Mobiele menu

Moeders informeren moeders - Handleidingen en training

Projectomschrijving

Moeders Informeren Moeders (MIM) is een laagdrempelig programma voor opvoedingsondersteuning en gezondheidsvoorlichting. Een steuntje in de rug voor moeders met een eerste kind: de MIM-moeders. MIM wil het zelfvertrouwen, de zelfredzaamheid en het zelfzorgvermogen van de MIM-moeders vergroten en hun sociale netwerk versterken. Ervaren moeders (vrijwilligsters) gaan maandelijks op bezoek bij de MIM-moeders en praten met hen over de opvoeding en verzorging tot het kind 18 maanden oud is. Steeds meer allochtone moeders maken gebruik van MIM. Ook komen er meer allochtone vrijwilligsters. Er is meer samenwerking met andere programma’s en een bredere inzet van vrijwilligsters. Deze handleiding komt beschikbaar voor aanverwante programma’s rond vrijwillige inzet bij opvoed- en opgroeiondersteuning. Er komt ook een aanvullende training voor de MIM-coördinatoren om de vrijwilligsters beter te werven, trainen en begeleiden. Deze wordt in een pilot uitgevoerd en ook beschreven in een handleiding. Daarbij gaat het om drie specifieke doelgroepen: werken met allochtone doelgroepen, werken met tienermoeders, en werken met gezinnen met meervoudige psychosociale problemen.

Producten

Titel: Opvoedingsondersteuning aan gezinnen met jonge kinderen door vrijwilligsters
Auteur: M. de Baat, K. Kooijman
Titel: Moeders Informeren Moeders; Themabijeenkomsten voor vrijwilligsters
Auteur: M. de Baat, K. Kooijman

Verslagen


Eindverslag

Moeders Informeren Moeders (MIM) is een programma voor laagdrempelige voorlichting en opvoedingsondersteuning voor moeders met een eerste kind tussen 0 en 18 maanden. Vrijwilligsters, zelf ervaren moeders, brengen huisbezoeken en ondernemen gezamenlijke activiteiten met de moeders. Doel is het bevorderen van zelfvertrouwen en zelfredzaamheid en het versterken van het sociale netwerk van moeders.
In 2011 werd MIM in Nederland uitgevoerd in 17 locaties, vanuit 9 lokale/regionale organisaties (met name jeugdgezondheidszorg), door 18 MIM-coördinatoren die 405 vrijwilligsters begeleiden. MIM heeft de in de Databank Effectieve Jeugdinterventies de kwaliteitsstatus van een theoretisch goed onderbouwd programma gekregen.

De doelstelling van het onderhavige project was het versterken van de kwaliteit van het programma Moeders Informeren Moeders (MIM) en het delen met aanverwante programma’s van de kennis en ervaring die de afgelopen jaren binnen MIM is opgebouwd. Hiertoe zijn twee activiteiten uitgevoerd:
1) Het maken en verspreiden van een handleiding met succesvolle werkwijzen die de laatste jaren binnen MIM zijn ontwikkeld. Dit heeft geresulteerd in een brochure 'Opvoedingsondersteuning aan gezinnen met jonge kinderen door vrijwilligsters; Succesvolle werkwijzen binnen Moeders Informeren Moeders'. Onderwerpen zijn onder meer: hoe kan een vrijwilligersprogramma de eigen kracht van moeders aanboren en versterken, hoe kan dit programma moeders met een andere etnische achtergrond bereiken en hoe kan hiermee het sociaal netwerk van gezinnen worden vergroot. Met voorbeelden uit de praktijk wordt geïllustreerd hoe de de MIM-aanpak werkt en wat het oplevert.
2) Het maken en verspreiden van een handleiding met themabijeenkomsten voor vrijwilligers, om hen te ondersteunen bij het werken met specifieke doelgroepen. De handleiding 'Themabijeenkomsten voor vrijwilligsters' is geschikt voor zowel MIM-coördinatoren als trainers/begeleiders van aanverwante programma’s. De beschreven bijeenkomsten zijn gericht op drie thema’s: ‘normen en waarden in het opvoeden’, ’jong en moeder’ en ‘signaleren van problemen in een gezin’. In de handleiding is te vinden hoe je een themabijeenkomst opzet, didactische aanwijzingen evenals instructies en tips bij het gebruik van de handleiding.

Beide publicaties zijn tot stand gekomen door (via groeps- en individuele interviews) gebruik te maken van de kennis en ervaring van MIM-coördinatoren, MIM-vrijwilligers en MIM-moeders. Daarnaast is voor het overdraagbaar maken van de beschrijving van de succesvolle werkwijzen ook feedback georganiseerd vanuit aanverwante programma's, zoals Home-Start, de Family Factory, Ouders in Actie en Stichting Present/Gezin in de Buurt.

Beide publicaties zijn in ruime mate door persberichten en een uitgebreide mailing onder de aandacht gebracht van en verspreid naar tal van belanghebbenden, zoals JGZ-organisaties, vrijwilligersorganisaties, gemeenten, CJG's, CMO's, en branche- en beroepsorganisaties.

Moeders informeren moeders is een programma voor laagdrempelige voorlichting en opvoedingsondersteuning voor moeders met een eerste kind tussen 0 en 18 maanden. De bedoeling is het zelfvertrouwen, de zelfredzaamheid en het zelfzorgvermogen van de moeders te vergroten en hun sociale netwerk versterken. Vrijwilligsters zetten zich, ondersteund vanuit met name de jeugdgezondheidszorg, in als bezoekmoeders en helpen daarmee andere moeders in de eigen buurt met diverse opvoedingsvragen en met het versterken van hun sociale netwerk, waardoor de moeders minder afhankelijk worden van professionele instanties.
In 2010 werd MIM in 19 locaties in Nederland uitgevoerd, vanuit lokale/regionale organisaties (met name jeugdgezondheidszorg), begeleid door 18 MIM-coördinatoren, waarbij met de inzet van 406 vrijwilligsters in totaal 844 moeders aan het programma deelnamen.
Door de werkwijze met vrijwilligers en door het gebruik van informele social support past MIM uitstekend in de doelstelling van het ZonMw programma Vrijwillige inzet voor en door jeugd en gezin. Ook past MIM hiermee heel goed in het concept van een pedagogisch civil society en pedagogische burgergemeenschap.
De vrijwilligsters worden begeleid vanuit de jeugdgezondheidszorg, het Centrum voor Jeugd en Gezin en/of Humanitas, waardoor MIM goed is ingebed in bestaande structuren en andere programma’s voor lokale opvoedingsondersteuning en vrijwillige inzet. MIM wordt in de Databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut beoordeeld als een theoretisch goed onderbouwd programma.

Om de uitvoering van het programma te versterken worden in dit project de volgende activiteiten uitgevoerd:
1. Actualiseren van de huidige methodiekhandleiding voor MIM-coördinatoren en daarbij beschrijven van succesvolle werkwijzen in de huidige uitvoeringspraktijk van MIM. Hierbij gaat het o.a. om het goede bereik van allochtone moeders en vrijwilligers, het met ‘aanbod op maat’ inspelen op de behoeften van de doelgroep en het (samen)werken met andere methodieken of programma’s. Deze activiteit resulteert in een aparte aanvulling op c.q. update van de huidige handleiding voor de MIM-coördinatoren, die ook als losse publicatie beschikbaar zal worden gesteld naar ‘aanverwante’ programma’s voor vrijwillige inzet bij opvoed- en opgroeiondersteuning.
2. Ontwikkeling, pilotuitvoering en beschrijving van een aanvullende training voor de MIM-coördinatoren om de vrijwilligers beter te werven, trainen en begeleiden. Hierbij denken we aan drie specifieke thema’s/doelgroepen: werken met allochtone doelgroepen, werken met tienermoeders, en werken met gezinnen met meervoudige psychosociale problemen.
Zowel de handleiding actuele methodiek/succesvolle werkwijzen als de handleiding met trainingsmodules zijn niet alleen bedoeld voor een betere onderbouwing en uitvoering van MIM, maar zullen ook beschikbaar worden gesteld voor landelijke verspreiding naar andere organisaties die vrijwilligers ondersteunen. Hiermee kunnen de resultaten van dit project een meerwaarde krijgen voor de toerusting van coördinatoren/begeleiders, vrijwilligers en moeders/cliënten van andere programma’s.

Samenvatting van de aanvraag

Moeders informeren moeders is een programma voor laagdrempelige voorlichting en opvoedingsondersteuning voor moeders met een eerste kind tussen 0 en 18 maanden. De bedoeling is het zelfvertrouwen, de zelfredzaamheid en het zelfzorgvermogen van de moeders te vergroten en hun sociale netwerk versterken. Vrijwilligsters zetten zich, ondersteund vanuit met name de jeugdgezondheidszorg, in als bezoekmoeders en helpen daarmee andere moeders in de eigen buurt met diverse opvoedingsvragen en met het versterken van hun sociale netwerk, waardoor de moeders minder afhankelijk worden van professionele instanties. In 2009 werd MIM in 19 locaties in Nederland uitgevoerd, vanuit 10 lokale/regionale organisaties (met name jeugdgezondheidszorg), begeleid door 18 MIM-coördinatoren, waarbij met de inzet van 413 vrijwilligsters in totaal 846 moeders aan het programma deelnamen. Door de werkwijze met vrijwilligers en door het gebruik van informele social support past MIM uitstekend in de doelstelling van het ZonMw programma Vrijwillige inzet voor en door jeugd en gezin. Ook past MIM hiermee heel goed in het concept van een pedagogisch civil society en pedagogische burgergemeenschap, zoals bepleit door de RMO/RVZ (2009). De vrijwilligsters worden begeleid vanuit de jeugdgezondheidszorg, het Centrum voor Jeugd en Gezin en/of Humanitas, waardoor MIM goed is ingebed in bestaande structuren en andere programma’s voor lokale opvoedingsondersteuning en vrijwillige inzet. MIM wordt in de Databank Effectieve Jeugdinterventies beoordeeld als een theoretisch goed onderbouwd programma. Om de uitvoering van het programma te versterken stelt het Samenwerkingsverband MIM de volgende activiteiten voor: 1. Actualiseren van de huidige methodiekhandleiding voor MIM-coördinatoren en daarbij beschrijven van succesvolle werkwijzen in de huidige uitvoeringspraktijk van MIM. Hierbij gaat het o.a. om het goede bereik van allochtone moeders en vrijwilligers, het met ‘aanbod op maat’ inspelen op de behoeften van de doelgroep en het (samen)werken met andere methodieken of programma’s. Deze activiteit resulteert in een aparte aanvulling op c.q. update van de huidige handleiding voor de MIM-coördinatoren, die ook als losse publicatie beschikbaar zal worden gesteld naar ‘aanverwante’ programma’s voor vrijwillige inzet bij opvoed- en opgroeiondersteuning. 2. Ontwikkeling, pilotuitvoering en beschrijving van een aanvullende training voor de MIM-coördinatoren om de vrijwilligers beter te werven, trainen en begeleiden. Hierbij denken we aan drie specifieke thema’s/doelgroepen: werken met allochtone doelgroepen, werken met tienermoeders, en werken met gezinnen met meervoudige psychosociale problemen. Zowel de handleiding actuele methodiek/succesvolle werkwijzen als de handleiding met trainingsmodules zijn niet alleen bedoeld voor een betere onderbouwing en uitvoering van MIM, maar zullen ook beschikbaar worden gesteld voor landelijke verspreiding naar andere organisaties die vrijwilligers ondersteunen, zoals het programma Home-Start, maar ook welzijns- en vrijwilligersorganisaties die onderlinge en informele ondersteuning rond opvoeden en opgroeien (bijv. in huiskamerbijeenkomsten) organiseren. Daarnaast kan ook gedacht worden aan de Stapprogramma’s (Instapje, Opstapje en Opstap), waar paraprofessionals huisbezoeken afleggen bij gezinnen, gericht op ontwikkelingsstimulering en opvoedingsondersteuning. Hiermee kunnen de resultaten van dit project dus een meerwaarde krijgen voor de toerusting van coördinatoren/begeleiders, vrijwilligers en moeders/cliënten van andere programma’s.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
410322005
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2011
2012
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Drs. K. Kooijman
Verantwoordelijke organisatie:
Nederlands Jeugdinstituut