Een belangrijke taak van de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) is het zo vroeg mogelijk signaleren en onderkennen van ontwikkelingsachterstanden, aandoeningen, ziekten en dreigende risico’s bij jeugdigen. De JGZ-professional kan hierdoor tijdig handelen en erger voorkomen.
Naar aanleiding van deze vroegsignalering kiest de JGZ-professional voor extra interventie: onderzoek, begeleiding of verwijzing van de jeugdige. Bij dit kwantitatieve onderzoek wordt gekeken hoe vaak hiervan sprake is en of deze extra interventie wordt opgevolgd door de desbetreffende ouders/jeugdigen. De onderzoeksgegevens worden gehaald uit het digitaal dossier JGZ en later gecombineerd met gegevens van het Centraal Plan Bureau (CBS).
Door inzicht te krijgen in de jeugdigen/ouders die interventies naar aanleiding van vroegsignalering niet opvolgen, kan de JGZ hier in de toekomst op anticiperen.