Mobiele menu

De beste start voor de kwetsbare kraamvrouw en haar kind

Projectomschrijving

Vraagstuk

Kwetsbare vrouwen nemen minder kraamzorg af, waardoor de gezondheid van moeder en kind minder bevorderd wordt. De kraamverzorgende heeft een belangrijke rol in het stimuleren van gezond gedrag bij deze moeders, zodat hun baby’s zich optimaal kunnen ontwikkelen. Het is daarbij belangrijk om zorg, advies en ondersteuning op maat te bieden.

Onderzoek

In dit project is onderzocht waarom kwetsbare vrouwen minder kraamzorguren gebruiken en wat hen kan stimuleren om meer kraamzorg af te nemen. Ook is nagegaan wat kraamverzorgenden nodig hebben om deze vrouwen goede zorg te kunnen bieden. Ook werd de relatie tussen het gebruik van kraamzorg en zorggebruik na de bevalling onderzocht.

Uitkomst

De belangrijkste uitkomsten van dit project zijn:

  • Kwetsbare zwangeren hebben behoefte aan betrouwbare en begrijpelijke informatie over zwangerschap, bevalling en kraamtijd;
  • Kraamzorgorganisaties kunnen kwetsbare vrouwen beter informeren door tijdige en beter op deze doelgroep afgestemde informatie over nut en noodzaak van kraamzorg;
  • Kraamverzorgenden hebben behoefte aan scholing over deze doelgroep en denken dat samenwerking en afspraken in het VSV ervoor kunnen zorgen dat kwetsbare vrouwen zich ook vaker aanmelden voor kraamzorg;
  • Minder uren kraamzorg afnemen hing samen met meer zorgkosten in het jaar na de bevalling.

Lees ook

Producten

Titel: Interventie middels eHealth en kraamzorg-op-maat om de zelfredzaamheid van kwetsbare kraamvrouwen te verbeteren: resultaten van een proces evaluatie
Auteur: Lyzette T. Laureij, Jacqueline Lagendijk, Jasper V. Been, Hiske Ernst-Smelt, Arie Franx
Titel: Factsheet Procesevaluatie De Beste Start
Auteur: L. Laureij et al.
Titel: Special "De beste start voor de kwetsbare kraamvrouw en haar kind"
Auteur: H.E. Ernst-Smelt, L.Laureij, J. Lagendijk, H. Torij, M. Wagener en L. Jansma
Magazine: Kraamsupport
Link: https://issuu.com/laurajansma/docs/kckz-special_beste_start
Titel: Inequity in postpartum healthcare provision at home and its association with subsequent healthcare expenditure
Auteur: Jacqueline Lagendijk, Eric A P Steegers, Jasper V Been
Magazine: European Journal of Public Health
Titel: Kraamzorgonderzoek ‘De beste start voor de kwetsbare kraamvrouw en haar kind'
Auteur: M. Wagener, L. Laureij, H. Ernst, H. Torij
Magazine: Kraamsupport
Titel: Zorgverlening aan kwetsbare kraamvrouwen; de visie van kraamverzorgenden
Auteur: Janine Branten
Titel: De beste start voor de kwetsbare kraamvrouw en haar kind
Auteur: L.T. Laureij, arts-onderzoeker en H.E. Ernst-Smelt, projectleider
Titel: Postpartum care uptake among vulnerable women: a qualitative exploration
Auteur: Lyzette T. Laureij, Marije van der Hulst, Jacky Lagendijk, Jasper V. Been, Hiske E. Ernst-Smelt, A.F. Franx, Marjolein Lugtenberg

Verslagen


Eindverslag

Het onderzoek 'De beste zorg voor de kwetsbare kraamvrouw en haar kind' is op 1 februari 2017 van start gegaan. Er is een onderzoeksteam samengesteld, bestaande uit twee arts-onderzoekers, projectleider en wetenschappelijk begeleiders vanuit het Erasmus MC en HogeSchool Rotterdam. Het onderzoek bestaat uit verschillende onderdelen: 1. Onderzoek naar de relatie tussen het gebruik van kraamzorg en ongepland zorggebruik postpartum; 2. Onderzoek naar bevorderende en belemmerende factoren om wel/niet kraamzorg af te nemen; 3. Onderzoek naar effectieve vroegtijdige signalering en zorg-op-maat aan kwetsbare zwangeren; 4. Onderzoek naar kennis en vaardigheden van kraamverzorgenden t.a.v. kwetsbare kraamvrouwen. In 2017 is het onderzoek naar de relatie tussen het gebruik van kraamzorg en ongepland zorggebruik postpartum uitgevoerd. Dit heeft geresulteerd in een artikel dat momenteel voor publicatie wordt aangeboden aan een (buitenlands) wetenschappelijk tijdschrift. Na publicatie zal ook gekeken worden hoe deze resultaten in het Nederlands gepubliceerd en/of gedeeld kunnen worden. In 2017 vonden tevens de voorbereidingen plaats voor het kwalitatief onderzoek (2) en het vragenlijstonderzoek (4). Voor beiden is een toetsing voor WMO-plichtigheid ingediend bij de METC-Commissie van het Erasmus MC. De onderzoeken zijn niet WMO-plichtig. Na goedkeuring zijn het kwalitatief onderzoek en het vragenlijstonderzoek gestart. De tussentijdse resultaten tot nu toe zijn onder ‘resultaten’ beschreven.

Samenvatting van de aanvraag

Er is een groot verschil in kraamzorgafname tussen vrouwen. Kwetsbare kraamvrouwen nemen minder kraamzorg af, waardoor het gezond gedrag en de gezondheid van moeder en kind minder bevorderd kunnen worden. De kraamzorg is onvoldoende afgestemd op wat nodig en gewenst is en is onvoldoende gedefinieerd in specifieke zorgpaden; kraamverzorgenden hebben niet altijd voldoende kennis en tijd om de juiste zorg te bieden. De effectiviteit van kraamzorg, wat levert kraamzorg op, als ook de motivaties van zwangere vrouwen om geen of minder kraamzorg af te nemen zijn nog niet onderzocht. Inzicht hierin zou kunnen bijdragen aan het ontwikkelen van een beter op de doelgroep afgestemde zorg en een toename van het gebruik van kraamzorg door kraamvrouwen die dit nodig hebben. De Minister van VWS heeft in 2015 aangegeven dat zij vindt dat het huidige indicatieprotocol dat de aard en omvang van de kraamzorg bepaalt, te weinig flexibel is en te weinig bijdraagt aan zorg op maat. Kraamzorg moet dus op effectieve wijze gegeven worden op de juiste plaats, door de juiste zorgverlener, met de juiste inhoud en de juiste omvang. Om dit te kunnen bereiken worden drie parallelle deelonderzoeken uitgevoerd met als beoogd resultaat: 1. beter inzicht in de relatie tussen het gebruik van de kraamzorg en ongepland zorggebruik postpartum; 2. inzicht in de bevorderende en belemmerende factoren om wel (en in welke mate) of niet kraamzorg af te nemen en 3. onderzoek naar effectiviteit van vroegtijdige signalering en kraamzorg-op-maat aan kwetsbare zwangeren, evaluatieonderzoek naar kennis, vaardigheden en attitude van kraamverzorgenden en het scholen van gespecialiseerde kraamverzorgenden. Interventie De eerste twee onderzoeken zijn kwantitatief resp. kwalitatief van aard. Het derde onderzoek is een interventiestudie. Tijdens dit implementatie-onderzoek wordt een vroegtijdig geïntegreerd huisbezoek en kraamzorg-op-maat ontwikkeld met behulp van mHealth ondersteuning voor kwetsbare kraamvrouwen en kraamverzorgenden. Er is aandacht voor het bereik van kraamzorg, nl. door het actief toeleiden van kwetsbare zwangeren naar kraamzorg, zodat het zorggebruik onder deze groep wordt verbeterd en de continuering van zorg door een optimale afstemming en overdracht. Zowel de kraamverzorgende als de kraamvrouw worden adequaat toegerust met kennis, vaardigheden en (digitale) tools. Het digitale platform coacht de zwangere vrouw en de kraamvrouw bij voedings- en leefstijlgewoonten, adviezen t.a.v. roken, alcohol, gezonde voedingsgewoonten van hun kind, borst- en flesvoeding en medicatie. De onderzoekspopulatie bestaat uit zwangere vrouwen, die gescreend en begeleid worden door de deelnemende verloskundig zorgverleners in de gemeenten Rotterdam, Capelle a/d IJssel, Roosendaal, Bergen op Zoom, Dordrecht, Schiedam & Vlaardingen. Kraamzorgorganisaties, VSV’s en/of Verloskundige Kringen in deze regio’s werken hiervoor samen in de dit onderzoek. De primaire uitkomstmaat van de interventiestudie is de zelfredzaamheid van de moeder, gemeten aan het einde van het kraambed via de Maternal Empowerment Questionnaire. De secundaire uitkomstmaten zijn het aantal kwetsbare zwangeren dat kraamzorg afneemt, de (totale zorgkosten van) het (on)gepland zorggebruik door moeder en/of kind in eerste halfjaar na bevalling, rookgedrag van de ouders, gezonde eetgewoontes en leefstijl, maternale stress, slagingspercentage borstvoeding, hechting moeder & kind en Health Literacy. Scholing Onderdeel van de interventie en voorwaarde voor implementatie is dat zorgconsulenten/intakemedewerkers en kraamverzorgenden die werken in het onderzoeksgebied worden geschoold. Allereerst zal middels een survey worden onderzocht welke kennis, vaardigheden en attitude kraamverzorgenden hebben ten aanzien van kwetsbare zwangeren problematiek aan het begin van het project en welke kennis en vaardigheden zij nog nodig hebben om deze groep zwangeren beter te bereiken en om hen optimale zorg te kunnen bieden. Deze meting wordt aan het eind van de interventieperiode herhaald om na te gaan welk effect het project heeft gehad op kennis, vaardigheden en attitude van kraamverzorgenden. Samenwerking Het Erasmus MC en Hogeschool Rotterdam zijn verantwoordelijk voor de aanvraag en uitvoering van dit onderzoeksvoorstel. Om de onderzoeken uit te voeren wordt samengewerkt met verschillende zorgverleners uit het Regionaal Consortium Zwangerschap & Geboorte Zuidwest Nederland. Zorgverzekeraar Zilveren Kruis ondersteunt het plan. Cliëntenparticipatie wordt gerealiseerd door: a. actieve betrokkenheid van het Cliëntpanel van het Regionaal Consortium, b. zwangere vrouwen die géén kraamzorg willen alsook zwangere vrouwen die wél kiezen voor kraamzorg te interviewen als onderdeel van een van de deelonderzoeken en c. het organiseren van een focusgroep met het Cliëntpanel waarbij specifiek wordt gevraagd naar verwachtingen van het kraambed en specifiek van de ondersteuning door de kraamverzorgende.

Kenmerken

Projectnummer:
209070002
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2016
2020
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Drs. H.E. Ernst-Smelt
Verantwoordelijke organisatie:
Erasmus MC