Mobiele menu

Monitor Jeugdzorgplus representatief? Start- en ontwikkelprofielen van jongeren die wel en geen toestemming verlenen voor onderzoek

Projectomschrijving

In Jeugdzorgplus worden de opbrengsten van de zorg in kaart gebracht met de landelijke Monitor Jeugdzorgplus. Hierin worden gegevens verzameld over kenmerken van de jongere, diens ontwikkeling en verleende zorg tijdens plaatsing. Doel is zicht te krijgen op de doelgroep binnen Jeugdzorgplus en welke zorg het meeste effect heeft. Om te kunnen leren van de monitor is het belangrijk te weten hoe representatief de landelijke monitor is voor de gehele populatie. Jongeren moeten namelijk toestemming geven voor gebruik van hun gegevens in de monitor. De Jeugdzorgplus populatie is heterogeen en complex. In dit onderzoek zal daarom gekeken worden in hoeverre profielen kunnen worden onderscheiden en of deze samenhangen met de toestemmingsverlening van jongeren voor de monitor. Hierbij wordt gekeken naar profielen op basis van psychische of omgevingskenmerken van de jongeren, maar ook naar kenmerken gelegen in de ontwikkeling tijdens zorg en het al dan niet terugvallen na beëindiging van de zorg.

Producten

Titel: Who Wants to Participate in Routine Outcome Monitoring? Differences between Youth in Secured Residential Care Who Consent or Refuse the Use of Their Clinical Data for Research and Policy Making
Auteur: Nijhof, Karin S., van Domburgh, Lieke, Strijbosch, Eefje, Labun, Alona, Delsing, Marc, Scholte, Ron H. J., Vermaes, Ignace P. R.
Magazine: Residential Treatment for Children & Youth
Link: http://www.tandfonline.com/doi/abs/10.1080/0886571X.2017.1346496
Titel: Hoe bruikbaar zijn Routine Outcome Monitoring (ROM) data van de Landelijke Jeugdzorgplus monitor?
Auteur: Van Domburgh, L., Nijhof, K. S., Strijbosch, E., Labun, A., Vermaes, I., & Delsing, M.
Magazine: Tijdschrift voor Orthopedagogiek

Verslagen


Eindverslag

De Jeugdzorgplus Monitor is een landelijk Routine Outcome Monitoring (ROM) Systeem met als doel benutting van gegevens voor het monitoren van de behandeling van de individuele cliënt alsmede benchmarking. De huidige studie onderzoekt de externe validiteit van deze monitor aangezien niet alle cliënten toestemming geven voor gebruik van hun gegevens in de monitor. In totaal is data van 949 jongeren (56% jongens, gemiddelde leeftijd 15.6 jaar) geanalyseerd, waarvan 66% toestemming heeft gegeven voor landelijk gebruik van hun gegevens. De resultaten tonen aan dat er verschillen zijn tussen jongeren die toestemming geven en jongeren die weigeren: jongeren die weigeren zijn vaker van Allochtone afkomst, hebben vaker 3 of meer plaatsingen gehad en over deze jongeren wordt minder probleemgedrag gerapporteerd. Ook werden er verschillen gevonden tussen instellingen in het percentage jongeren dat weigert. Naast het vergelijken van jongeren die toestemming geven en jongeren die weigeren om gegevens te gebruiken in de landelijke monitor op losse kenmerken, zijn er ook vergelijkingen gedaan op profielen van kenmerken. Hierbij zijn drie profielen onderscheiden op basis van de dynamische, te veranderen factoren, waarbij jongeren die weigeren vaker voorkomen in het minst problematische profiel. Tot slot is middels aanvullend kwalitatief onderzoek gekeken naar beweegredenen voor toestemmen en weigeren. Dit om de toestemmingsverlening onder weigeraars te verbeteren. Hieruit bleek met name dat betere mondelinge/digitale informatievoorziening nodig is over wat er met de gegevens gebeurd. Ook de timing van het vragen van toestemming bleek van belang. Zo lijkt het vragen van toestemming direct bij binnenkomst samen met het vragen van toestemming voor een groot aantal andere dingen wel tot relatief hoge positieve respons te leiden, maar niet tot begrip van waarvoor nu toestemming wordt gevraagd. Kortom, bepaalde subgroepen lijken ondervertegenwoordigd in de dataset van de monitor. Hiermee moet rekening worden gehouden bij de interpretatie van bevindingen op basis van deze dataset. Verschillende adviezen voor het verbeteren van toestemmingsverlening en uniformering van de procedure tussen instellingen worden besproken.

Samenvatting van de aanvraag

De Monitor Jeugdzorgplus is ontwikkeld om de opbrengsten van de zorg in Jeugdzorgplus in kaart te brengen en de kwaliteit te stimuleren. Tot op heden is er echter onvoldoende zicht op de mate van generaliseerbaarheid van de data in de Monitor ten opzichte van de totale populatie in Jeugdzorgplus. Dit komt omdat niet alle jongeren, waarover in het kader van de standaardevaluatie van de zorg gegevens verzameld worden, worden meegenomen in de analyses op landelijk niveau. Een jongere moet immers expliciet toestemming verlenen voor gebruik van de gegevens in de Monitor. Dit betekent dat voor landelijke analyses alleen nog gebruik is gemaakt van gegevens van jongeren die toestemming verlenen, en dat er geen zicht is op de jongeren die geen toestemming hebben verleend. Op basis van eerder onderzoek kan worden aangenomen dat er verschillen zijn tussen jongeren die wel en jongeren die geen toestemming geven. Het doel van het voorgestelde onderzoek is dan ook om de mate van generaliseerbaarheid van de gegevens in de Monitor Jeugdzorgplus ten opzichte van de totale populatie in Jeugdzorgplus te toetsen.

Om de mate van generaliseerbaarheid van de data te bepalen lijkt het vooral van belang te focussen op veelvoorkomende combinaties van bepaalde kenmerken van jongeren, z.g. profielen. Zeker omdat de doelgroep Jeugdzorgplus een heterogene, complexe doelgroep omvat met problemen op meerdere domeinen (individu, gezin, omgeving). Verschillende statische en dynamische risicofactoren spelen een rol, welke elkaar en het behandelverloop beïnvloeden. In behandeling wordt ingezet op de dynamische, te veranderen factoren. Statische factoren kunnen echter een belemmerende invloed hebben. In plaats van te kijken naar de invloed van losse kenmerken, is het bij de bepaling van de generaliseerbaarheid vooral van belang te kijken naar de onderlinge invloed van alle aanwezige statistische en dynamische factoren. In fase 1 van Jeugdzorgplus, de fase waar de Monitor op inzet, wordt vooral ingezet op de factoren behandelmotivatie, gedragsproblematiek en ondersteuning van het gezin. In huidig onderzoek zullen deze dynamische factoren, naast verschillende statische factoren als geslacht, leeftijd, intelligentie, worden meegenomen.

In het voorgestelde onderzoek wordt onderscheid gemaakt tussen ‘startprofielen’, waarbij gekeken wordt naar kenmerken van de jongere en het gezin ten tijde van binnenkomst in Jeugdzorgplus, en ‘ontwikkelprofielen’, waarbij gekeken wordt naar kenmerken van de ontwikkeling tijdens behandeling. Eerdere studies in aanpalende sectoren naar doelgroepen met complexe problematiek laten zien dat deze profielen een voorspellende waarde kunnen hebben voor het verloop en de uitkomsten van behandeling. Dit type onderzoek geeft op gerichte wijze inzicht in behandelverloop, en in te zetten behandeling. Nadat verschillende start- en ontwikkelprofielen zijn onderscheiden, zal worden onderzocht in hoeverre deze profielen gerelateerd zijn aan het wel of niet verlenen van toestemming voor gebruik van de gegevens voor de Monitor Jeugdzorgplus. Tevens zal bekeken worden in hoeverre de profielen gerelateerd zijn aan het trajectverloop van een jongere, waarbij gekeken zal worden naar duur verblijf, hernieuwde plaatsing (terugval) en regulier/niet reguliere beëindiging van fase 1 in het traject. Om de zorg continu te kunnen verbeteren, is het essentieel dat zowel de jongeren die een succesvol, alsmede de jongeren die een minder succesvol traject doorlopen, vertegenwoordigd zijn in de Monitor.

Identificatie van de profielen zal gerealiseerd worden met behulp van latente klasse analyses. Om te toetsen in hoeverre de geïdentificeerde klassen een verschillend verloop laten zien tijdens de behandeling wordt onder andere gebruik gemaakt van GLM repeated measures analyses. Voor het vergelijken van de jongeren die wel en de jongeren die geen toestemming verlenen, zullen t-toetsen voor onafhankelijke waarnemingen worden uitgevoerd, en Pearson’s Chi-Kwadraat-toetsen.

Relevantie van het voorgestelde onderzoek is dat inzicht wordt verkregen in de mate van generaliseerbaarheid van de data in de Monitor. Mochten subgroepen vanwege het niet verlenen van toestemming onvoldoende in de Monitor vertegenwoordigd zijn, zou dat betekenen dat conclusies en aanbevelingen niet automatisch gelden voor deze subgroepen. Dit onderzoek biedt mogelijkheden om de toestemmingsverlening te verhogen door kennis te hebben welke subgroepen meer geneigd zijn geen toestemming te verlenen. Naast de kennis over de generaliseerbaarheid van de data in de Monitor, heeft het identificeren van profielen en trajecten ook een belangrijke functie voor het verdere gebruik van de Monitor. Kennis over kenmerken van (trajecten van) deze jongeren is relevant voor het praktijkveld vanwege de mogelijk signalerende werking, waarmee de kans op terugval en niet-reguliere beëindiging van zorg verkleind kunnen worden. Deze kennis is in de Jeugdzorgplus nog niet voorhanden.

Kenmerken

Projectnummer:
727021001
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2014
2015
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Dr. K. Nijhof
Verantwoordelijke organisatie:
Pluryn RvB