Mobiele menu

HYpertension and Preeclampsia Intervention Trial in the Almost Term Patient (HYPITAT-2 study)

Projectomschrijving

Hoge bloeddruk in de zwangerschap en  ‘zwangerschapsvergiftiging’ zijn in Nederland belangrijke oorzaken van ziekte bij zwangere vrouwen. Het verloop van deze aandoeningen is vaak mild, maar soms ontstaan er ernstige complicaties, die levensbedreigend kunnen zijn voor moeder en kind. Er bestaan twee manieren om zwangerschapshypertensie en preëclampsie te behandelen: 1) De bevalling wordt ingeleid, waardoor de moeder beter wordt, 2) Er wordt afgewacht totdat de bevalling vanzelf begint. Zonodig wordt de bloeddruk  met medicijnen behandeld. De bevalling wordt alleen ingeleid als de moeder te ziek wordt. Het HYPITAT-I onderzoek toonde eerder aan dat na 37 weken zwangerschap de bevalling het beste kan worden ingeleid. De HYPITAT-II studie gaat over vrouwen die tussen 34 en 37 zwanger zijn en zwangerschapshypertensie of preëclampsie hebben.

Door loting werden zij in twee groepen verdeeld om te onderzoeken welke van de twee behandelingen bij deze zwangerschapsduur het beste is voor moeder en kind. Ernstige complicaties bij de moeder kwamen ongeveer even vaak voor in beide groepen, terwijl ademhalingsproblemen bij de kinderen significant vaker voorkwamen in de bevallingsgroep (5.7% versus 1.7%). Bij iets meer dan 40% van de vrouwen die geloot hadden voor continueren van de zwangerschap, werd alsnog besloten tot een bevalling voor 37 weken, omdat zij zelf of hun ongeboren kind te ernstig ziek werden. Samenvattend levert deze studie geen bewijs dat zo snel mogelijk bevallen het beste is voor alle vrouwen met zwangerschapshypertensie en preëclampsie tussen 34 en 37 weken.

De studieresultaten zijn opgenomen in de bijbehorende richtlijn in de FMS Richtlijnendatabase

Producten

Titel: Immediate delivery versus expectant monitoring for hypertensive disorders of pregnancy between 34 and 37 weeks of gestation (HYPITAT-II): an open-label, randomised controlled trial
Auteur: Kim Broekhuijsen 1, Gert-Jan van Baaren 2, Maria G van Pampus 3, Wessel Ganzevoort 2, J Marko Sikkema 4, Mallory D Woiski 5, Martijn A Oudijk 6, Kitty W M Bloemenkamp 7, Hubertina C J Scheepers 8, Henk A Bremer 9, Robbert J P Rijnders 10, Aren J van Loon 11, Denise A M Perquin 12, Jan M J Sporken 13, Dimitri N M Papatsonis 14, Marloes E van Huizen 15, Corla B Vredevoogd 16, Jozien T J Brons 17, Mesrure Kaplan 18, Anton H van Kaam 19, Henk Groen 20, Martina M Porath 21, Paul P van den Berg 22, Be
Magazine: Lancet. 2015 Jun 20;385(9986)
Link: https://doi.org/10.1016/s0140-6736(14)61998-x
Titel: An economic analysis of immediate delivery and expectant monitoring in women with hypertensive disorders of pregnancy, between 34 and 37 weeks of gestation (HYPITAT-II)
Auteur: G-J van Baaren 1, K Broekhuijsen 2, M G van Pampus 3, W Ganzevoort 1, J M Sikkema 4, M D Woiski 5, M A Oudijk 1, Kwm Bloemenkamp 6 7, Hcj Scheepers 8, H A Bremer 9, Rjp Rijnders 10, A J van Loon 11, Dam Perquin 12, Jmj Sporken 13, Dnm Papatsonis 14, M E van Huizen 15, C B Vredevoogd 16, Jtj Brons 17, M Kaplan 18, A H van Kaam 19, H Groen 20, M Porath 21, P P van den Berg 2, Bwj Mol 22, Mtm Franssen 2, J Langenveld 23; HYPITAT-II Study Group
Magazine: BJOG. 2017 Feb;124(3)
Link: https://doi.org/10.1111/1471-0528.13957
Titel: Induction of labour versus expectant monitoring for gestational hypertension or mild pre-eclampsia between 34 and 37 weeks' gestation (HYPITAT-II): a multicentre, open-label randomised controlled trial.
Auteur: Langenveld J, Broekhuijsen K, van Baaren GJ, van Pampus MG, van Kaam AH, Groen H, Porath M, Oudijk MA, Bloemenkamp KW, Groot CJ, van Beek E, van Huizen ME, Oosterbaan HP, Willekes C, Wijnen-Duvekot EJ, Franssen MT, Perquin DA, Sporken JM, Woiski MD, Bremer HA, Papatsonis DN, Brons JT, Kaplan M, Nij Bijvanck BW, Mol BW; HYPITAT-II study group.
Magazine: BMC Pregnancy and Childbirth 2011 Jul 7
Link: https://doi.org/10.1186/1471-2393-11-50
Titel: Neonatal outcome of pregnancies complicated by hypertensive disorders between 34 and 37 weeks of gestation: a 7 year retrospective analysis of a national registry.
Auteur: Langenveld J, Ravelli AC, van Kaam AH, van der Ham DP, van Pampus MG, Porath M, Mol BW, Ganzevoort W.
Magazine: American Journal of Obstetrics and Gynecology 2011 Dec;205(6)
Link: https://doi.org/10.1016/j.ajog.2011.07.003
Titel: Neonatal developmental and behavioral outcomes of immediate delivery versus expectant monitoring in mild hypertensive disorders of pregnancy: 2-year outcomes of the HYPITAT-II trial
Auteur: Eva F Zwertbroek 1, Maureen T M Franssen 2, Kim Broekhuijsen 3, Josje Langenveld 4, Henk Bremer 5, Wessel Ganzevoort 6, Aren J van Loon 7, Maria G van Pampus 8, Robbert J P Rijnders 9, Marko J Sikkema 10, Sicco A Scherjon 2, Mallory D Woiski 11, Ben W J Mol 12, Anneloes L van Baar 13, Henk Groen 14; HYPITAT-II Study Group
Magazine: Am J Obstet Gynecol. 2019 Aug; 221 (2)
Link: https://doi.org/10.1016/j.ajog.2019.03.024
Titel: Neonatal developmental and behavioral outcomes of immediate delivery versus expectant monitoring in mild hypertensive disorders of pregnancy: 5-year outcomes of the HYPITAT II trial
Auteur: Eva F Zwertbroek 1, Julia Zwertbroek 2, Kim Broekhuijsen 3, Maureen T M Franssen 2, Wessel Ganzevoort 4, Josje Langenveld 5, Ben W J Mol 6, Marielle van Pampus 7, Sicco Scherjon 2, Anneloes L van Baar 8, Henk Groen 9; HYPITAT-II Study Group
Magazine: Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol. 2020 Jan: 244
Link: https://doi.org/10.1016/j.ejogrb.2019.11.001

Verslagen


Eindverslag

Achtergrond Zwangerschapshypertensie (GH) en pre-eclampsie (PE) treden op in 10% van de zwangerschappen en kunnen gepaard gaan met ernstige complicaties zoals eclampsie, abruptio placentae, HELLP-syndroom en uiteindelijk zelfs overlijden van moeder en/of kind. Wij evalueerden recent in een door ZonMW gesubsidieerd project of een beleid gericht op inleiding van de baring bij vrouwen met milde hypertensie of pre-eclampsie in de uitgerekende periode (vanaf 37 weken zwangerschapsduur) beter is dan een beleid gericht op continueren van de zwangerschap. Uit deze studie onder 750 patiënten, bleek dat inleiden van de baring leidde tot minder ernstige complicaties bij de moeder terwijl het aantal keizersnedes lager was. De logische volgende vraag is nu, wat het meest aangewezen beleid is bij vrouwen met GH of PE vlak voor de uitgerekende periode (34-37 weken zwangerschapsduur). Het inleiden van de baring voorkomt ook hier waarschijnlijk complicaties bij de moeder en het onverwacht overlijden van het kindje. Aan de andere kant is een bevalling voor 37 weken geassocieerd met een verhoogde kans op complicaties bij het kind vergeleken met een geboorte bij 37 weken. Studie opzet Klinische gerandomiseerde multi-center-studie met daaraan gekoppeld een economische analyse. Populatie en interventies Vrouwen met GH of PE tussen 34 en 37 weken zwangerschapsduur zijn gerandomiseerd tussen bevallen door middel van inleiding van de bevalling danwel een keizersnede en een beleid gericht op het continueren van de zwangerschap tot 37 weken. Uitkomstmaten De primaire uitkomstmaat voor de moeders is een samengestelde uitkomstmaat van ernstige complicaties (HELLP-syndroom, trombo-embolische aandoeningen, longoedeem, eclampsie, abruptio placentae) en overlijden. De primaire uitkomstmaat voor de kinderen bestaat uit ademhalingsproblemen (respiratoir distress syndroom). Secundaire uitkomstmaten zijn complicaties bij de baby’s ten gevolge van premature geboorte, het aantal kunstverlossingen, het aantal keizersnedes, kwaliteit van leven en kosten. Power en data-analyse Het doel was om twee groepen van 350 patiënten te includeren. Daarnaast was een economische analyse vanuit maatschappelijk perspectief gepland. In deze analyse zullen de primaire maternale en neonatale uitkomstmaten gecombineerd worden, waarbij gebruik gemaakt zal worden van een methode die in een eerder door ZonMW gesubsidieerde methodologische studie ontwikkeld werd.
Achtergrond Zwangerschapsgeïnduceerde hypertensie (PIH) en pre-eclampsie (PE) treden op in 10% van de zwangerschappen en kunnen gepaard gaan met ernstige complicaties zoals eclampsie, abruptio placentae, HELLP-syndroom en uiteindelijk zelfs overlijden van moeder en/of kind. Wij evalueerden recent in een door ZonMW gesubsidieerd project of een beleid gericht op inleiding van de baring bij vrouwen met milde hypertensie of pre-eclampsie in de uitgerekende periode (vanaf 37 weken zwangerschapsduur) beter is dan een beleid gericht op continueren van de zwangerschap. Uit deze studie onder 750 patiënten, bleek dat inleiden van de baring leidde tot minder ernstige complicaties bij de moeder terwijl het aantal keizersnedes lager was. De logische volgende vraag is nu, wat het meest aangewezen beleid is bij vrouwen met PIH of pre-eclampsie vlak voor de uitgerekende periode (34-37 weken zwangerschapsduur). Het inleiden van de baring voorkomt ook hier complicaties bij de moeder en het onverwacht overlijden van het kindje. Aan de andere kant is een bevalling voor 37 weken geassocieerd met een verhoogde kans op complicaties bij het kind vergeleken met een geboorte bij 37 weken. Studie opzet Klinische gerandomiseerde multi-center-studie met daaraan gekoppeld een economische analyse. Populatie en interventies Vrouwen met PIH of PE tussen 34 en 37 weken zwangerschapsduur zullen worden gerandomiseerd tussen bevallen door middel van inleiding van de bevalling danwel een keizersnede en een beleid gericht op het continueren van de zwangerschap tot 37 weken. Uitkomstmaten De primaire uitkomstmaat voor de moeders is een samengestelde uitkomstmaat van ernstige complicaties (HELLP-syndroom, trombo-embolische aandoeningen, longoedeem, eclampsie) en overlijden. De primaire uitkomstmaat voor de kinderen bestaat uit ademhalingsproblemen (respiratoir distress syndroom). Secundaire uitkomstmaten zijn complicaties bij de baby’s ten gevolge van premature geboorte, het aantal kunstverlossingen, het aantal keizersnedes, kwaliteit van leven en kosten. Power en data-analyse Wij zullen twee groepen van 350 patiënten te includeren. We plannen daarnaast een economische analyse vanuit maatschappelijk perspectief. In deze analyse zullen de primaire maternale en neonatale uitkomstmaten gecombineerd worden waarbij gebruik gemaakt zal worden van een methode die in een eerder door ZonMW gesubsidieerde methodologische studie ontwikkeld werd.

Samenvatting van de aanvraag

Hoge bloeddruk in de zwangerschap (zwangerschapshypertensie) en  ‘zwangerschapsvergiftiging’ (preëclampsie) zijn in Nederland belangrijke oorzaken van ziekte bij zwangere vrouwen. Het verloop van deze aandoeningen is vaak mild, maar soms ontstaan er ernstige complicaties, die levensbedreigend kunnen zijn voor moeder en kind.

Er bestaan twee manieren om zwangerschapshypertensie en preëclampsie te behandelen:

  • De bevalling wordt ingeleid, waardoor de moeder beter wordt.
  • Er wordt afgewacht totdat de bevalling vanzelf begint. Zonodig wordt de bloeddruk  met medicijnen behandeld. De bevalling wordt alleen ingeleid als de moeder te ziek wordt.

Het HYPITAT-I onderzoek toonde eerder aan dat na 37 weken zwangerschapsduur de bevalling het beste kan worden ingeleid. De HYPITAT-II studie gaat over vrouwen die tussen 34 en 37 zwanger zijn en zwangerschapshypertensie of preëclampsie hebben. Door loting worden zij in twee groepen verdeeld om te onderzoeken welke van de twee behandelingen bij deze zwangerschapsduur het beste is voor moeder en kind.

Kenmerken

Projectnummer:
171102012
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2010
2013
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. J.A.M. van der Post
Verantwoordelijke organisatie:
Amsterdam UMC - locatie AMC