Mobiele menu

Monitoring of exhaled nitric oxide (FENO) to tailor the lowest effective dose of oral corticosteroids in severe asthma (MONOSA-Study)

Projectomschrijving

Mensen met ernstig astma gebruiken naast hun inhalatiemedicijnen ook pillen met corticosteroïden. Deze medicijnen onderdrukken de ontsteking in hun longweefsel die bijdraagt aan de astmaklachten. Aangezien langdurig gebruik van corticosteroïden in pilvorm nadelige gevolgen heeft (botontkalking, diabetes, spierzwakte etc) is het zinvol de dosis van deze corticosteroïden zo laag mogelijk te houden. Doorgaans zijn de astmaklachten maatgevend voor de dosis. In Leiden is onderzocht in hoeverre de corticosteroïddosis kan worden ingesteld op de hoeveelheid stikstofoxide (NO) in de uitgeademde lucht. NO is een maat voor de ernst van ontstekingsreacties. Hiertoe maten patiënten dagelijks met een speciaal apparaatje de hoeveelheid NO in hun adem en noteerden zij de waarde daarvan in een internetprogramma. Dit programma berekende vervolgens de optimale dosis corticosteroïden. Op deze manier gebruikten de patiënten per dag ongeveer 3 mg corticosteroïden minder dan patiënten bij wie de dosis op de gebruikelijke manier werd bepaald.

Producten

Titel: Stability of Exhaled Nitric Oxide (FENO) in patients with severe, steroid-dependent asthma
Titel: Exhaled nitric oxide (FENO), Asthma Control Questionnaire (ACQ) and FEV1 are complementary disease-markers in steroid-dependent asthma.
Titel: Internet-based personalized self-management program to taper oral steroids in severe asthma: the patients perspective.
Titel: Patterns of Exhaled Nitric Oxide (FENO) in Severe, Steroid-dependent Asthma
Titel: Exhaled nitric oxide (FENO) in severe steroid-dependent asthma is associated with sensitization to common allergens, but not with total IgE or blood eosinophils
Titel: Monitoring exhaled nitric oxide (FENO) to tailor the lowest effective dose of oral corticosteroids (OCS) in severe asthma (MONOSA-Study)

Verslagen


Eindverslag

Achtergrond:

Patiënten met ernstig astma hebben vaak, naast hoge doses inhalatiecorticosteroiden en langwerkende luchtwegverwijders, ook corticosteroiden in tabletvorm (prednison) nodig om hun astma onder controle te houden. Dit kan op den duur aanleiding geven tot ernstige bijwerkingen die niet alleen de kwaliteit van leven van de patiënt zelf negatief beïnvloeden, maar ook financiële gevolgen hebben voor de gezondheidszorg. Aangezien bijwerkingen van corticosteroiden dosis- en tijdsafhankelijk zijn, dienen deze middelen in de laagst mogelijke effectieve dosis toegediend te worden. Volgens de huidige richtlijnen vindt dosisaanpassing plaats op basis van symptomen en niet op basis van de ernst van de astmatische luchtwegontsteking. Een indirecte maat voor de ernst van luchtwegontsteking wordt gevormd door de concentratie stikstofoxide in de uitademingslucht (FENO). FENO metingen zijn al in eerder onderzoek behulpzaam gebleken bij het titreren van de juiste dosis inhalatiecorticosteroiden bij mild en matig ernstig astma, en het doel van deze studie was om te onderzoeken of FENO metingen ook behulpzaam zouden kunnen zijn bij het titreren van de dosis corticosteroid in tabletvorm bij patiënten met ernstig astma. Hierdoor zou de cumulatieve dosis corticosteroiden hopelijk verlaagd kunnen worden.

Studieontwerp en methoden:
Het was een 6 maanden durende, prospectieve, gerandomiseerde en gecontroleerde trial waaraan poliklinische patiënten van 6 verschillende ziekenhuizen (3 academische, en 3 niet-academische) deelnamen. Het betrof niet-rokende volwassenen (18-75 jaar oud) met een diagnose van ernstig, corticosteroid-afhankelijk astma. Zij werden gerandomiseerd in 2 behandelstrategieen: ofwel gebaseerd op dagelijkse metingen van FENO (FENO-groep), ofwel volgens de gebruikelijke aanwijzingen van de longarts (controle groep). Er werd gebruik gemaakt van een internet programma voor astma-behandeling, dat speciaal aangepast was voor patiënten met ernstig astma. De patiënten registreerden dagelijks klachten, longfunctie, en vulden wekelijks een astmacontrole vragenlijst in. Patiënten in de FENO groep maten ook dagelijks FENO met een draagbaar meetinstrument en vulden de waarden in op de website. De aanpassing van de dosis corticosteroiden gebeurde in de FENO groep wekelijks via internet volgens een algoritme dat gebaseerd was op de gemiddelde FENO waarde en de astma controle score. De aanpassing in de controle groep gebeurde maandelijks door de longarts, en was niet gebaseerd op een vast algoritme.

Studieuitkomsten:
De primaire uitkomstparameters waren de cumulatieve uitgespaarde dosis corticosteroiden na 6 maanden, de astma controle score (ACQ) en de astma specifieke kwaliteit van leven (AQLQ). Secundaire uikomstparameters waren kwaliteit van leven (SF36, EQ5D), het aantal exacerbaties, longfunctie (FEV1) en bijwerkingen van de behandeling De cumulatieve dosis corticosteroiden werd berekend uit de totale dagdoses plus de doseringen tijdens astma exacerbaties minus de dagdosis bij aanvang van de studie maal het aantal dagen in de studie voor iedere patient. Een astma exacerbatie was gedefinieerd als een periode met meer klachten en behoefte aan hogere corticosteroiddoseringen en/of antibiotica. Ziekenhuisopname en overlijden werden beschouwd als ernstige bijwerkingen

Statistische analyse:
De dagelijkse/wekelijkse herhaalde metingen van corticosteroid dosis, ACQ, AQLQ, SF36, EQ5D, en FEV1 werden geanalyseerd dmv mixed-effect regressie modellen, waarbij tijd, behandelas en interactie als covariaten meegnomen waren, en dmv random patiënt effecten voor het intercept en het regressiegewicht van tijd op orale corticosteroid dosis, ACQ, AQLQ, SF36, EQ5D, en FEV1

Resultaten:
Van de 95 gerandomiseerde patiënten kwamen 52 in de FENO groep en 43 in de controle groep. De karakteristieken van de twee groepen bij baseline waren gelijk. De cumulatief uitgespaarde dosis corticosteroid (prednison equivalent) was (mediaan (range) 205 (-2337

Het MONOSA onderzoek ligt op schema. Het project begon in maart 2007, en in de eerste drie maanden is er hard gewerkt om de logistieke details uit te werken, de organisatie van het project in kaart te brengen en geschikte patiënten voor het onderzoek te vinden en te screenen. In deze periode is ook de website uitgetest, aangepast en geperfectioneerd, zodat de patiënten hun gegevens gemakkelijk zouden kunnen invoeren.

Op 28 maart werd een “aftrap-meeting” georganiseerd in het AMC met alle MONOSA partners en medewerkers van de firma Aerocrine. Deze meeting was bedoeld om alle details van de studie nog eens door te nemen en de samenwerking te verstevigen.

Op 18 mei werd de eerste patiënt geïncludeerd in Leeuwarden. Sindsdien zijn 82 patiënten met prednisonafhanekelijk astma geïncludeerd. (in februari werd het Franciscus Ziekenhuis te Rotterdam als 6e centrum aan MONOSA toegevoegd).
• Leiden 9
• Amsterdam 29
• Den Haag 12
• Leeuwarden 25
• Enschede 4
• Rotterdam 3

Naast deze 6 ziekenhuizen zijn nog 3 andere ziekenhuizen en 2 astma centra gevraagd bij te dragen aan de screening en recrutering van patiënten en deze naar de dichtstbijzijnde ziekenhuizen te verwijzen.

In mei 2008 hebben 50 patiënten het MONOSA-protocol afgerond (de andere helft volgt eind december 2008). Dit houdt in dat al deze patiënten gedurende 6 maanden dagelijks hun longfunctie, uitgeademde stikstofconcentratie en klachten ingevoerd hebben op de MONOSA website, die verbonden is met een onderliggende database. Daarnaast hebben deze patiënten maandelijks hun longarts bezocht voor algehele check-up, en additionele longfunctie metingen.

Tien patiënten hebben de studie niet afgemaakt, voornamelijk om persoonlijke redenen, en niet zozeer vanwege het protocol zelf. Er deden zich geen grote medische problemen voor tijdens de MONOSA studie, afgezien van klachten die samenhingen met hun ernstige chronische ziekte.

Een gedetailleerde Access database is voor de MONOSA studie aangemaakt in samenwerking met de AMC Clinical Research Unit. Dit was nodig voor het digitaliseren van de papieren gegevens, het centraliseren van de data afkomstig van de 6 MONOSA centra en het combineren van de data met de output van de website.

In 2007 en 2008 werden verscheidene lezingen en voordrachten gegeven voor longartsen, longfunctie assistenten en studenten in de verschillende ziekenhuizen, om informatie te verstrekken over het onderzoek, om de recrutering van patiënten te stimuleren en om de eerste resultaten te bediscussiëren.

Hoewel de hoofdvraag van het onderzoek pas beantwoord kan worden wanneer alle data verzameld zijn (december 2008), zijn er wel al enkele satellietvragen naar boven gekomen en inmiddels beantwoord. De resultaten hiervan zullen op internationale congressen gepresenteerd worden.

In het kort hebben we aangetoond dat:
1. Een op maat gemaakte website een gemakkelijke en goed toegankelijk instrument is voor het monitoren van patiënten met ernstig astma met als doel de behandeling te optimaliseren.
2. Bij patiënten met ernstig astma levert uitgeademde NO additionele informatie op naast gegevens van longfunctie en astma controle.
3. Patiënten met ernstig astma hebben meer last van angst, depressie en neurotische kenmerken dan patiënten met licht astma
4. Concentraties uitgeademde NO zijn goed reproduceerbaar bij patiënten met stabiel ernstig astma, en kunnen gebruikt worden bij de behandeling van steroïd-afhankelijk astma.

Samenvatting van de aanvraag

Objective To reduce the consumption of oral corticosteroids (OCS) in patients with severe asthma while maintaining asthma control, in order to decrease the incidence of serious side effects and to improve quality of life (QoL). Research questions 1. Does monitoring of exhaled nitric oxide (FENO) in severe asthma facilitate tapering of OCS to the lowest effective dose, leading to a reduction of corticosteroid consumption? 2. Can this be achieved without worsening of asthma control or asthma-related QoL (AQLQ)? Study population 100 Adults (18-65 yr) with severe asthma from 3 hospitals. Daily or alternate day OCS for 1 months or more. Study design/intervention A prospective, randomised, parallel, multicenter trial. Randomisation in 2 strategies: dose adjustments of OCS according to usual care on a monthly basis or guided by FENO (FENO strategy). All patients record symptoms and lung function daily, and complete asthma control questionnaires (ACQ) weekly. Patients in the FENO strategy group also measure FENO daily at home. Data are transferred via an asthma monitoring service using SMS messages or Internet. Patients in the FENO group receive instructions to adjust the dose of OCS electronically on a weekly basis. Both groups are followed for 6 months. Outcome measures Primary: cumulative dose of OCS, symptoms (ACQ), quality of life (AQLQ), patient's health state (VAS). Secondary: EQ-5D, SF-12, lung function, exacerbations, emergency visits, hospitalisations, steroid side effects Power/data analysis 50 Patients per arm suffice to detect a difference of 0.39 and 0.34 points change in ACQ and AQLQ between the two arms, respectively (a=0.05 two-sided, ß=0.20 one-sided). Economic evaluation Short term quality of life and health care consumption will be explored, but will not be combined in a formal economic evaluation. Time schedule Preparation: 3 months screening, inclusion and follow-up of patients: 16 months analysis and preparation of manuscripts: 5 months Nederlandse samenvatting Doel Het verminderen van het orale corticosteroid (OCS) gebruik bij patiënten met ernstig astma, zonder dat dit nadelige gevolgen heeft voor de astma controle, om daarmee de incidentie van steroïd geïnduceerde bijwerkingen te verlagen, en de kwaliteit van leven (QoL) te verbeteren. Vraagstelling 1. Draagt meting van uitgeademde stikstof (FENO) ertoe bij dat de dosis OCS bij patiënten met ernstig astma verlaagd kan worden naar de laagst mogelijke effectieve dosis, zodat de totale steroïdconsumptie bij deze patiënten afneemt? 2. Kan dit laatste bereikt worden zonder nadelige gevolgen voor de astma controle en de astma-gerelateerde kwaliteit van leven (AQLQ)? Studiepopulatie 100 patiënten (18-65 jr) met ernstig astma worden gerekruteerd uit 3 verschillende ziekenhuizen. Zij gebruiken dagelijks of om de dag orale corticosteroiden gedurende ten minste 1 maand. Studieopzet Een prospectieve, gerandomiseerde, parallelle multicenter trial. Na randomisatie in 2 groepen vindt dosisaanpassing van OCS plaats ofwel op de gebruikelijke wijze tijdens het maandelijks bezoek aan de longarts (controlegroep), ofwel op basis van FENO metingen thuis (FENO-groep). Patiënten vullen thuis dagboekjes in en meten dagelijks longfunctie met een handspirometer. Patiënten in de FENO groep meten bovendien dagelijks FENO met een draagbare FENO analyser. Eenmaal per week vullen de patiënten een astma controle vragenlijst (ACQ) in. Alle gegevens worden per SMS of internet geregistreerd. Patiënten in de FENO groep krijgen elektronische instructies om de dosis aan te passen. Alle patiënten worden 6 maanden lang vervolgd. Uitkomstmaten Primair: cumulative OCS dosis, symptomen (ACQ), kwaliteit van leven (AQLQ). Secundair: EQ-5D, SF-12, VAS voor algehele gezondheidstoestand, long functie, exacerbaties, EHBO bezoeken, ziekenhuisopnames, bijwerkingen van corticosteroiden en ziektekosten Power/data analyse Met 50 patiënten per arm kunnen we een verschil van 0.39 en 0.34 punten in respectievelijk ACQ and AQLQ meten (a=0.05 tweezijdig, ß=0.20 eenzijdig). Economische evaluatie Tijdens het onderzoek zullen kwaliteit van leven en medische consumptie worden geëxploreerd, maar niet wordt verwerkt in een formele economische evaluatie. Tijdsplanning Voorbereiding: 3 maanden; screening, inclusie en follow-up van patiënten: 16 maanden; data-analyse en productie manuscripten: 5 maanden

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
94527015
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2007
2009
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. E.H.D. Bel
Verantwoordelijke organisatie:
Amsterdam UMC - locatie AMC