Evaluatie programma Verward gedrag
Projectomschrijving
Problematiek rondom mensen met ‘verward gedrag’ krijgt veel aandacht.
Doel
Dit onderzoek:
- analyseert de wijze waarop de centrale en gemeentelijke overheden, alsmede professionals die te maken hebben met mensen met verward gedrag, de opvang van en zorg voor deze mensen vormgeven. Er wordt daarbij specifiek gekeken naar de invulling en voortgang van de vele projecten die daarvoor de afgelopen jaren zijn opgezet.
- maakt een opzet voor een grotere evaluatie die de effecten van deze projecten en maatregelen op de problematiek gaat analyseren.
Werkwijze
We maken in de voorstudie gebruik van vooral kwalitatieve onderzoeksmethoden (documentenanalyse, interviews) waarbij we ook een aantal ‘patient trajectories’ in kaart gaan brengen. Daarnaast kijken we welke data waar beschikbaar is en zetten we een raamwerk op voor de grotere evaluatie.
Resultaten
De tussentijdse resultaten van de centrale evaluatie laten de complexiteit en gelaagdheid van de problematiek zien. Een rechtlijnige aanpak is daarom niet passend. Initiatieven die aangeduid worden als goede praktijk richten zich op een ‘reframing’ naar een meer persoonsgerichte aanpak. Integrale samenwerkingsverbanden in de regio’s hebben geholpen deze reframing in de keten te bewerkstelligen. Ondanks de aandacht voor de borging van goede praktijken, bleek dit niet altijd gemakkelijk.
Een productie-gedreven werkomgeving, bestuurlijke traagheid en complexiteit zijn voorbeelden van structurele uitdagingen. De verspreiding van kennis over goede praktijken is momenteel nog fragmentarisch en de coördinatie ontbreekt nog. Daarnaast is verspreiding veelal gericht op het overbrengen van kennis in plaats van gezamenlijk leren. Om toe te werken naar een regionale aanpak die recht doet aan de complexiteit en gelaagdheid van de problematiek, is een proces van continu leren nodig. Het ontwikkelen van reflexieve monitoring en de borging daarvan binnen de regio’s wordt daarom aanbevolen.