Human Papilloma Virus infections and HPV vaccine acceptability in persons from diverse ethnic backgrounds in Amsterdam
Projectomschrijving
In Amsterdam komt baarmoederhalskanker vaker voor bij Surinaamse, Marokkaanse en Turkse vrouwen ten opzichte van autochtone vrouwen. Het is onduidelijk waarom dat zo is. Baarmoederhalskanker wordt veroorzaakt door het humaan papillomavirus (HPV). Van de verschillende HPV types zijn HPV-16 en -18 de twee belangrijkste voor het ontstaan van baarmoederhalskanker. In Nederland worden sinds 2009 meisjes gevaccineerd tegen die twee HPV types, maar de vaccinatiegraad onder meisjes van allochtone afkomst is lager. We hopen met dit onderzoek twee vragen te beantwoorden. Ten eerste: komt HPV infectie vaker voor bij Surinaamse, Marokkaanse en Turkse vrouwen, of komen bij hen andere HPV-types voor? Hebben zij dezelfde risicofactoren voor HPV infecties als autochtone vrouwen? De tweede vraag betreft vaccinatiebereidheid: wat zijn de mogelijke sociaal-psychologische redenen dat ouders hun dochters niet laten vaccineren? Verschillen die redenen tussen ouders van Nederlandse afkomst en vrouwen van Surinaamse, Marokkaanse of Turkse afkomst? Dit onderzoek wordt uitgevoerd binnen een groot Amsterdams, multi-etnisch cohort, HELIUS, een samenwerkingsverband tussen GGD en AMC.
Producten
Auteur: Heiligenberg M, Alberts CJ, Waterboer T, Speksnijder AG, De Vries HJ, Pawlita M, Schim van der Loeff MF
Magazine: Journal of Infectious Diseases
Auteur: Alberts CJ, Schim van der Loeff MF, Papenfuss MR, da Silva RJ, Villa LL, Lazcano-Ponce E, Nyitray AG, Giuliano AR
Magazine: Sexually Transmitted Diseases
Auteur: CJ Alberts, H de Melker, M van der Wal, M Prins, Y Hazeveld, A Nielen, F el Fakiri, Th Paulussen, M Schim van der Loeff
Link: http://www.ncvgz.nl/
Link: http://www.eurogin.com/2013/
Verslagen
Eindverslag
In Amsterdam komt baarmoederhalskanker vaker voor bij Surinaamse, Marokkaanse en Turkse vrouwen ten opzichte van autochtone vrouwen. Baarmoederhalskanker wordt veroorzaakt door het humaan papillomavirus (HPV), met name door types 16 en 18. Sinds 2009 is HPV vaccinatie van 13-jarige meisjes opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma. De vaccinatiegraad van het HPV vaccin is lager onder meisjes van Marokkaanse en Turkse afkomst dan onder meisjes van autochtoon Nederlandse afkomst. In dit project werd onderzocht hoe vaak HPV infecties voorkomen onder volwassen vrouwen van zes etnische groepen in Amsterdam, en wat mogelijke redenen zijn voor de lagere vaccinatiegraad in sommige etnische groepen.
Voor dit onderzoek zijn bloedmonsters getest op de aanwezigheid van antilichamen tegen hoog-risico HPV infecties. De aanwezigheid van antilichamen is bewijs voor een doorgemaakte infectie. Dit onderzoek wordt uitgevoerd binnen een groot Amsterdams, multi-etnisch cohort, HELIUS, een samenwerkingsverband tussen GGD Amsterdam en AMC. Hoog-risico HPV infecties bleken vaker voor te komen bij Nederlandse (32%), Surinaams-Creoolse (35%) en Ghanese vrouwen (32%) dan bij Surinaams-Hindoestaanse (24%), Turkse (16%) of Marokkaanse vrouwen (15%). De verschillen in baarmoederhalskanker gevallen tussen de etnische groepen kunnen dus niet verklaard worden doordat HPV infecties veelvuldiger voorkomen in de groepen waarin deze tumor vaker voorkomt.
Meer ouders van Surinaamse en Nederlandse afkomst waren van plan hun dochter te laten vaccineren tegen HPV dan ouders van Marokkaanse of Turkse afkomst. Behalve kennishiaten bij enkele etnische groepen leken sociaal-psychologische factoren een groot deel van het verschil in intentie tot vaccineren te kunnen verklaren.
In Amsterdam komt baarmoederhalskanker vaker voor bij Surinaamse, Marokkaanse en Turkse vrouwen ten opzichte van autochtone vrouwen. Het is onduidelijk waarom dat zo is. Baarmoederhalskanker wordt veroorzaakt door het humaan papillomavirus (HPV). Van de verschillende HPV types zijn HPV-16 en -18 de twee belangrijkste voor het ontstaan van baarmoederhalskanker. In Nederland worden sinds 2009 meisjes gevaccineerd tegen die twee HPV types, maar de vaccinatiegraad onder meisjes van allochtone afkomst is lager. We hopen met dit onderzoek twee vragen te beantwoorden. Ten eerste: komt HPV infectie vaker voor bij Surinaamse, Marokkaanse en Turkse vrouwen, of komen bij hen andere HPV-types voor? Hebben zij dezelfde risicofactoren voor HPV infecties als autochtone vrouwen? De tweede vraag betreft vaccinatiebereidheid: wat zijn de mogelijke sociaal-psychologische redenen dat ouders hun dochters niet laten vaccineren? Verschillen die redenen tussen ouders van Nederlandse afkomst en vrouwen van Surinaamse, Marokkaanse of Turkse afkomst? Het eerste deel van het onderzoek (is de frequentie van HPV infecties onder verschillende bevolkingsgroepen verschillend?) wordt uitgevoerd binnen een groot Amsterdams, multi-etnisch cohort, HELIUS, een samenwerkingsverband tussen GGD en AMC. In 2011 is gestart met het werven van deelnemers aan dit cohort, en inmiddels zijn er ruim 4000 deelnemers van 4 verschillende etnische groepen. De tweede onderzoeksvraag (vaccinatiebereidheid) zal onderzocht tijdens de jaarlijkse HPV vaccinatiecampagne. Ouders van meisjes die worden opgeroepen voor vaccinatie zullen gevraagd worden een lijst vragen te beantwoorden over redenen om hun dochter wel, of juist niet te laten vaccineren. Dit deel van het onderzoek wordt momenteel voorbereid.