Mobiele menu

Dry mouth in patients with a life-limiting condition or frailty: a two-track non-pharmacological and pharmacological intervention study

Projectomschrijving

Droge mond is een veel voorkomend en onderbelicht symptoom in het laatste levensjaar van patiënten met een levensbedreigende aandoening of kwetsbaarheid. Zowel zorgverleners als patiënten zelf onderkennen een droge mond weinig, waardoor zorgverleners het vaak niet behandelen. De 3 bestaande richtlijnen ‘Klachten van de mond’ (Pallialine), ‘Mondzorg’ (Verenso) en ‘Orale mucositis’ (Integraal Kankercentrum Nederland en Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland) besteden aandacht aan droge mond en adviseren zowel niet-medicamenteuze als medicamenteuze behandeling. Zorgverleners zetten deze richtlijnen echter niet structureel in om klachten van droge mond op te sporen en voor zover mogelijk te behandelen.

Doel

Het doel is om klachten van droge mond te verminderen bij patiënten in de laatste levensfase.

Aanpak/werkwijze

We voeren het onderzoek uit in 2 delen:

  1. In deel 1 onderzoeken we bij 228 patiënten of het volgen van de richtlijnen met behulp van een Mond-Educatie-Programma (MEP) helpt om klachten van droge mond te verminderen. Met het MEP brengen getrainde verpleegkundigen samen met patiënten de oorzaken van droge mond in kaart en stimuleren zij patiënten tot betere zelfzorg.
  2. In deel 2 voeren we een dubbelblind placebo-gecontroleerde, gerandomiseerde medicatiestudie uit. Hier verdelen we 64 patiënten tussen behandeling met pilocarpinedruppels of placebodruppels.

Hiernaast doen we onderzoek met vragenlijsten, interviews en focusgroepen naar de ervaringen van zorgverleners en patiënten met de huidige zorg bij droge mond, de bruikbaarheid van de richtlijnen en het MEP en het gebruik van het medicijn pilocarpine. Ook voeren we een kosteneffectiviteitsstudie uit.

Samenwerkingspartners

We werken samen met Universitair Netwerk voor de Care-sector Zuid-Holland (UNC-ZH), Haaglanden MC, Alrijne ziekenhuis, Reinier de Graaf Gasthuis, Langeland ziekenhuis, Zuyderland ziekenhuis, The Living Lab in Ageing & Long-Term Care, KBO-PCOB, Verzorgenden en Verpleegkundigen Nederland, Verenso, Integraal Kankercentrum Nederland en Palliatieve Zorg Nederland.

Verwachte resultaten

We verwachten dat patiënten met een levensbedreigende aandoening of kwetsbaarheid minder mondklachten en gerelateerde problemen zoals slikken en eten gaan hebben. Dit verbetert hun kwaliteit van leven. We verspreiden de resultaten van het gehele onderzoek breed onder alle betrokkenen en we verwerken de resultaten in richtlijnen. Het Mond-Educatie-Programma komt vrij beschikbaar. Dit gaat bijdragen aan meer aandacht en een betere behandeling van het symptoom droge mond.

Afbeelding
Annelot vd Meulen

In deze blog vertelt PhD-onderzoeker en betrokkene bij het project Annelot van der Meulen over wat ze precies gaan doen en waarom dat belangrijk is. 'Een droge mond heeft invloed op gewone dingen in het leven, zoals praten, eten en slapen. Iedere palliatieve patiënt verdient het om daar nog zo lang mogelijk aan deel te nemen.'

> Lees de blog

ZonMw en symptoombehandeling

Vanuit ons programma Palliantie financieren we projecten die bijdragen aan goed onderbouwde interventies om symptoomlast te verminderen bij de patiënt. Zo zetten we ons in voor een goede kwaliteit van leven voor mensen die ongeneeslijk ziek zijn en hun naasten. Lees meer over symptoombehandeling in de palliatieve fase.

Producten

Titel: Dry mouth in patients with a life-limiting condition or frailty: a study protocol for two intervention studies and a nested qualitative sub-study (the Dry mOuth Project, DROP)
Auteur: Annelot I van der Meulen , Evelien P J G Neis , Ellen J M de Nijs , Bénédicte J E G Coenegracht , Arianne Stoppelenburg , Marieke H J van den Beuken-van Everdingen , Yvette M van der Linden
Magazine: BMC Palliative Care
Begin- en eindpagina:
Link: https://bmcpalliatcare.biomedcentral.com/articles/10.1186/s12904-023-01242-0
Titel: Dry mouth in patients with a life-limiting condition or frailty: a study protocol for two intervention studies and a nested qualitative sub-study (the Dry mOuth Project, DROP)
Auteur: Annelot I van der Meulen , Evelien P J G Neis , Ellen J M de Nijs , Bénédicte J E G Coenegracht , Arianne Stoppelenburg , Marieke H J van den Beuken-van Everdingen , Yvette M van der Linden
Magazine: BMC Palliative Care
Begin- en eindpagina:
Link: https://bmcpalliatcare.biomedcentral.com/articles/10.1186/s12904-023-01242-0

Verslagen


Samenvatting van de aanvraag

Although dry mouth is a common symptom during the last year of life in patients with life-limiting conditions or frailty, it is little recognized by healthcare professionals and by patients themselves and remains therefore an under-exposed and under-treated symptom. Three existing Dutch guidelines 'Klachten van de mond' (mouth complaints) (Pallialine), 'Mondzorg' (mouth care) (Verenso) and 'Orale mucositis' (oral mucositis) (IKNL) pay attention to dry mouth and recommend, among others, non-pharmacological and pharmacological interventions. However, by clinicians these guidelines are not used structurally in order to detect complaints of dry mouth and to subsequently treat them. We will therefore perform a study for complaints of dry mouth that consist of two parallel tracks. The first track Intervention 1 is a cluster-randomized non-pharmacological trial in 228 patients. Here we study whether a structured adherence to the guidelines via a nurse-based patient-educational program helps to reduce complaints of dry mouth. Within this 12-week Mouth Education Program (MEP) trained nurses together with patients explore possible causes of dry mouth, consequences of dry mouth on daily functioning and discuss appropriate interventions. As such, patients are stimulated to perform better self-care. This MEP is compared with current care (care as usual). In the separate second track Intervention 2 we perform a pharmacological double-blind placebo-controlled randomized trial on the use of pilocarpine drops to reduce symptoms of dry mouth. Here, 64 patients are randomized between four weeks of locally applied oral pilocarpine drops or placebo. Systemic pilocarpine is effective in reducing dry mouth complaints but at the cost of many side effects. The evidence of locally applied oral pilocarpine is scarce and conflicting. In addition to performing both intervention studies, we will also conduct a mixed-methods qualitative study. Using questionnaires, interviews and focus groups, we ask clinicians and patients about their experiences with current care for dry mouth, about the usefulness of structured use of the guidelines via the MEP and the use of pilocarpine. Lastly, we will investigate the cost-effectiveness of the MEP versus CAU and of pilocarpine drops versus placebo using an economic evaluation alongside the clinical trials. The economic evaluations will be conducted from the societal perspective. The final results of both interventions on reducing complaints of dry mouth will be disseminated amongst relevant stakeholders, incorporated into the current guidelines and the MEP including an implementation guide as a means to implement the guidelines will be freely available.

Kenmerken

Projectnummer:
08440012010001
Looptijd: 61%
Looptijd: 61 %
2021
2025
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
dr. A. Stoppelenburg
Verantwoordelijke organisatie:
Leids Universitair Medisch Centrum