Mobiele menu

Regie, sociaal-economische status, en ervaren kwaliteit van ontvangen zorg bij kwetsbare ouderen

Projectomschrijving

Ideeën van ouderen over eigen regie

Als ouderen meer regie hebben over hun zorg, kan dat bijdragen aan meer ervaren kwaliteit van leven en zorg. Maar dat is nog niet onderzocht. Ook is nog onduidelijk of er verschillen zijn in de mate van ervaren regie en in hoeverre een lage sociaal-economische status hierop van invloed is.

Doel
Dit project onderzoekt:
• wat kwetsbare ouderen verstaan onder eigen regie in het zorgproces;
• in hoeverre eigen regie samenhangt met ervaren kwaliteit van zorg en kwaliteit van leven;
• in hoeverre verschil in sociaal-economische status hierop van invloed is.

Werkwijze
Onderzoekers verzamelen gegevens over eigen regie bij enkele honderden ouderen. Daarvoor gebruiken ze een meetinstrument dat is gebaseerd op de ideeën van ouderen over eigen regie. De resultaten worden met ouderen en hun vertegenwoordigers besproken. Daarna doen zij aanbevelingen voor de zorgpraktijk.

Doelgroep
Kwetsbare ouderen van 65 jaar en ouder.

Verslagen


Eindverslag

Dit project had als doel om te onderzoeken: 1) wat kwetsbare ouderen verstaan onder regie, 2) in hoeverre regie samenhangt met ervaren kwaliteit van formele zorg bij kwetsbare ouderen en met hun algemene kwaliteit van leven, en 3) in hoeverre er sociaaleconomische verschillen zijn in eigen regie bij kwetsbare ouderen. Het project bestond uit een combinatie van kwalitatief en kwantitatief onderzoek. Een centraal resultaat van dit project is een meetinstrument dat is ontwikkeld om regie mee te meten. Met behulp van dit meetinstrument werd aangetoond dat ouderen met een grotere mate van ervaren regie over het algemeen hoger waren opgeleid, minder zorg gebruikten en een hogere mate van ervaren kwaliteit van zorg hadden.

De overheid spoort Nederlanders aan tot grotere zelfredzaamheid: dat betekent o.a. dat we zelf de regie moeten nemen in het regelen van de zorg die we nodig hebben. Of dit haalbaar is voor kwetsbare ouderen met een ingewikkelde zorgbehoefte is nog maar de vraag. Dit onderzoeken we in een 3-jarig onderzoeksproject. De eerste stap daarin is het verzamelen van ervaringen van ouderen over zorg die ze krijgen en hun gevoel van regie daarin. Daarbij letten we sterk op mogelijke verschillen tussen ouderen met een hoge en ouderen met een lage sociaal-economische status. Om de ideeën van ouderen over regie in het zorgproces te leren kennen, organiseerden we een-op-een interviews en groepsgesprekken met 32 kwetsbare ouderen van 65 jaar en ouder. Zowel mannen als vrouwen uit hoge én lage sociaal-economische groepen werden uitgenodigd. Voor de geïnterviewde ouderen was het belangrijk om zelfvertrouwen te ervaren in 1.) het aansturen van professionele zorg en/of mantelzorg; en 2.) het goed kunnen omgaan met hun gezondheid in de thuissituatie; maar ook 3.) te kunnen vertrouwen op de ondersteuning van dierbaren bleek bij te dragen aan een gevoel van grip – m.n. bij hen die in hun zelfstandigheid beperkt zijn. Aan de andere kant had 4.) de manier waarop zorgverleners en instanties zich opstelden grote invloed op het gevoel van controle; net als 5.) de aanwezigheid van omgevingskenmerken zoals diensten en hulpmiddelen. Op grond van deze bevindingen hebben we een vragenlijst opgesteld, welke de bedoeling heeft om ervaren regie in het zorgproces bij kwetsbare ouderen te meten. Op dit moment wordt de vragenlijst gevalideerd.

Samenvatting van de aanvraag

Een grote mate van eigen regie bij kwetsbare ouderen tijdens het zorgproces kan mogelijk bijdragen aan een grotere mate van ervaren kwaliteit van zorg en kwaliteit van leven. Deze hypothese klinkt goed, en wanneer zij waar is kan ze een richtlijn vormen voor het verbeteren van de zorg voor kwetsbare ouderen. De vraag is nog steeds wel of de hypothese klopt en dit zal eerst moeten worden onderzocht. Een gerelateerde vraag is of er grote verschillen zijn in de mate van ervaren regie tijdens het zorgproces tussen kwetsbare ouderen. Met name van lage sociaal-economische (SES) groepen kan worden verwacht dat zij een relatief kleine mate van ervaren regie hebben. Wanneer ervaren regie inderdaad een voorspeller blijkt te zijn van ervaren kwaliteit van ontvangen zorg en van kwaliteit van leven dan kan het bijdragen een sociaal-economische verschillen in deze uitkomsten. Deze vragen zullen in dit project worden beantwoord. Voordat kan worden geprobeerd om de eigen regie in kaart te brengen en te versterken moet duidelijk zijn wat onder “eigen regie” bij kwetsbare ouderen kan worden verstaan. Er is nog geen adequate manier om eigen regie in relatie tot zorggebruikt te meten. Daartoe zal een deel van dit project zich richten op het opstellen van een meetinstrument om de eigen regie van kwetsbare ouderen in kaart te brengen, in specifieke zorgsituaties. Het instrument zal worden gebaseerd op de ervaringen van kwetsbare ouderen zelf en op hun ideeën bij wat regie inhoudt. Samenvattend heeft dit project als doel om door middel van gecombineerd kwantitatief en kwalitatief onderzoek te onderzoeken: 1) wat kwetsbare ouderen verstaan onder eigen regie van ouderen binnen het zorgproces, 2) in hoeverre eigen regie samenhangt met ervaren kwaliteit van formele zorg bij kwetsbare ouderen en met hun algemene kwaliteit van leven, en 3) in hoeverre er sociaaleconomische verschillen zijn in eigen regie bij kwetsbare ouderen, en wat de bijdrage is van regie aan sociaaleconomische verschillen in ervaren kwaliteit van zorg en in kwaliteit van leven. Het totale onderzoeksproject kan worden ingedeeld in drie fasen. Deze fasen zijn de volgende: I. Onderzoeken wat kwetsbare ouderen zelf verstaan onder eigen regie; II. Het vaststellen van de mate van eigen regie, de mate van ervaren kwaliteit van zorg en de kwaliteit van leven van kwetsbare ouderen; en verbanden tussen deze factoren onderling en met SES; III. Terugkoppeling van de resultaten van de eerste twee fasen van het onderzoek aan kwetsbare ouderen, mantelzorgers en formele zorgverleners. Door middel van deze terugkoppeling zal worden nagegaan of er uiteindelijk iets aan de definitie van regie moet worden aangepast, en welke aanknopingspunten er zijn voor het verbeteren van het zorgaanbod op grond van de resultaten van het project. Tijdens de eerste fase van het project wordt het meetinstrument voor eigen regie opgesteld. Hierbij maken we gebruik van focus groepen met kwetsbare ouderen en met mantelzorgers. Hierbij inventariseren we de ervaringen en ideeën over wat eigen regie inhoudt voor hoge en lage SES groepen afzonderlijk zodat het meetinstrument van toepassing is op de denkbeelden van kwetsbare ouderen uit beide groepen. Het meetinstrument zal in kleinschalig vragenlijst onderzoek worden gevalideerd. Tijdens de tweede fase van het project zal het instrument worden gebruikt voor het verzamelen van gegevens over eigen regie bij enkele honderden kwetsbare ouderen. Door middel van dit vragenlijstonderzoek zullen gegevens verzameld worden over o.a. ervaren regie, ervaren kwaliteit van zorg, kwaliteit van leven en andere relevante gegevens. Hiermee kunnen de verbanden tussen de verschillende factoren in kaart worden gebracht. Tijdens de derde fase van het project worden de resultaten teruggekoppeld aan de kwetsbare ouderen zelf en aan zorgvertegenwoordigers door middel van een combinatie van homogene en heterogene focus groepen. Hierbij is het doel om in onderling dialoog tussen alle belanghebbenden te komen tot aanbevelingen voor het verbeteren van de huidige zorgpraktijk. De oudere respondenten voor dit onderzoek zijn afkomstig van het Longitudinal Aging Study Amsterdam. Het project vertoont een sterke samenhang met het transitieproject van de Vumc en partners, “De kwetsbare oudere centraal in samenhangende zorg”, dat als doel heeft de regierol van ouderen te versterken. Dit project zal aan dat doel bijdragen met aanbevelingen voor mogelijkheden om de regie te versterken die worden opgesteld in dialoog tussen alle belanghebbenden in deze situatie; met ouderen, met mantelzorgers, en met zorgverleners. Een vooraanmelding van dit onderzoeksproject is op relevantie en belang beoordeeld door de klankbordgroep van ouderen van het transitieproject van het Vumc en partners en kon mede door haar positieve beoordeling uitgewerkt worden.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
314080301
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2010
2014
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. M. Huisman
Verantwoordelijke organisatie:
Amsterdam UMC - locatie VUmc