Mobiele menu

Reducing bilirubin-induced neurological dysfunction in premature newborns: additional use of bilirubin:albumin ratio in the treatment of hyperbilirubinemia.

Projectomschrijving

Bijna alle (veel) te vroeg geboren kinderen krijgen een gelige kleur doordat hun lichaam nog niet in staat is bilirubine, een afbraakproduct van hemoglobine, te verwerken. Veel bilirubine in het bloed kan leiden tot schade aan de hersenen. Als de hoeveelheid bilirubine te hoog wordt, krijgen de kinderen een behandeling met lichttherapie of een bloedtransfusie (wisseltherapie). De hoogte van het bilirubinegehalte wordt bepaald door de totale hoeveelheid bilirubine in het bloedserum te meten. Bekend is inmiddels dat vooral het bilirubine dat vrij in het bloed voorkomt (en niet gebonden is aan eiwitten) verantwoordelijk is voor de hersenschade. In Groningen is onderzocht of een aanvullende meting (die inzicht geeft in de hoeveelheid vrij bilirubine) zinvol is bij het bepalen of en wanneer de baby behandeld moet worden.  Uit een vergelijkend onderzoek bij 917 baby’s blijkt de aanvullende meting geen voordelen op te leveren.

Producten

Titel: Irradiance Levels of Phototherapy in Jaundiced preterm infants.
Titel: Grote variate in laboratorium metingen van bilirubine en albumine concentraties op neonatale intensive care units
Titel: Thresholds for unconjugated hyperbilirubinemia in preterm infants
Titel: Clinical Relevance of accurate and precise measurements of bilirubin and albumin
Titel: Jonxis Lezing: Hyperbilirubinemia and kernicterus
Titel: Uniformiteit in de behandeling van gele pasgeborenen
Titel: Variability of irradiance levels of phototherapy in jaundiced preterm infants.
Titel: Interlaboratory variability in albumin and bilirubin measurements on neonatal intensive care units
Titel: Veel variatie in de intensiteit van fototherapie op neonatale intensive care units
Titel: Interlaboratory variability in albumin and bilirubin measurements on neonatal intensive care units
Titel: De BARTrial
Titel: Hyperbilirubinemie: uniforme richtlijn en uniforme behandeling ?
Titel: Transcutaneous bilirubin measurements in preterm infants
Titel: Dutch Thresholds for unconjugated hyperbilirubinemia in preterm infants:
Auteur: van Imhoff DE, Dijk PH, Bos AF, Hulzebos CV
Magazine: Acta Paediatrica
Titel: Uniforme bilirubinegrenzen voor de behandeling van premature neonaten
Auteur: van Imhoff DE, Dijk PH, Hulzebos CV
Magazine: Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde
Titel: Usefulness of the bilirubin/albumin ratio for predicting bilirubin-induced neurotoxicity in premature infants.
Auteur: Hulzebos CV, van Imhoff DE, Bos AF, Ahlfors CR, Verkade HJ, Dijk PH
Magazine: Archives of Disease in Childhood
Titel: Bilirubin standardization in the Netherlands
Auteur: Cobbaert C, Weykamp C, Hulzebos CV
Magazine: Clinical Chemistry
Titel: Irradiance levels of phototherapy in jaundiced preterm infants.
Auteur: Van der Belt WM, van der Heide M, van Imhoff DE, Bos AF, Dijk PH, Hulzebos CV
Magazine: Archives of Disease in Childhood
Titel: Bilicurves prematuren
Link: http://www.nvk.pedianet.nl/index.htm

Verslagen


Eindverslag

Achtergrond: Bij vrijwel alle premature pasgeborenen treedt icterus neonatorum (geelzien) op ten gevolge van ongeconjugeerde hyperbilirubinemie, hetgeen kan resulteren in hersenschade. De huidige behandeling is gebaseerd op de concentratie van het totaal serum bilirubine (TSB). Het TSB is een onbetrouwbare maat gebleken in het voorspellen van de door bilirubine geïnduceerde neurologische dysfunctie (BIND). Het vrije, niet aan albumine gebonden bilirubine is een betere maat voor neurotoxiciteit, maar is niet routinematig beschikbaar voor gebruik in de dagelijkse praktijk. Een lage serum albumine (waardoor een hogere BA ratio) kan het vrije bilirubinegehalte verhogen en daarmee het risico op BIND vergroten. De bilirubine:albumine ratio wordt ook wel als surrogaatparameter voor het vrije bilirubine beschouwd en is derhalve een interessante additionele parameter bij de behandeling van hyperbilirubinemie bij prematuren.
Doel van het onderzoek: De vraagstelling van het onderzoek is: Zal het additioneel gebruik van de bilirubine:albumine (BA-ratio)met het totaal serum bilirubine (TSB) bij de behandeling van hyperbilirubinemie bij premature pasgeborenen leiden tot een afname van bilirubine geïnduceerde neurologische dysfunctie (BIND).
Onderzoeksopzet: Prospectieve gerandomiseerde gecontroleerde, open label, geblindeerde uitkomst, multicenter studie in Nederland
Deelnemende centra: Tien Neonatale Intensive Care Units (NICU) in Nederland
Onderzoekspopulatie: Premature pasgeborenen < 32 weken, opgenomen binnen 24 uur na geboorte op een NICU.
Inclusie: Geschiktheid voor de studie wordt beoordeeld door neonatologen en arts-assistenten van de deelnemende NICU's. Schriftelijke toestemming van de ouders wordt gevraagd binnen 24 uur na opname op de NICU. Onafhankelijke artsen zijn beschikbaar om de ouders zo nodig nader te informeren.
Randomisatie: nadat schriftelijke toestemming van de ouders is verkregen wordt door de computer gerandomiseerd. Stratificatie vindt plaats voor centrum/NICU en twee groepen naar gestatieduur (24-29 weken) en 29-32 weken. Er worden geen andere restricties of blokkades gebruikt. Er wordt gerandomiseerd naar één van de twee studietakken.
Interventies: Hyperbilirubinemie wordt dagelijks geëvalueerd door middel van de combinatie BA-ratio en TSB (studiegroep)of alleen het TSB (controle of “care-as-usual” groep). De interventiegrenzen voor fototherapie en wisseltherapie zijn gebaseerd op óf de combinatie BA- ratio en TSB(studiegroep) of alleen de TSB (controle groep).
Primaire onderzoeksvariabelen/uitkomstmaten: De primaire uitkomstmaat is de neurologische ontwikkeling op de leeftijd van 24 maanden, bepaald met gestandaardiseerd neurologisch onderzoek en psychomotore ontwikkelingstest volgens Bayley III (Congnitieve MDI en Motorische PDI Scores). De onderzoekers zijn hierbij blind voor de allocatie.
Secundaire uitkomstmaten: secundaire uitkomstmaten zijn aan hyperbilirubinemie gerelateerde variabelen zoals de maximale of piek TSB, maximale BA-ratio, duur van de hyperbilirubinemie, aantal en duur van fototherapie en wisseltherapie. Overige uitkomstmaten betreffen de gebruikelijke variabelen die de complicaties van prematuriteit weergeven zoals: sterfte, retinopathie (ROP), bronchopulmonale dysplasie (BPD), necrotiserende enterocolitits (NEC), intracerebrale bloedingen (ICB), periventriculaire echodensiteiten/leucomalacie (PVE/PVL) etc.
Kosteneffectiviteit analyse: een kosteneffectiviteit analyse maakt deel uit van deze studie, vanuit ziekenhuisperspectief met een tijdshorizon van 18-24 maanden. De kosten van zowel diagnostiek als behandelingen worden daarbij betrokken. De lange termijn effecten van gestoorde neurologische ontwikkeling worden berekend gebruikmakend van rekenmodellen.
Power analyse en data analyse: De Bayley III Cognitieve(MDI) en Motorische (PDI) schalen kennen een populatie gemiddelde van 100 met een standaard deviatie van 16. In de preterm geboren populatie (geboren < 32 weken) is de MDI/PDI gemiddeld

Achtergrond:
Bij vrijwel alle premature pasgebornen treedt icterus neonatorum op ten gevolge van ongeconjugeerde hyperbilirubinemie, hetgeen kan resulteren in hersenschade. De huidige behandeling is gebaseerd op
de concentratie van het totaal serum bilirubine (TSB). Het TSB is een onbetrouwbare maat gebleken in het voorspellen van de door bilirubine geinduceerde neurologische dysfunctie (BIND). Het vrije, niet aan albumine gebonden bilirubine is een betere maat voor neurotoxiciteit, maar is niet routinematig beschikbaar voor gebruik in de dagelijkse praktijk. Lage serum albumine waarden (waardoor hoge B:A ratio's) kunnen het vrije bilirubinegehalte verhogen en daarmee het risico op BIND vergroten. De bilirubine:albumine ratio wordt ook wel als surrogaatparameter voor het vrije bilirubine beschouwd en is derhalve een interessante additionele parameter bij de behandeling van hyperbilirubinemie bij prematuren.
Doel van het onderzoek:
De vraagstelling van het onderzoek is: Zal het additioneel gebruik van de bilirubine:albumine (B:A ratio)met het totaal serum bilirubine (TSB) bij de behandeling van hyperbilirubinemie bij premature pasgeborenen leiden tot een afname van bilirubine geinduceerde neurologische dysfunctie (BIND).
Onderzoeksopzet:
Prospectieve gerandomiseerde gecontroleerde, open label, geblindeerde uitkomst, multicenter studie in Nederland
Deelnemende centra:
Tien NICU's in Nederland
Onderzoekspopulatie:
Premature pasgeborenen < 32 weken, opgenomen binnen 24 uur na geboorte op een neonatologie intensive care (NICU).
Inclusie:
Geschiktheid voor de studie wordt beoordeeld door neonatologen en arts-assistenten van de deelnemende NICU's. Schriftelijke toestemming van de ouders wordt gevraagd binnen 24 uur na opname op de NICU. Onafhankelijke artsen zijn beschikbaar om de ouders zo nodig nader te informeren.
Randomisatie:
nadat schriftelijke toestemming van de ouders is verkregen wordt door de computer gerandomiseerd. Stratificatie vind plaats voor centrum/NICU en twee groepen naar gestatieduur (24-29 wkn) en 29-32 wkn. Er worden geen andere restricties of blokkades gebruikt. Er wordt gerandomiseerd naar één van de twee studietakken.
Interventies:
Hyperbilirubinemie wordt dagelijks geevalueerd door middel van de combinatie B:A-ratio en TSB (studiegroep)of alleen het TSB (controle of care-as-usual groep). De interventiegrenzen voor fototherapieen wisseltherapie zijn gebaseerd op óf de combinatie B:A ratio en TSB(studiegroep) of alleen de TSB (controle groep).
Primaire onderzoeksvariabelen/uitkomstmaten:
De primaire uitkomstmaat is de neurologische ontwikkeling op de leeftijd van 24 maanden, bepaald middels gestandaardiseerd neurologisch onderzoek en psychomotore ontwikkelingstests (MDI (Mental Developmental Index) en PDI (Psychomotor Developmental Index)). De onderzoekers zijn hierbij blind voor de allocatie.
Secundaire uitkomstmaten:
secundaire uitkomstmaten zijn aan hyperbilirubinemie gerelateerde variabelen zoals de maximale of piek TSB concentraties, maximale B:A ratio's, duur van de hyperbilirubinemie, aantal en duur van fototherapie
en wisseltherapie. Overige uitkomstmaten betreffen de gebruikelijke variabelen die de complicaties van prematuriteit weergeven zoals: sterfte, retinopathie (ROP), bronchopulmonale dysplasie (BPD), necrotiserende enterocolitits (NEC), intracerebrale bloedingen (ICB), periventriculaire echodensiteiten/leucomalacie (PVE/PVL) etc.
Kosteneffectiviteisanalyse:
de kosteneffectiviteitsanalyse maakt deel uit van deze studie, vanuit ziekenhuisperspectief met een tijdshorizon van 18-24 maanden. De kosten van zowel diagnostiek als behandelingen worden daarbij betrokken. De langetermijn effecten van gestoorde neurologische ontwikkeling worden berekend gebruikmakend van rekenmodellen.
Poweranalyse en data analyse:
De Nederlandse Bayley III MDI en PDI schalen kennen een populatie gemiddelde van 100 met een standaard deviatie van 16. In de preterm geboren populatie (geboren < 32 wken) is de MDI/PDI g

Samenvatting van de aanvraag

Bijna alle (veel) te vroeg geboren kinderen krijgen een gelige kleur doordat hun lichaam nog niet in staat is bilirubine, een afbraakproduct van hemoglobine, te verwerken. Veel bilirubine in het bloed kan leiden tot schade aan de hersenen. Als de hoeveelheid bilirubine te hoog wordt, krijgen de kinderen een behandeling met lichttherapie of een bloedtransfusie (wisseltherapie). De hoogte van het bilirubinegehalte wordt bepaald door de totale hoeveelheid bilirubine in het bloedserum te meten. Bekend is inmiddels dat vooral het bilirubine dat vrij in het bloed voorkomt (en niet gebonden is aan eiwitten) verantwoordelijk is voor de hersenschade. In Groningen is onderzocht of een aanvullende meting (die inzicht geeft in de hoeveelheid vrij bilirubine) zinvol is bij het bepalen of en wanneer de baby behandeld moet worden.  Uit een vergelijkend onderzoek bij 917 baby’s blijkt de aanvullende meting geen voordelen op te leveren.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
94507407
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2007
2010
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Dr. P.H. Dijk
Verantwoordelijke organisatie:
Universitair Medisch Centrum Groningen