is dat de tacrolimus zetpil minder bijwerkingen geeft en mogelijk ook effectiever is dan de prednison zetpil.

Samenvatting van de aanvraag

Patients with recurrent ulcerative proctitis (UP)show an aggressive disease course, are more prone to show proximal extension at a later date and are colectomized to a higher extent. Data suggest that early aggressive treatment of UP may prevent or delay proximal extension, therefore there is an urgent need to evaluate better the efficacy of potent local therapies. Multiple treatment options are used usually applied in a step-up approach. The first step in treatment is 5-ASA administered as suppository, if clinically necessary, according to the CBO guidelines followed by corticosteroid suppositories as the choice for second line therapy when 5-ASA locally fails. The response rate of this approach is around 40% (in non-refractory patients!). In case of a chronic relapsing course or steroid-dependency, azathioprine or even anti-TNF may be initiated. In our preliminary study patients with refractory UP were treated for four weeks with a daily tacrolimus 2-4 mg enema or 2 mg suppository. Safety of local tacrolimus treatment was assessed by tacrolimus trough blood levels, by monitoring liver- and kidney function and glucose levels. Efficacy of treatment was assessed by comparing the disease activity index (DAI), and endoscopic and histopathological scores at baseline and at week 4 of treatment. Nineteen patients with left-sided colitis (n=7) or proctitis (n=12) were treated. None of the patients developed side effects. Blood trough levels of tacrolimus were too low to induce systemic immune suppression. Thirteen of nineteen patients (3/7 and 10/12 respectively) showed clinical improvement of disease activity after 4 weeks of local tacrolimus treatment. Moreover, a significant improvement of histopathological appearance was observed in the suppository-treated group. This study demonstrated that local application of tacrolimus 2 mg daily in patients with refractory distal colitis is feasible, generally safe and potentially efficacious. To proof therapeutic efficacy of tacrolimus compared to standard second line therapy we want to initiate a prospective, placebo controlled randomized (tacrolimus:hydrocortison 1:1) study in 88 UP patients conducted in all academic hospitals in The Netherlands.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
836011003
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2013
2017
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. C.J. van der Woude
Verantwoordelijke organisatie:
Erasmus MC