Mobiele menu

Kleinschalige voorzieningen: transitie van de Justitiële Jeugdzorg naar de gemeenten

Projectomschrijving

Vanaf 2020 starten vijf Kleinschalige Voorzieningen (KV) voor justitiële jongeren. In een KV verblijven jongeren in/vlakbij hun eigen woonplaats (lokaal), met zorg en beveiliging op maat. Tijdens verblijf in de KV wordt wat goed gaat in het leven van de jongeren (bijvoorbeeld school) gecontinueerd en jongeren en ouders worden actief betrokken bij het plan van aanpak. Van 2016-2019 is door de AWRJ in drie proeftuinen een schat aan kennis opgehaald over de werkzame elementen, randvoorwaarden en uitdagingen van een KV. Op basis van deze kennis organiseert de AWRJ leersessies, samen met gemeenten, lokale ketenpartners, jongeren/ouders en het ministerie van J&V. Het doel van deze leersessies is om kennis uit te wisselen tussen alle deelnemers en deze te gebruiken om de nieuwe KV’s vorm te geven. Elke leersessie wordt een ander onderwerp behandeld. Tijdens de leersessies werken de nieuwe KV’s aan hun eigen plan van aanpak. Zo worden de kennis en ervaring die al zijn opgedaan optimaal gebruikt.

Verslagen


Samenvatting van de aanvraag

Vijf jaar na de transitie van de jeugdzorg naar de gemeente, vindt ook de transitie van de justitiële jeugdzorg naar de gemeente plaats. Er zullen vanaf 2020 nog enkele landelijke specialistische voorzieningen (voormalige Justitiële Jeugdinrichtingen) overblijven. Als jongeren toekunnen met een lager beveiligingsniveau, worden ze zoveel mogelijk opgevangen in lokale kleinschalige voorzieningen (KV). Het idee achter deze KV is dat datgene wat goed loopt in het leven van jongeren (school, werk, hulpverlening, contact met ouders) door kan blijven lopen, zodat jongeren zo goed mogelijk kunnen (blijven) participeren in de maatschappij en toekomstig crimineel gedrag wordt voorkomen. In de grote steden Amsterdam, Den Haag en Rotterdam komen KV's en daarnaast in regio Noord (Groningen) en regio Zuid (Zuid Limburg). De Minister van Rechtsbescherming heeft duidelijk gesteld dat KV's een antwoord op een landelijke hulpvraag zijn. Maar, hoe zorgen we ervoor dat de KV's ook een antwoord zijn op regionale/lokale hulpvragen en op de individuele hulpvraag van de jongere? In dit project wordt gewerkt aan een antwoord op deze twee vragen door bestaande kennis te vertalen en toe te passen bij het opstarten KV's in de betreffende gemeenten en regio's. In de aanloop naar deze stelselwijziging zijn er vanaf 2016 proeftuinen geweest waar het concept Kleinschalige Voorziening werd uitgeprobeerd. De AWRJ heeft deze proeftuinen gemonitord en is nog steeds bezig met monitoring van de KV Amsterdam (tot 1 maart 2020). Dit project heeft een grote hoeveelheid kennis opgeleverd: wetenschappelijke kennis (over bijvoorbeeld de samenwerking, de werkwijze in de KV, de doelgroep, indicatiestelling) en ervaringskennis (hoe selecteer je personeel, hoe betrek je jongere en ouders, hoe ziet een KV eruit? Wat zijn randvoorwaarden voor implementatie?. Deze kennis kan de kans op succesvolle implementatie van nieuwe KV’s aanzienlijk vergroten, kan ervoor zorgen dat men niet opnieuw het wiel hoeft uit te vinden en dat er bewuste keuzes worden gemaakt om op een onderbouwde manier te werken. Binnen dit project worden vier leersessies georganiseerd voor de gemeenten Den Haag, Rotterdam en Amsterdam en de regio's Noord en Zuid. De leersessies worden begeleid door vertegenwoordigers van praktijk, onderzoek, gemeente en ouders/jongeren, die wetenschappelijke- en ervaringskennis hebben over dit onderwerp. De kennis en ervaring uit de eerdere proeftuinen wordt ingezet in deze leersessies. Al in de proeftuinen is hierbij onderscheid gemaakt tussen algemeen geldende kennis en regio specifieke kennis. Ook in de leersessies wordt gewerkt met dit onderscheid. De deelnemers buigen zich over gemeenschappelijke leervragen, maar gaan tegelijkertijd aan de slag met een actieplan voor hun eigen regio. Deelnemers aan de leersessies zijn 4-6 vertegenwoordigers uit de regio's die een KV opstarten. De gemeenten en de praktijkorganisatie die de KV zal beheren sluiten in ieder geval aan. Daarnaast bijvoorbeeld jeugdbescherming/ jeugdreclassering en Raad voor de Kinderbescherming. Bij aanvang van elke leersessie wordt met de deelnemende regio's/gemeenten gekeken naar de voor hen optimale vertegenwoordiging. Bij elke leersessie is een vertegenwoordiger van Dienst Justitiële Inrichtingen aanwezig die vanuit het ministerie van Justitie & Veiligheid de uitrol van de KV's uitvoert. Hiermee zorgen we voor algemeen draagvlak voor de actieplannen die de deelnemers schrijven en voor afstemming tussen landelijk en lokaal beleid tijdens de leersessies. In de leersessies worden vier thema's uitgewerkt: * Thema 1 In hoeverre is de KV een antwoord op de hulpvraag van de gemeente/regio? ‘Hoe werkt de KV samen met de keten, de gemeente en de buurt’ * Thema 2 In hoeverre is de KV een antwoord op de hulpvraag van individuele jongeren en hun ouders? ‘Hoe ziet het traject van de jongeren in de KV eruit’ * Thema 3 In hoeverre wordt aan de randvoorwaarden voor het implementeren van een KV? ‘Organisatorische randvoorwaarden voor de werkwijze van de KV’ * Thema 4 Vrij Thema: het thema van de laatste sessie zal, in afstemming met de betrokkenen, worden ingevuld op basis van wat er in de evaluatie en terugkoppeling van de voorgaande leersessies naar voren komt. Na elke leersessie vindt met de deelnemers afzonderlijk een telefonische evaluatie plaats. Op grond van deze evaluaties wordt de vormgeving en de inhoud van de daarop volgende leersessies aangepast, zodat deze optimaal op maat zijn voor de deelnemers. In elke leersessie wordt onder begeleiding door de deelnemende gemeenten gewerkt aan een concreet actieplan op maat. Met dit actieplan kan de implementatie van de KV in de eigen gemeente/regio worden voorbereid op basis van bestaande kennis en ervaring. Aan het eind van het project wordt een overzicht van alle geleerde lessen in de vorm van een handreiking opgeleverd aan de deelnemers en het ministerie van J&V. In deze handreiking wordt onderscheid gemaakt tussen algemeen geldende en regio specifieke kennis.

Kenmerken

Projectnummer:
73700095005
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2020
2021
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
M.Sc. F. Souverein
Verantwoordelijke organisatie:
Pluryn