Jongeren met een beperking gaan samen met jongeren zonder beperking als vrijwilliger aan de slag voor bijvoorbeeld een sportclub, de plaatselijke scouting of een theater. Eerst krijgen de deelnemers een training van zeven bijeenkomsten, waarin zij vaardigheden leren zoals presenteren, omgaan met tegenslagen, plannen, samenwerken en overleggen. Na de training kiezen de jongeren waar ze aan de slag gaan als professional assistent (PA).
Jongeren met een beperking doen tijdens de training nuttige kennis en vaardigheden op. Tijdens het vrijwilligerswerk ontdekken ze hoe het is om iets goeds te doen voor de maatschappij. Én ze leren waar ze goed in zijn. Ze breiden hun sociale netwerk uit en krijgen meer contacten met jongeren zonder beperking. De jongeren krijgen een vergoeding en na afloop een certificaat. Het traject vormt een goede basis voor een vervolgopleiding of werk.
De deelnemende organisaties leren hoe zij jongeren met een beperking kunnen begeleiden. Hoe zij belemmeringen kunnen wegnemen en hoe zij deze jongeren beter betrekken bij hun aanbod. Ook wordt het netwerk van de organisatie groter en meer divers. Doordat jongeren zonder beperking meer contacten krijgen met andere jongeren, ontstaat meer onderling begrip.
Jongeren van 14 tot 25 jaar met een visuele, auditieve, motorische of verstandelijke beperking, chronische aandoening en/of gedragsproblematiek.
Landelijk