Mobiele menu

Does switching treatment to FSH and / or IUI lead to higher pregnancy rates in a subset of women with polycystic ovary syndrome not conceiving after six ovulatory cycles with Clomiphene citrate – a randomized controlled trial.

Projectomschrijving

Bij vrouwen met polycysteus ovarium syndroom rijpt niet elke maand een eiblaasje uit. Daardoor  hebben deze vrouwen last van een onregelmatige menstruele cyclus en hebben zij een lage kans om zwanger te worden. Deze vrouwen krijgen clomifeencitraat (CC) om de eierstokken te stimuleren tot  een eisprong – dat noemen wij ovulatie-inductie. Na 6 maanden ovulatie-inductie met CC is 4 op de 10 vrouwen zwanger. Vrouwen die wel een eisprong hebben maar niet zwanger zijn geworden gaan meestal over op ovulatie-inductie met FSH. Daarnaast kan intra-uterine inseminatie (IUI) helpen om zwanger te worden. Daarbij wordt het mannelijke zaad met een sonde in de baarmoeder gebracht in plaats van de standaard coitus thuis.

In dit onderzoek zijn vier behandelingen vergeleken: CC, CC met IUI, FSH en FSH met IUI bij 666 vrouwen. Hieruit blijkt dat CC leidt tot 12% minder zwangerschappen dan FSH maar dat CC ook een stuk goedkoper is. Er is geen bewijs gevonden voor een verhoging van de kans op een kind met IUI. De voorkeur van de vrouwen zelf is ook onderzocht. Ongeveer de helft van de  vrouwen wilde de behandeling met de hoogste kans op een kind ongeacht eventuele risico’s en kosten. De andere helft van de vrouwen wilde juist de meest natuurlijke manier van behandeling met weinig risico en zo min mogelijk kliniekbezoeken.

Richtlijn

De studieresultaten zijn opgenomen in de bijbehorende richtlijn in de FMS Richtlijnendatabase

Producten

Titel: Gonadotrophins versus clomifene citrate with or without intrauterine insemination in women with normogonadotropic anovulation and clomifene failure (M-OVIN): a randomised, two-by-two factorial trial
Auteur: Nienke S Weiss 1, Marleen J Nahuis 2, Esmee Bordewijk 2, Jurjen E Oosterhuis 3, Jesper Mj Smeenk 4, Annemieke Hoek 5, Frank Jm Broekmans 6, Kathrin Fleischer 7, Jan Peter de Bruin 8, Eugenie M Kaaijk 9, Joop Se Laven 10, Dave J Hendriks 11, Marie H Gerards 12, Ilse Aj van Rooij 13, Petra Bourdrez 14, Judith Gianotten 15, Carolien Koks 16, Cornelis B Lambalk 2, Peter G Hompes 2, Fulco van der Veen 17, Ben Willem J Mol 18, Madelon van Wely 19
Magazine: Lancet. 2018 Feb 24;391(10122)
Link: https://doi.org/10.1016/s0140-6736(17)33308-1
Titel: Long-term outcomes of switching to gonadotrophins versus continuing with clomiphene citrate, with or without intrauterine insemination, in women with normogonadotropic anovulation and clomiphene failure: follow-up study of a factorial randomized clinical
Auteur: E M Bordewijk 1, T I Jannink 1, N S Weiss 1 2, T de Vries 1, M Nahuis 3, A Hoek 4, M Goddijn 1, B W Mol 1 5 6, M van Wely 1; M-ovin study group
Magazine: Hum Reprod. 2023 Mar 1;38(3)
Link: https://doi.org/10.1093/humrep/deac268
Titel: The M-OVIN study: does switching treatment to FSH and / or IUI lead to higher pregnancy rates in a subset of women with world health organization type II anovulation not conceiving after six ovulatory cycles with clomiphene citrate - a randomised controll
Auteur: Marleen J Nahuis 1, Nienke S Weiss, Fulco van der Veen, Ben Willem J Mol, Peter G Hompes, Jur Oosterhuis, Nils B Lambalk, Jesper M J Smeenk, Carolien A M Koks, Ron J T van Golde, Joop S E Laven, Ben J Cohlen, Kathrin Fleischer, Angelique J Goverde, Marie H Gerards, Nicole F Klijn, Lizka C M Nekrui, Ilse A J van Rooij, Diederik A Hoozemans, Madelon van Wely
Magazine: BMC Womens Health. 2013 Oct 25
Link: https://doi.org/10.1186/1472-6874-13-42
Titel: Gonadotrophins versus clomiphene citrate with or without IUI in women with normogonadotropic anovulation and clomiphene failure: a cost-effectiveness analysis
Auteur: E M Bordewijk 1, N S Weiss 1 2, M J Nahuis 1 2, N Bayram 3, M H A van Hooff 4, D E S Boks 5, D A M Perquin 6, C A H Janssen 7, R J T van Golde 8, C B Lambalk 2, M Goddijn 1, P G Hompes 2, F van der Veen 1, B W J Mol 9, M van Wely 1; M-ovin study group
Magazine: Hum Reprod. 2019 Feb 1;34(2)
Link: https://doi.org/10.1093/humrep/dey359
Titel: Gonadotrophins or clomiphene citrate in women with normogonadotropic anovulation and CC failure: does the endometrium matter?
Auteur: E M Bordewijk 1, N S Weiss 1 2, M J Nahuis 3, J Kwee 4, A F Lambeek 5, G A van Unnik 6, F P J Vrouenraets 7, B J Cohlen 8, T A M van de Laar-van Asseldonk 9, C B Lambalk 2, M Goddijn 1, P G Hompes 2, F van der Veen 1, B W J Mol 10, M van Wely 1; M-ovin study group
Magazine: Hum Reprod. 2020 Jun 1;35(6)
Link: https://doi.org/10.1093/humrep/deaa052

Verslagen


Eindverslag

Vrouwen met een kinderwens en anovulatie (afwezigheid van de eisprong) worden vaak behandeld met clomifeencitraat om de ovulatie (eisprong) op te wekken. Dit medicijn zorgt er bij de meeste vrouwen voor dat er elke maand een ovulatie optreedt. Indien vrouwen na een aantal maanden behandeling niet zwanger zijn, wordt er over het algemeen overgestapt op een ander medicijn (gonadotrofinen). Gonadotrofinen zijn echter duurder en geven een hogere kans op meerlingzwangerschappen dan clomifeencitraat. Momenteel is het niet duidelijk wat de optimale behandelduur van clomifeencitraat is voordat overgestapt dient te worden op gonadotrofinen. Sommige ziekenhuizen houden zes maanden aan, andere twaalf. De M-OVIN studie onderzoekt welk medicijn de beste zwangerschapsresultaten geeft bij vrouwen die na zes ovulaties met clomifeencitraat niet zwanger zijn. Daarnaast wordt bekeken of het toevoegen van inseminaties (IUI) aan beide behandelingen zinvol is. De studie is een gerandomiseerde trial in meerdere ziekenhuizen in Nederland waarbij vrouwen loten tussen behandeling met clomifeencitraat of gonadotrofinen, al dan niet gecombineerd met IUI. De primaire uitkomstmaat is een zwangerschap resulterend in een levend geboren kind.

Samenvatting van de aanvraag

SUMMARY Objective / research question Clomiphene citrate (CC) is first line treatment in women with WHO class II anovulation. Whereas between 60% to 85% of women will ovulate on CC, only about one half will have conceived after 6 cycles. If women do not conceive, treatment can be continued with gonadotropins or intra-uterine insemination (IUI). At present, it is unclear for how many cycles ovulation induction with CC should be repeated, and when to switch to ovulation induction with gonadotropins and/or IUI. The objective of this study is to assess the cost-effectiveness of extended treatment with CC compared to treatment with gonadotropins and/or the use of IUI, in women who had six ovulatory cycles after CC, but did not conceive. Study design Multicenter RCT in 25 clinical centers in the Netherlands. Study population 800 women with normogonadotrophic and normo-estrogenic anovulation who ovulate but did not conceive after 6 cycles of CC. Interventions CC + coitus, FSH + coitus, CC + IUI, FSH + IUI Outcome measures Primary outcome will be birth of a healthy child. Secondary outcomes are clinical pregnancy, ongoing pregnancy, miscarriage, multiple pregnancy, patients' preference and costs Sample size calculation/ data analysis Two comparisons will be made, one in which CC is compared to gonadotropins and one in which the addition of IUI is compared to coitus. Assuming an increase from 40% to 55%, we need to recruit 800 patients. Differences in delivery rates per group will be expressed as relative risks and delivery rates over time will be compared using life tables. Economic evaluation A cost-effectiveness analysis with costs of treatment until the delivery of a child within a time horizon of 8 months. Time schedule During the first 30 months of the project couples will be recruited for inclusion into the trial. With the time horizon of 8 months all couples will have finished treatment after 38 months. With a follow-up that includes the delivery the total duration of the study will be 48 months. SAMENVATTING Doel/vraagstelling Clomifeencitraat (CC) is de behandeling van eerste keuze bij vrouwen met WHO-II anovulatie. Hoewel tussen de 60% en 85% van deze vrouwen ovuleert op CC wordt slechts de helft van hen zwanger na 6 cyli. Wanneer zwangerschap uitblijft, kan de vrouw doorgaan met CC of overgaan op ovulatie-inductie met gonadotrofine. Ook kan de behandeling aangevuld worden met intra-uteriene inseminatie (IUI). Het is op dit moment onduidelijk hoeveel cycli CC zinvol zijn en wanneer het zinvol is over te stappen op ovulatie-inductie met gonadotrofines en/ of IUI. Omdat zowel het overgaan op gonadotrofines als de aanvulling met IUI de behandeling aanzienlijk duurder maken is dit met name een doelmatigheidsafweging. Wij willen in de huidige studie de kosten-effectiviteit onderzoeken van verlengde CC behandeling in vergelijking met gonadotrofinebehandeling, al dan niet in combinatie met IUI bij vrouwen die niet zwanger zijn geworden na 6 ovulatoire cycli op CC. Studie opzet Multicentrische RCT in Nederland. Studie populatie 800 vrouwen met normogonadotrope en normo-oestrogene anovulatie bij wie 6 ovulatoire CC cycli niet hebben geleid tot een zwangerschap. Interventie CC + coitus, FSH + coitus, CC + IUI, FSH + IUI Uitkomstmaten Primare uitkomst is de geboorte van een kind. Secundaire uitkomsten zijn klinische zwangerschap, doorgaande zwangerschap, miskraam, meerling zwangerschap, patientenvoorkeur en kosten. Sample size berekening/ data analyse Twee vergelijkingen worden gemaakt; CC wordt vergeleken met gonadotrofine en toevoeging van IUI wordt vergeleken met coitus. Onder de aanname dat ovulatie inductie met gonadotrofine, dan wel toevoeging van IUI, leidt tot een toename in geboortes van 40% naar 55%, moeten we 800 vrouwen includeren. Verschillen en geboortes per groep worden uitgedrukt als relatieve risico’s en geboortekansen over de tijd worden vergeleken met behulp van life tables. Economische evaluatie Een kostent-effectiviteitsanalyse met kosten van behandeling tot de geboorte van een kind binnen een tijdshorizon van 8 maanden. Tijdpad Gedurende de eerste 30 maanden van het project zullen paren worden gerecruteerd voor deelname aan de trial. Met de tijdshorizon van 8 maanden zullen alle paren na 38 maanden klaar zijn met de studie. Met een follow-up tot en met de geboorte van een kind zal de totale duur van de studie 48 maanden zijn.

Kenmerken

Projectnummer:
171202004
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2012
2016
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. F. van der Veen
Verantwoordelijke organisatie:
Amsterdam UMC - locatie AMC