Long-term economic and health-related consequences of short term outcomes in evaluation of perinatal interventions
Projectomschrijving
Voor de evaluatie van perinatale interventies dienen zowel de korte als de lange termijn uitkomsten bepaald te worden. Aangezien ernstige gevolgen van perinatale complicaties (cerebral palsy, laag IQ, gedrag stoornissen) vaak pas na enkele jaren manifest worden is een follow-up periode van minstens 2 jaar nodig en bij voorkeur zelfs nog langer. Echter, een dergelijke follow-up periode en de daarvoor benodigde kosten maakt dat dit vaak niet mogelijk is binnen het tijdsbestek en financiering van de meeste onderzoeksprogramma’s. Als gevolg hiervan kunnen in veel prospectieve evaluatie studies geen lange termijn uitkomsten worden meegenomen.
Het doel van deze studie is predictiemodellen te ontwikkelen voor verschillende lange termijn uitkomsten op basis van korte termijn uitkomsten in combinatie met de medische (obstetrische) voorgeschiedenis en patiënt karakteristieken. Toekomstige obstetrische studies kunnen vervolgens met behulp van deze predictiemodellen de lange termijn uitkomsten en de hieraan gerelateerde kosten voor de maatschappij voorspellen wanneer lange termijn follow-up niet mogelijk is.
Producten
Auteur: Teune MJ, Wassenaer van AG, Dommelen van P, Mol BWJ, Opmeer BC.
Magazine: American Journal of Obstetrics and Gynecology
Auteur: Teune MJ, Bakhuizen S, Gyamfi Bannerman C, Opmeer BC, Kaam van AH, Wassenaer van AG, Morris JM, Mol BWJ.
Magazine: American Journal of Obstetrics and Gynecology
Auteur: Margreet J Teune*, Aleid G van Wassenaer, Ben Willem J Mol, Brent C Opmeer
Auteur: Teune MJ, van Wassenaer AG, Mol BW, Opmeer BC.
Magazine: BMC Pregnancy and Childbirth
Verslagen
Eindverslag
Voor systematische evaluatie van perinatale interventies dienen zowel korte als lange termijnuitkomsten te worden bepaald. Aangezien ernstige neurologische en respiratoire sequelae als gevolg van perinatale complicaties vaak pas na enkele jaren manifest worden, is een follow-up periode van tenminste 2 jaar nodig voor het bepalen van neonatale uitkomsten, en bij voorkeur zelfs nog langer.
Echter, een dergelijke follow-up duur en de daarvoor benodigde kosten zijn niet mogelijk binnen het tijdsbestek en financiering van de meeste onderzoeksprogramma’s. Als gevolg hiervan kunnen in veel prospectieve evaluatie studies geen lange termijn uitkomsten worden meegenomen. Als deze al worden beschreven, worden ze slechts in kwalitatieve zin gerapporteerd in plaats van kwantitatief verwerkt in de evaluatie.
Multivariabele predictie modellen zouden een oplossing voor dit probleem kunnen zijn. Met behulp van deze modellen zouden de lange termijn uitkomsten voorspeld kunnen op basis van korte termijn uitkomsten in combinatie met patiënt karakteristieken en de medische obstetrische voorgeschiedenis van een specifieke patiënt.
Het doel van deze studie was om deze multivariabele predictiemodellen te ontwikkelen voor respiratoire en neurologische morbiditeit op de lange termijn.
Voor het ontwikkelen van deze predictiemodellen is gebruik gemaakt van gegevens uit een cohort studie van premature bevallingen en/of kinderen met een laaggeboortegewicht (SGA), die geboren zijn in 1983, en waarvoor vervolgmetingen zijn uitgevoerd op 2, 5 en 19-jarige leeftijd (POPS-cohort).
Onder andere de volgende kandiaat predictoren zijn geïncludeerd in deze predictiemodellen; sociale klasse, maternale hypertensieve aandoeningen, diabetes mellitus, gewicht en geslacht van het kind, respiratory distress syndroom, bronchopulmonary dysplasie, intraventricular hemorragie, sepsis, asfyxie, convulsies en sectio caesarea.
Daarnaast is er een ook model ontwikkeld om het verschil in kosten-effectiviteit te bepalen tussen daadwerkelijk follow-up van het kind in vergelijking met het voorspellen van de lange termijn uitkomsten met behulp van predictiemodellen.
Toekomstige evaluatiestudies kunnen deze modellen gaan gebruiken voor extrapolatie naar de lange termijn wat zowel de efficiëntie als validiteit van dergelijke studies ten goede komt.
Naast het ontwikkelen van deze modellen is er ook een literatuuronderzoek gedaan om in kaart te brengen hoe vaak er tot op heden follow-up heeft plaatsgevonden na een grote obstetrische studie. Tevens is er gerapporteerd op welke leeftijd deze follow-up heeft plaatsgevonden en welke onderzoeksmethoden hiervoor zijn gebruikt.
In veel prospectieve studies naar perinatale interventies worden alleen korte termijn uitkomsten in de evaluatie betrokken, terwijl consequenties voor gezondheid en kosten op de langere termijn hooguit in kwalitatieve zijn worden gerapporteerd.
De consequenties op langere termijn van perinatale uitkomsten op korte termijn kunnen verschillen voor bijv meerlingzwangerschappen, vroeggeboorte of een vroeggeboren meerlingen. Multivariabele predictie modellen zouden gebruikt kunnen worden om lange termijn consequenties in te schatten op basis van korte termijn uitkomsten en kenmerken van de moeder en of de zwangerschap. Vervolgens kunnen zulke schattingen (en onzekerheden daarin) worden gebruikt om modelmatig korte termijn uitkomsten te extrapoleren naar de langere termijn, zowel voor effecten als voor kosten.
In deze studie worden modellen ontwikkeld om de lange termijn uitkomsten van perinatale interventies op basis van korte termijn uitkomsten te voorspellen. Lange termijn uitkomsten waarvoor modellen worden ontwikkeld zijn: respiratoire morbiditeit, neurologische morbiditeit, zintuigelijke morbiditeit, en de algemene gezondheidstoestand (gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven) en kosten. Deze worden voorspeld op basis van o.m. respiratory distress syndrome, bronchopulmonary disease, necrotizing enterocolitis, intraventricular hemorrhage, periventricular leukomalacia, retinopathy of prematurity, sepsis, asfyxie, severe umbilical cord academia en cesarean section.
Er zal gebruik worden gemaakt van gegevens uit een cohort studie van premature bevallingen en/of kinderen met een laaggeboortegewicht (SGA), die geboren zijn in 1983, en waarvoor vervolgmetingen zijn uitgevoerd op 2, 5, 9, 10, 14 en 19-jarige leeftijd (POPS-cohort). Interne validatie zal worden uitgevoerd om te corrigeren voor modelmatige overfit. Andere datasets met relevante uitkomstmetingen zullen worden gebruikt voor externe validatie van deze modellen.
Study voortgang
Op dit moment hebben we de beschikking over de relevante gegevens van het POPScohort, waarmee we predictiemodellen voor 2-, 5- en 19-jaarsuitkomsten voor respiratoire morbiditeit hebben kunnen ontwikkelen. Op basis van het voorwerk en de opgedane ervaring bij deze eerste modellen worden nu tevens modellen ontwikkeld voor verschillende andere uitkomsten, inclusief neurologische morbiditeit, zintuigelijke morbiditeit en de algemene gezondheidstoestand (gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven).
Tegelijkertijd wordt ook een systematisch literatuuronderzoek uitgevoerd, waarin alle grote gerandomiseerde studies naar perinatale interventies zijn geincludeerd. In dit literatuuronderzoek wordt nagegaan in hoeverre in deze studies ook lange termijn uitkomsten warden betrokken, en mogelijke factoren die samenhangen met een langere follow-up worden vastgesteld. Tevens wordt in deze en verwante literatuur gezocht naar studies waarin de economische impact (cost-of-illness) van de betreffende gezondheidsuitkomsten worden gerapporteerd.
Samenvatting van de aanvraag
Voor de evaluatie van perinatale interventies dienen zowel de korte als de lange termijn uitkomsten bepaald te worden. Aangezien ernstige gevolgen van perinatale complicaties (cerebral palsy, laag IQ, gedrag stoornissen) vaak pas na enkele jaren manifest worden is een follow-up periode van minstens 2 jaar nodig en bij voorkeur zelfs nog langer. Echter, een dergelijke follow-up periode en de daarvoor benodigde kosten maakt dat dit vaak niet mogelijk is binnen het tijdsbestek en financiering van de meeste onderzoeksprogramma’s. Als gevolg hiervan kunnen in veel prospectieve evaluatie studies geen lange termijn uitkomsten worden meegenomen.
Het doel van deze studie is predictiemodellen te ontwikkelen voor verschillende lange termijn uitkomsten op basis van korte termijn uitkomsten in combinatie met de medische (obstetrische) voorgeschiedenis en patiënt karakteristieken. Toekomstige obstetrische studies kunnen vervolgens met behulp van deze predictiemodellen de lange termijn uitkomsten en de hieraan gerelateerde kosten voor de maatschappij voorspellen wanneer lange termijn follow-up niet mogelijk is.