Mobiele menu

Naar een rationele opioïd-keuze bij continu subcutane infusie ter pijnbestrijding in de stervensfase: een RCT naar neurotoxische bijwerkingen van morfine en oxycodon bij een verminderde nierfunctie.

Projectomschrijving

De ‘morfine-pomp’ is de laatste jaren een belangrijk middel geworden in de pijnbestrijding op het sterfbed. Recente farmacologische inzichten laten echter de vraag rijzen of morfine wel het meest geschikte opioïde in deze situatie is. Achteruitgang van de nierfunctie leidt namelijk tot stapeling van morfinemetabolieten, welke verantwoordelijk worden geacht voor bijwerkingen, zoals delier of zelfs toegenomen pijnbeleving. Op theoretische gronden zou het opioïde oxycodon minder van deze ongewenste bijwerkingen geven. Kwalitatief goede klinische studies ontbreken echter.

Doel

Het doel is om eenduidige aanbevelingen ten aanzien van een rationele opioïde-keuze ter pijnbestrijding in de terminale fase op te stellen.

Aanpak/werkwijze

Met een multicenter randomised controlled trial in verpleeghuizen en hospices wilden we opheldering verschaffen rond het verschil in optreden van bijwerkingen, zoals delier of toegenomen pijnbeleving, tussen morfine en oxycodon. De studie is voortijdig gestaakt in verband met te trage inclusie van patiënten.

Samenwerkingspartners

We werkten samen met Envida.

Resultaten

Het is helaas niet mogelijk om eenduidige aanbevelingen voor een rationele opioïde-keuze ter pijnbestrijding in de terminale fase op te stellen. Met het onderzoeken van het huidige voorschrijfgedrag onder specialisten ouderengeneeskunde, de overwegingen die tot voorschrijfgedrag leiden en de factoren die wel/geen invloed hebben op de overwegingen, konden we wel kennishiaten en ineffectieve kanalen voor toekomstige kennisverspreiding of implementatie identificeren.

ZonMw en symptoombehandeling

Dit onderzoek financieren we vanuit ons programma Palliantie. Met het programma zetten we ons in voor een goede kwaliteit van leven voor mensen die ongeneeslijk ziek zijn en hun naasten. Goed onderbouwde interventies om symptoomlast te verminderen tot een voor de patiënt acceptabel niveau dragen aan die kwaliteit bij. Lees meer op ons thema symptoombehandeling in de palliatieve fase.

Producten

Titel: Opioid Prescribing Behavior in Long-Term Geriatric Care in the Netherlands
Auteur: Mark J.M. Martens MD, Daisy J.A. Janssen MD, PhD, Jos M.G.A. Schols MD, PhD, Marieke H.J. van den Beuken-van Everdingen MD, PhD
Magazine: Journal of the American Medical Directors Association
Link: https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30170936

Verslagen


Eindverslag

In dit onderzoek wilden wij kijken naar verschillen in bijwerkingen tussen morfine en oxycodon bij continue toediening voor behandeling van pijn bij personen in de stervensfase. De studie is voortijdig gestaakt in verband met te trage inclusie van patiënten. De redenen voor de trage inclusie waren 2-ledig: 1. Proefpersonen overleden voor, tijdens of kort na het verkrijgen van informed consent, i.e. in alle gevallen voordat er een eerste meting (binnen 24 uur) plaats had kunnen vinden. 2. In tegenstelling tot (recente) literatuur bleken veel patiënten een GFR > 50 ml/min/1,73M2 te hebben in de laatste dagen voor het overlijden. Mogelijk is er nog maar zo weinig kreatinine in het lichaam de laatste dagen van het leven dat de nierfunctie, geschat met de CKD-EPI formule, volledig overschat werd. Een verminderde nierfunctie was de belangrijkste rationale van dit onderzoek. Een alternatieve bepaling is overwogen maar bleek te duur.
Het opzetten en uitvoeren van een interventieonderzoek in de stervensfase blijkt gepaard te gaan onverwachtte factoren die hebben geleid tot een vertraagde start van het onderzoek en een lager dan verwachte inclusie van proefpersonen in de eerste periode van het onderzoek. Naast het uitzetten van acties gericht op het bevorderen van de inclusie in de komende periode, willen wij de belemmerende en bevorderende factoren voor deelname aan wetenschappelijk onderzoek in de stervensfase nader in kaart gaan brengen en publiceren ten baate van toekomstige onderzoeken in de stervensfase. Uit een enquete, die wij hebben uitgevoerd onder specialisten ouderengeneeskunde in Nederland, bleek dat momenteel oxycodon het opioïd van eerste voorkeur is bij ouderen die niet in de stervensfase verkeren. Op het moment dat ouderen echter in de stervensfase terecht komen, geniet morfine echter verreweg de meeste voorkeur. Deze keuze blijkt vrijwel volledig te berusten op persoonlijke voorkeuren van voorschrijvende artsen en nauwelijks beïnvloed te worden door aanbevelingen in richtlijnen of eigenschappen van de verschillende opioïden.

Samenvatting van de aanvraag

De ‘morfine-pomp’ is de laatste jaren een belangrijk middel geworden in de pijnbestrijding op het sterfbed. Recente farmacologische inzichten laten echter de vraag rijzen of morfine wel het meest geschikte opioïdin deze situatie is. Achteruitgang van de nierfunctie leidt namelijk tot stapeling van morfinemetabolieten, welke verantwoordelijk worden geacht voor bijwerkingen, zoals delier of zelfs toegenomen pijnbeleving. Op theoretische gronden zou het opioid oxycodon minder van deze ongewenste bijwerkingen geven. Kwalitatief goede klinische studies ontbreken echter.

Dit project beoogt middels een multicenter randomised controlled trial in verpleeghuizen en hospices opheldering te verschaffen omtrent het verschil in optreden van deze bijwerkingen tussen morfine en oxycodon. De resultaten van deze studie zullen gebruikt worden voor het opstellen van eenduidige aanbevelingen ten aanzien van een rationele opioïd-keuze bij continu subcutane infusie ter pijnbestrijding in de terminale fase.

Kenmerken

Projectnummer:
844001314
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2017
2021
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. M. van den Beuken-van Everdingen
Verantwoordelijke organisatie:
Maastricht Universitair Medisch Centrum+