Mobiele menu

Monitor seksuele en reproductieve gezondheid, zorgbehoefte en zorggebruik (Monitor SRG) (2)

Projectomschrijving

De doelstelling was het opstarten van een structurele monitor, met een adequate organisatorische inbedding. Ook het verkrijgen van structurele financiering was een doel. Deze doelstellingen zijn behaald. De monitor is ontwikkeld om vraag en aanbod in de seksuele en reproductieve gezondheidszorg af te stemmen en om inzicht te verschaffen in de zorgbehoefte en het zorggebruik op het terrein van seksuele en reproductieve gezondheid van Nederlanders (15-70 jaar). Met deze informatie kan de overheid en in het bijzonder het Ministerie van VWS, haar beleid adequaat vormgeven. In de vragenlijst komen aan bod: seksueel gedrag en seksuele beleving, anticonceptie, ongewenste zwangerschappen en abortus, soa/hiv risico- en beschermingsgedrag, seksueel geweld en seksuele functieproblemen. Om de twee jaar worden de resultaten gepubliceerd. De monitor is in handen van Rutgers WPF en wordt gefinancierd door het Ministerie van VWS.

Verslagen


Samenvatting van de aanvraag

Centrale doelstelling van het project is de ontwikkeling van een duurzame monitor seksuele en reproductieve gezondheid (Monitor SRG) waarin gegevens worden verzameld ten behoeve van de afstemming tussen vraag en aanbod in de seksuele en reproductieve gezondheidszorg (SRGZ). Het zicht op epidemiologie, zorgbehoefte en zorggebruik op het terrein van de seksuele en reproductieve gezondheid is momenteel in Nederland beperkt tot registratie van hulpvragen in (delen van) sommige sectoren van de SRGZ en veelal éénmalig, cross-sectioneel onderzoek onder deelpopulaties op deelthema?s. Registratie is erg divers in de verschillende sectoren, vertoont grote witte plekken en wordt onvoldoende gecoördineerd. Recente, representatieve gegevens over aard en omvang van (verborgen) problematiek en zorgbehoefte in Nederland zijn niet voorhanden. Met onderhavig project wordt een tweesporenbeleid ingezet. Enerzijds staat optimalisering van de registratie van hulpvragen in de SRGZ voor ogen met als streven een steeds vollediger en beter afgestemde registratie op termijn in uiteenlopende sectoren: ?De SRGZ in cijfers?. Hiertoe wordt gestart met een inventarisatie van omissies en knelpunten bij de (vergelijking van) registraties in uiteenlopende zorgsectoren. De projectpartners voeren de jaarlijkse, landelijke overzichten van deze afzonderlijke registraties uit. Anderzijds wordt een periodieke verzameling van epidemiologische gegevens opgezet over de aard en omvang van seksuologische problematiek, zorgbehoefte en zorggebruik op uiteenlopende (deels wisselende) inhoudelijke deelgebieden van de SRGZ bij (representatieve steekproeven uit) de algemene bevolking, klinische populaties en/of andere deelpopulaties. ?Kick-off? bij de ontwikkeling van de Monitor SRG vormt een (relatief grootschalige) epidemiologische studie onder een zo representatief mogelijke steekproef van de algemene bevolking tussen 18 en 80 jaar. De (12 maanden) prevalentie van ervaren problemen, alsook gerelateerde zorgbehoefte en zorggebruik wordt in kaart gebracht op de volgende geprioriteerde terreinen: anticonceptie, ongewenste zwangerschap en abortus, seksueel overdraagbare aandoeningen, seksuele disfuncties, seksueel geweld, seksueel (risico)gedrag en seksuele (dis)satisfactie. Gekeken wordt tevens naar de (ver)spreiding van problematiek binnen uiteenlopende bevolkingsgroepen (te onderscheiden naar sekse, leeftijd, etniciteit, seksuele geaardheid en gezondheid) en naar de onderlinge samenhang oftewel co-morbiditeit. Een netto steekproef van N=2000 wordt geworven via random digit dialling en krijgt een elektronische of schriftelijke vragenlijst voorgelegd. Ten behoeve van de vergelijkingen naar etnische achtergrond en seksuele voorkeur wordt, uitsluitend ten behoeve van die analyses, de steekproef opgehoogd met enkele honderden homoseksuele mannen en vrouwen en personen uit etnische minderheidsgroepen. Dataverzameling vindt begin 2005 plaats. Eind 2005 wordt een expertmeeting georganiseerd waarin, naast disseminatie in schriftelijke en elektronische vorm, bevindingen van de eerste epidemiologische studie en de inventarisatie van de knelpunten in de registratie met deskundigen in het veld besproken worden en aanbevelingen ten behoeve van het vervolgtraject én een betere de afstemming tussen vraag en aanbod geformuleerd worden. De bevolkingsstudie biedt tevens de mogelijkheid om een (modulair) gestandaardiseerd monitorinstrumentarium te ontwikkelen. Op basis van (de evaluatie van) het meetinstrumentarium dat in de bevolkingsstudie wordt gebruikt zal een ?module seksualiteit? ontwikkeld worden die aan GGD-en wordt aangeboden om mee te nemen in hun vierjaarlijkse Monitor VGZ. Deze module kan ook ingezet worden bij andere monitoractiviteiten bij klinische of andere deelpopulaties, bijvoorbeeld het zorgconsumentenpanel van het NIVEL of de campagnemonitor onder jongeren tot 30 jaar van Soa Aids Nederland en RNG. Tevens wordt op basis van de bevindingen in de bevolkingsstudie een aantal relatief korte screeningsinstrumenten ontwikkeld voor (de hier onderzochte) seksuologische problematiek, die in uiteenlopend toekomstig onderzoek ingezet kunnen worden. Steeds worden de representatieve gegevens gebruikt als referentiekader (?benchmark?) ten behoeve van adequate interpretatie en extrapolatie van de resultaten van (deel)studies onder klinische of andere (specifieke) deelpopulaties. Prevalentiegegevens voor de algemene bevolking worden eens in de 4 à 5 jaar geactualiseerd. De Monitor SRG beoogt aldus periodieke gegevensverzameling bij, afwisselend, de algemene bevolking, klinische populaties en/of andere deelpopulaties op uiteenlopende (deels wisselende) inhoudelijke deelgebieden van de SRGZ. Uit samenhangende beschouwing van epidemiologische gegevens en registratiegegevens worden conclusies getrokken en aanbevelingen gegenereerd inzake de afstemming tussen vraag en aanbod. :

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
46000005
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2005
2006
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Dr. I. van Wesenbeeck
Verantwoordelijke organisatie:
Rutgers