Mobiele menu

Thema 3. ADHD en druk gedrag: beschrijving van een consortium en voorstudie

Projectomschrijving

Dit consortium heeft in fase 1 een voorstudie uitgevoerd en een kennisoverzicht gemaakt van de actuele stand van zaken van effectiviteitsonderzoek op het desbetreffende thema.

Mede op basis van deze voorstudie heeft ZonMw het consortium uitgenodigd een subsidieaanvraag in te dienen voor fase 2, de onderzoeksfase. Het belangrijkste doel van fase 2 is om met meer empirische evidentie te komen tot het ‘indikken’ van de interventies binnen het betreffende thema. Denk hierbij bijvoorbeeld aan onderzoek naar het opsporen van de (combinaties van) meest werkzame elementen van verschillende interventies. Maar ook aan het maken van een beperkt aantal overzichtelijke en hanteerbare pakketten van interventies of hoe en onder wat voor voorwaarden verschillende interventies of werkzame elementen slim en efficiënt met elkaar verbonden kunnen worden en daardoor effectiviteit, maatschappelijk bereik en publieke impact verhogen. Het consortium gaat gedurende 3 jaar aan de slag met deze vervolgfase waarin het onderzoek te komen tot het ‘indikken’ van de interventies op het desbetreffende thema daadwerkelijk vorm zal krijgen. Het onderzoeksproject van fase 2 is in 2016 van start gegaan, zie project 729300013.
 

Verslagen


Eindverslag

De voorstudie van het consortium 'ADHD en druk gedrag' heeft zich gericht op niet-medicamenteuze interventies voor kinderen en adolescenten met ADHD en/of druk gedrag, met een focus op interventies die zijn opgenomen in de databank effectieve interventies (DEI) van het Nederlands Jeugd Instituut (NJI).

De voorstudie bestond uit de volgende onderdelen:
(1) Een literatuurstudie, met als doel het in kaart brengen van de actuele stand van zaken van onderzoek naar de (kosten)effectiviteit van interventies voor kinderen met ADHD binnen Nederland en internationaal, en het inventariseren van onderzoek naar factoren die de effectiviteit van interventies in gunstige of ongunstige zin beïnvloeden. De focus lag in de literatuurstudie op de in de DEI opgenomen interventies.
(2) Een studie naar de inhoud van de verschillende interventies, met als doel het in kaart brengen van mogelijke overlap, algemene en specifieke elementen en gebruiksvoorwaarden van de interventies.
(3) Een survey bij ervaren experts op het gebied van niet-medicamenteuze behandelingen bij kinderen met ADHD en druk gedrag, met als doel het in kaart brengen van de “expert opinion” over (onmisbare) algemene en specifieke elementen van interventies voor ADHD en druk gedrag.
(4) Een survey bij (nulde, eerste en tweedelijns) instellingen en scholen in Nederland die zich bezig houden met zorg voor en onderwijs aan kinderen met ADHD en/of druk gedrag, met als doel het in kaart brengen van de actuele stand van zaken met betrekking tot het gebruik van verschillende interventies voor kinderen met ADHD en/of druk gedrag in Nederland; dit betrof zowel interventies die in de DEI zijn opgenomen (of aangemeld) als interventies waarbij dit niet het geval is.
(5) Een inventarisatie van beschikbare datasets, met als doel tot gerichte voorstellen te komen over pooling en matching van datasets.
(6) Het ontwikkelen van ideeën voor vervolgonderzoek

Voor de uitvoering van het onderzoek zijn de volgende instrumenten en protocollen ontwikkeld:
• Verschillende protocollen voor het uitvoeren van de literatuursearches
• Een taxonomie voor het scoren van algemene en specifieke elementen en gebruiksvoorwaarden van interventies
• Een survey voor experts, waarmee de mening van experts over onmisbare elementen is geïnventariseerd
• Een survey voor instellingen die zich bezig houden met zorg voor jeugd, waarmee in kaart is gebracht hoe instellingen de behandeling van kinderen met ADHD en/of druk gedrag vormgeven
• Een survey voor scholen, waarmee in kaart is gebracht hoe scholen de behandeling van kinderen met ADHD en/of druk gedrag vormgeven

In de DEI van het NJI waren ten tijde van de voorstudie in totaal 16 interventies opgenomen voor de behandeling van kinderen met ADHD en/of druk gedrag. Daarnaast zaten nog drie interventies in het proces van aanmelding en beoordeling, deze hebben we zo veel mogelijk meegenomen in de verschillende studieonderdelen.

Samenvatting van de aanvraag

Het consortium heeft een uitstekende samenstelling om onderzoek op het thema 'ADHD en druk gedrag' uit te kunnen voeren. Zowel praktijkinstellingen, onderzoeksinstellingen als belangrijke kennisnetwerken zijn in het consortium vertegenwoordigd. Een groep (inter)nationaal vooraanstaande onderzoekers met specifieke expertise en ervaring op het gebied van ADHD maakt deel uit van het consortium. Deze onderzoekers hebben een groot aantal effectiviteitsonderzoeken op het thema 'ADHD en druk gedrag' succesvol uitgevoerd. Daarnaast hebben onderzoekers in het consortium specifieke expertise op belangrijke aanpalende gebieden, zoals externaliserende gedragsproblemen- en stoornissen, preventie en laagdrempelige behandeling van druk gedrag dat (nog) niet geclassificeerd is als ADHD. Het gaat in het consortium voor een belangrijk deel om personen die hebben laten zien vruchtbaar te kunnen samenwerken. Een andere kracht van het consortium is het multidisciplinaire karakter en de elkaar aanvullende expertise. Naast klinisch en gz-psychologen bestaat het consortium uit kinder- en jeugdpsychiaters, gedragstherapeuten, neuropsychologen, sociaal geneeskundigen en orthopedagogen. Het consortium beschikt voorts over een uitgebreid netwerk aan samenwerkingsrelaties met landelijke dekking op het gebied van zorg voor jeugd. Dit betreft het gehele veld en heeft betrekking op zowel instellingen voor (geïndiceerde) jeugdzorg, orthopedagogiek en jeugd GGZ, als op het lokaal preventief jeugdbeleid binnen gemeentes, sociale wijkteams, jeugdgezondheidszorg, GGDen, Centra voor Jeugd en Gezin, huisartsen (POH-GGZ) en het onderwijs. De meeste leden van het consortium hebben ook uitgebreide klinische ervaring in het werken met de doelgroep. Verder kennen de leden van het consortium uitstekende samenwerkingsrelaties met de doelgroep. Tot slot biedt de inbedding van leden van het consortium in landelijke kennisnetwerken en praktijkinstellingen zeer goede mogelijkheden voor overdracht en implementatie van kennis en praktijkaanbevelingen binnen instellingen in Nederland. Het consortium beoogt een voorstudie te doen naar beschikbaar effectiviteitsonderzoek, de inhoud en het gebruik van interventies en kenmerken van beschikbare datasets. De voorstudie zal bestaan uit vier onderdelen, te weten: 1) Een literatuurstudie, met als doel het in kaart brengen van de actuele stand van zaken met betrekking tot onderzoek naar de (moderatoren en predictoren van) (kosten)effectiviteit van interventies voor kinderen met ADHD binnen Nederland en internationaal. De focus zal hierbij liggen op de in de DEI opgenomen interventies. 2) Een studie naar de inhoud van de verschillende interventies, met als doel het in kaart brengen van mogelijke overlap, werkzame en niet-werkzame elementen en gebruiksvoorwaarden van de interventies. 3) Een survey bij (nulde, eerste en tweedelijns) instellingen en scholen in Nederland die zich bezig houden met zorg voor en onderwijs aan kinderen met ADHD/druk gedrag, met als doel het in kaart brengen van de actuele stand van zaken met betrekking tot het gebruik van verschillende interventies voor kinderen met ADHD/druk gedrag in Nederland; dit betreft zowel interventies die in de DEI zijn opgenomen (of aangemeld) als interventies waarbij dit niet het geval is. 4) Een inventarisatie van kenmerken van bestaande en beschikbare datasets, met als doel voor fase twee met gerichte voorstellen te komen over pooling en matching van datasets. Voor fase 2 beoogt het consortium vooralsnog de volgende onderzoeksvoorstellen: - Een naturalistische studie binnen grote instellingen die gebruik maken van een of meerdere DEI interventies (instellingen geïdentificeerd in fase 1), waarbij cliënten middels systematische metingen worden gevolgd. Doel: evalueren van effectiviteit in de dagelijkse praktijk (afgezet tegen effectiviteit zoals gebleken uit RCT’s (informatie verkregen in fase 1), inzicht krijgen in factoren die no-show en drop out voorspellen, identificeren van moderatoren van behandeleffecten. - Meta-analyses internationaal op verschillende groepen van interventies ten behoeve van (kosten) effectiviteit en moderatoren (cliënt, professional en alliantie factoren), bijvoorbeeld ouders, school, individueel, adolescenten, aangevuld met sub/sensitiviteitsanalyses voor Nederland en voor de DEI interventies. Doel: verbeteren adequate toewijzing van interventies aan kinderen en gezinnen. - Studie naar de identificatie van werkzame elementen. Doel: komen tot aanbevelingen welke elementen minimaal onderdeel uit moeten maken van bepaalde interventies/interventiegroepen. Daarnaast stelt het consortium zich ten doel om, bij honorering van de subsidieaanvraag voor fase 2, de kennis die deze fase oplevert in Nederland te verspreiden, met gebruikmaking van de netwerken van de verschillende consortiumleden. Het doel hiervan is de meest effectieve DEI interventies optimaal te implementeren.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
729300003
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2015
2015
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. B.J. van den Hoofdakker
Verantwoordelijke organisatie:
Accare