Continuing nursing education leading to care tailored to the elderly (CONNECT) Een eerste pilot met een innovatieve werkplek-leeractiviteit gericht op voeding bij ouderen
Projectomschrijving
Achtergrond
Binnen het Nationaal Programma Ouderenzorg is veel kennis ontwikkeld over effectieve zorg voor kwetsbare ouderen met als doel hen in staat te stellen zolang mogelijk zelfstandig thuis te wonen. Om ervoor te zorgen dat ouderen ook daadwerkelijk baat hebben van deze kennisontwikkeling is het van belang dat deze kennis in het dagelijks handelen van verpleegkundigen en verzorgenden wordt geïntegreerd. Veel zorgorganisaties ervaren dat er mede door werkdruk als gevolg van vacatures, weinig tijd is voor deskundigheidsbevordering. Echter, tijdgebrek en conflicterende prioriteiten op de werkplek vormen vaak belemmerende factoren om tot leren te komen. Voor de oudere cliënt en patiënt betekent dit dat zij te maken krijgen met adviezen en inzichten die niet altijd aansluiten waardoor onzekerheid en onduidelijkheid voor hen ontstaat. Uit onderzoek blijkt dat verpleegkundigen kennis missen als het gaat over voeding en ondervoeding maar dat daarnaast het belang van een goede voedingstoestand zowel door verpleegkundigen als door ouderen zelf niet altijd herkend wordt. De CONNECT-studie richtte zich op het zoeken naar succes -factoren, -ingrediënten van één innovatieve leerinterventie voor het bevorderen van het werkplekleren van verzorgenden IG en verpleegkundigen (mbo en hbo), werkzaam in ziekenhuis en wijkverpleging rondom het thema (onder)voeding.
De leerinterventie
De leerinterventie leverde een online platform waarmee bestaande evidence over (onder)voeding bij oudere zorgvragers vertaald werd naar een kennisspel. Door het dagelijks een vraag beantwoorden over ondervoeding, beoogde de interventie om spelenderwijs de kwaliteit van zorg te verbeteren.
Methode
De studie volgt een mixed method design bestaande uit verschillende vormen van kwalitatieve en kwantitatieve dataverzameling. De uitkomsten zijn geformuleerd op het niveau van Kirkpatricks evaluation model (Kirkpatrick, 1959, 1994). In fase 1 zijn vragen gemaakt op voedingsthema’s gebaseerd op evidence en expert opinie. Vragen zijn gevalideerd en reductie vond plaats op inhoud en leesbaarheid (expert opinie en een pilotstudie). Een 0-meting betreft huidige kennis en houding t.a.v. (onder)voeding is gedaan d.m.v. dossier analyse en shadowing. In fase 2 is de vraag van de dag gedurende 6 weken uitgerold bij meerdere ziekenhuis afdelingen en wijkteams (n=341 verpleegkundigen, mbo-hbo en verzorgende IG). De laatste week vond opnieuw een meting plaats met dossier analyse en shadowing om verandering in gedrag te meten. Afsluitend volgden focusgroepen.
Resultaten
Dit project heeft tot nog toe een aantal resultaten opgeleverd en inzichten gegeven. Zo heeft het geleid tot een vragenlijst die valide en betrouwbaar is om kennis over (onder)voeding te meten, deze bestond nog niet in de verpleegkundige literatuur (statistische validatie volgt nog). Daarnaast heeft het Inzicht in de kennis van verpleegkundigen en verzorgende IG betreft (onder)voeding bij de oudere zorgvrager gegeven (terugrapportage volgt in (inter)nationale literatuur). Gedurende de dataverzameling kregen instellingen, afdelingen en individuele verpleegkundigen inzicht en terugkoppeling over hun kennis. Ook heeft een grote groep verpleegkundigen gebruik gemaakt van een eenmalig moment om hun kennis te testen op gebied van (onder)voeding bij de oudere zorgvrager. De data geeft inzicht in mogelijke ingrediënten die het leren van verpleegkundigen bevorderen). Al deze resultaten zullen in meerdere artikelen (nationaal en internationaal) gedeeld worden.
Eerste inkijk
Van de uitgenodigde professionals 83%% van start is gegaan en 60% dagelijks deelnam. Uit de focusgroepen bleek dat deelnemers de dagelijkse vraag (één van de ingrediënten) als leuk en uitdagend ervaren waarbij zij ook aangeven te hebben geleerd. Een groot voordeel was de lage tijdsinvestering en het competitieve element. Ook geven deelnemers aan dat zij (onder)voeding weer op de agenda hebben gezet door dit project en hier tijdens hun werk alerter op zijn geworden. Verdere analyse van de dossier analyse, shadowing en statistische analyse van de kennisvragen zal inzicht geven in hoeverre er daadwerkelijk gedragsverandering is opgetreden en in hoeverre kennis is toegenomen door de interventie.