Mobiele menu

Wetenschappelijk kader Nudging in de publieke gezondheidszorg

Projectomschrijving

Wetenschappelijk kader voor nudging in de publieke gezondheidszorg

Vraagstuk

Nudging is het geven van een subtiel duwtje in de goede richting. Ook bij het bevorderen van de (volks)gezondheid lijkt het een kansrijke aanpak. Wat is er al bekend over de effectiviteit van nudging op het terrein van preventie? Wat zijn de belangrijkste kennislacunes? En is een goede definitie van nudging te bedenken, waarvoor ook voldoende draagvlak is binnen de publieke gezondheidszorg?

Onderzoek

Aan de hand van een literatuuronderzoek is een kennisdocument opgesteld over de potentie van nudging in de publieke gezondheidszorg. Gezondheidsprofessionals hebben kansrijke nudges aangewezen.

Uitkomst

Op basis van de bevindingen uit het project zijn lacunes in de kennisagenda op het gebied van nudging bepaald en zijn aanbevelingen gedaan voor onderzoek naar nudging in de publieke gezondheidszorg. De hoofdconclusie: nudging heeft grote potentie voor preventie. Er zal met name geïnvesteerd moeten worden in onderzoek naar de ontwikkeling van kansrijke nudges en in systematisch effectonderzoek.

Producten

Titel: Wetnschappelijk kader nudging in de publieke gezondheidszorg

Verslagen


Eindverslag

Aan de hand van een systematisch literatuuronderzoek is een kennisdocument opgesteld over de potentie van nudging in de publieke gezondheidszorg. In dit document werd een negental vragen geïdentificeerd die zijn voorgelegd aan twee panels van deskundigen (wetenschappers en stakeholders in de publieke gezondheidszorg). Deze vragen hadden betrekking op definitie van nudges, het theoretische kader van nudges, de typologie van nudges, de nudge setting, gezondheidsgedrag dat zich leent voor nudging, de ethiek van nudging, nudgende instanties, en criteria voor het ontwikkelen van nudges. Daarnaast werd in een bijeenkomst met gezondheidsprofessionals kansrijke nudges geïdentificeerd en gerangordend. Op basis van deze bevindingen worden lacunes in de kennisagenda op het gebied van nudging bepaald en aanbevelingen gedaan voor onderzoek naar nudging in de publieke gezondheidszorg. De hoofdconclusie luidt dat nudging in de publieke gezondheidszorg grote potentie heeft en dat met name geïnvesteerd dient te worden in onderzoek naar de ontwikkeling van kansrijke nudges en systematisch effectonderzoek.

Samenvatting van de aanvraag

Het formuleren van een wetenschappelijk kader voor praktijk gerelateerd onderzoek naar de potentie van nudging in de publieke gezondheidszorg binnen het 5e programma preventie (PP5) dat antwoord geeft op de volgende vragen: 1 Wat is een goede definitie van nudging waarvoor ook voldoende draagvlak is binnen de publieke gezondheidszorg? 2 Wat weten we al over de effectiviteit van nudging op het terrein van preventie, o.a. over de te verwachten gezondheidswinst, transferbevorderend leren (leidt een nudge om te gaan traplopen op het werk ook tot meer beweging elders), en het betrekken van burgers en eindgebruikers (gedragsmotieven en aanvaardbaarheid nudge)? 3 Binnen welke domeinen van het Nationaal Programma Preventie ‘Alles is gezondheid’ is nudging een kansrijk instrument?

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
20005095432
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2015
2015
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. D.T.D. de Ridder
Verantwoordelijke organisatie:
Universiteit Utrecht