Effects and costs of a combined screening and treatment program for elderly (aged 75 years and over) with depressive symptoms in general practice
Projectomschrijving
Producten
Auteur: Gerda M van der Weele 1, Margot W M de Waal, Wilbert B van den Hout, Anton J M de Craen, Philip Spinhoven, Theo Stijnen, Willem J J Assendelft, Roos C van der Mast, Jacobijn Gussekloo
Magazine: Age and Ageing
Link: https://academic.oup.com/ageing/article/41/4/482/46900
Auteur: Antonia F H Smelt 1, Gerda M van der Weele, Jeanet W Blom, Jacobijn Gussekloo, Willem J J Assendelft
Magazine: British Journal of General Practice
Auteur: Ans Stalenhoef
Magazine: Huisarts en Wetenschap
Link: https://www.henw.org/system/files/download/hw1212-584.pdf
Auteur: Gerda M van der Weele 1, Roos de Jong, Margot W M de Waal, Philip Spinhoven, Herman A H Rooze, Ria Reis, Willem J J Assendelft, Jacobijn Gussekloo, Roos C van der Mast
Magazine: International Psychogeriatrics
Auteur: Gerda M van der Weele 1, Margot Wm de Waal, Wilbert B van den Hout, Roos C van der Mast, Anton J M de Craen, Willem J J Assendelft, Jacobijn Gussekloo
Magazine: International Journal of Geriatric Psychiatry
Link: https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1002/gps.2518
Auteur: Gerda van der Weele
Link: https://scholarlypublications.universiteitleiden.nl/handle/1887/18193
Verslagen
Eindverslag
ACHTERGROND. Depressieve symptomen hebben voor ouderen grote negatieve gevolgen voor zelfredzaamheid, kwaliteit van leven en sterfte. Hoewel een effectieve behandeling beschikbaar is, worden veel depressieve ouderen niet behandeld. Onderherkenning speelt hierbij een belangrijke rol.
VRAAGSTELLING. Binnen de PROMODE studie (Proactive Management of Depression in the Elderly) onderzochten we de effecten en kosten van het aanbieden van ‘stepped care’ behandeling aan ouderen vanaf 75 jaar met depressieve symptomen gevonden bij screening vanuit de huisartspraktijk. Effecten en kosten werden geanalyseerd binnen twee leeftijdstrata, te weten 75-79 jaar en vanaf 80 jaar, en binnen twee vormen van screening, te weten mondelinge screening met of zonder schriftelijke voorscreening.
DESIGN. Pragmatische interventie studie met clusterrandomisatie per huisartspraktijk.
METHODE. In huisartspraktijken zijn alle ouderen vanaf 75 jaar, niet in behandeling voor depressie, uitgenodigd voor een screeningshuisbezoek. In een deel van de praktijken vond voorselectie plaats door een verzoek per post een schriftelijke Geriatric Depression Scale (GDS-15) in te vullen, die alleen bij score groter dan 3 punten werd gevolgd door een screeningshuisbezoek. Ouderen met klinisch relevante depressieve symptomen (mondelinge GDS-15 groter dan 4 punten) kregen afhankelijk van de huisartsrandomisatie interventie aangeboden of 'gebruikelijke zorg'. In de interventiepraktijken bood de huisarts een ‘stepped care’ behandeling aan opgebouwd uit 1) individuele begeleiding door een sociaal psychiatrisch verpleegkundige, 2) psycho-educatie door middel van de groepscursus ‘In de put, Uit de put’ of een vergelijkbare individuele therapie, 3) medicamenteuze therapie of verwijzing bij onvoldoende effect op step 1 en 2.
Followup metingen vonden telefonisch plaats na 3 en 9 maanden en met huisbezoeken na 6 en 12 maanden. De primaire uitkomstmaat is het verschil in ernst van depressie tussen beide groepen na 6 maanden, gemeten met Montgomery-Asberg Depression Rating Scale (MADRS). Secundaire uitkomstmaten zijn verschillen in ernst van depressie na 12 maanden, percentage responders op therapie, functionele beperkingen, kwaliteit van leven, (in)formele zorg en sterfte. In een kostenutiliteitsanalyse werden de maatschappelijke kosten gedurende het jaar berekend en gerelateerd aan verschillen in quality adjusted life years (QALYs).
RESULTATEN. Binnen 73 huisartspraktijken (=clusters) met 12.144 ingeschreven patienten van 75 jaar en ouder zijn 10.681 ouderen uitgenodigd deel te nemen, van wie 306 ouderen achteraf door de onderzoeker zijn geëxcludeerd. Er namen 5.330 ouderen deel aan de screening (respons 51%). In totaal zijn 264 ouderen opgespoord met onbehandelde depressieve symptomen gemeten met GDS-15 > 4 punten. Van hen zijn uiteindelijk 239 ouderen gerandomiseerd voor de trial. Na 6 maanden waren 29 deelnemers lost-to-followup (12%) en na 12 maanden 45 deelnemers (19%).
De opbrengst van screening voor onbehandelde depressieve symptomen was 2,2% van alle ingeschreven patiënten van 75 jaar en ouder in de huisartspraktijk, 5,8% had reeds een actuele behandeling voor depressie. Screeningskosten per huisartspraktijk met 160 ouderen >=75 jaar zijn naar schatting twee maal hoger zonder schriftelijke voorscreening. Per screenpositieve oudere zijn screeningskosten geschat op €350 zonder en €250 met schriftelijke voorscreening.
In interventiepraktijken werden 101 van de 121 ouderen (83%) verwezen naar de GGZ, 23 ouderen (19%) namen deel aan de cursus en 5 ouderen (4%) startten andere interventies. Er was geen verschil in gemiddelde MADRS-scoredaling tussen interventiegroep en usual-care-groep na 6 maanden (75-79-jarigen: -1,2 versus -3,0 punten, p=0,15; 80-plussers: -0,9 versus -2,7 punten, p=0,13). Ook na 12 maanden was er geen verschil. Ook op de secundaire en gezondheidseconomische uitkomstmaten boekte de interventiegroep geen gunstigere resultaten.
CONCLUSIE. Door screening vanuit
ACHTERGROND. Depressieve symptomen hebben voor ouderen grote negatieve gevolgen voor zelfredzaamheid, kwaliteit van leven en sterfte. Hoewel een effectieve behandeling beschikbaar is, worden veel depressieve ouderen niet behandeld. Onderherkenning speelt hierbij een belangrijke rol; depressieve symptomen lijken welhaast te worden gezien als onvermijdelijk en horend bij het ouder worden.
VRAAGSTELLING. Binnen de PROMODE studie (Proactive Management of Depression in the Elderly) onderzoeken we de effecten en kosten van het aanbieden van ‘stepped care’ behandeling aan ouderen vanaf 75 jaar die bij screening op depressieve symptomen positief scoren. De screening wordt georganiseerd door de huisartspraktijk voor alle ouderen zonder actuele behandeling voor depressie. Effecten en kosten worden geanalyseerd binnen twee leeftijdstrata, te weten 75-79 jaar en vanaf 80 jaar, en binnen twee vormen van screening, te weten mondelinge screening met of zonder schriftelijke voorscreening.
DESIGN. Pragmatische interventie studie met clusterrandomisatie per huisartspraktijk.
METHODE. In huisartspraktijken worden alle ouderen vanaf 75 jaar, niet in behandeling voor depressie, uitgenodigd voor een screeningshuisbezoek. In een deel van de praktijken vindt een voorselectie plaats door een verzoek per post een schriftelijke Geriatric Depression Scale (GDS-15) in te vullen, die alleen bij score groter dan 3 punten wordt gevolgd door een screeningshuisbezoek. Ouderen met klinisch relevante depressieve symptomen (mondelinge GDS-15 groter dan 4 punten) krijgen afhankelijk van de huisartsrandomisatie interventie aangeboden of 'gebruikelijke zorg'. In de interventiepraktijken biedt de huisarts een ‘stepped care’ behandeling aan opgebouwd uit 1) individuele begeleiding door een sociaal psychiatrisch verpleegkundige, 2) psycho-educatie door middel van de groepscursus ‘In de put, Uit de put’ of een vergelijkbare individuele therapie, 3) medicamenteuze therapie voor patiënten met ernstige depressie bij screening of onvoldoende effect op step 1 en 2.
UITKOMSTMATEN. De primaire uitkomst is het verschil in ernst van depressie tussen beide groepen na 6 maanden, gemeten met Montgomery-Asberg Depression Rating Scale (MADRS). De verschillen in kosten (screening, interventie, medische consumptie, (in)formele zorg) vanuit maatschappelijk perspectief worden vergeleken met verschillen in MADRS-score en quality adjusted life years (QALYs). Secundaire uitkomsten zijn verschillen in aantal responders op therapie, kwaliteit van leven, zelfredzaamheid, (in)formele hulp, medische consumptie, ziekten, sterfte, en ernst van depressie na 12 maanden.
STAND VAN ZAKEN (november 2008). Binnen 73 huisartspraktijken (=clusters) zijn 10.681 ouderen uitgenodigd deel te nemen, van wie 306 ouderen achteraf door de onderzoeker zijn geëxcludeerd. Er namen 5.330 ouderen deel aan de screening (respons 51%). In totaal zijn 264 ouderen opgespoord met onbehandelde depressieve symptomen gemeten met GDS-15 > 4 punten. Van hen zijn uiteindelijk 239 ouderen gerandomiseerd voor de trial. Alle ouderen uit de interventiepraktijken zijn inmiddels door de huisarts verwezen naar de betreffende GGZ-instelling. Op dit moment lopen de laatste 3-maandsmetingen. De 6-, 9- en 12-maandsmetingen zijn in volle gang.
PUNTEN UIT TUSSENTIJDSE EVALUATIE. Door de tussentijdse wijziging van screeningsmethode is inclusie van het benodigde aantal huisartspraktijken en deelnemers (210 ouderen binnen 70 clusters) binnen de geplande looptijd gehaald. De schriftelijke voorselectie d.m.v. het toesturen van de schriftelijke GDS-15 heeft ervoor gezorgd dat met behoud van eenzelfde interviewcapaciteit het opsporen van ouderen met onbehandelde depressieve symptomen efficienter werd. De 3- en 9 maands vragenlijsten bleken bij schriftelijke afname teveel misende gegevens en non-respons te geven. Daarom is overgestapt op telefonische afname, met goede resultaten.
VERDERE PLANNING Februari 2009 laatste 6-maands bezoek; au