Mobiele menu

Shortcomings in guidelines: parameters for initiating anti-TNF in inflammatory bowel disease patients: the development of an anti-TNF decision model.

Projectomschrijving

Het gebruik van zogenoemde anti-TNF medicijnen is een van de belangrijke pilaren binnen de behandeling van inflammatoire darmziekten (de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa). Het is van belang om deze middelen op het juiste moment in te zetten in de behandeling van patiënten. Te vroeg inzetten leidt tot onnodige blootstelling aan zware medicatie, te laat inzetten kan betekenen dat de medicatie minder effectief is.

Resultaten
Binnen dit onderzoek is gekeken naar de knelpunten bij het inzetten van deze middelen in de praktijk. Na het vaststellen van de knelpunten is een beslismodel gemaakt, waardoor de timing van het inzetten van deze middelen wordt vergemakkelijkt. In de nabije toekomst wordt het beslismodel geïntroduceerd door middel van een app voor artsen, waarbij niet alleen rekening wordt gehouden met anti-TNF middelen, maar ook met nieuwe medicijnen die recent beschikbaar zijn geworden (vedolizumab), of die op korte termijn zullen worden (ustekinumab).

Verslagen


Eindverslag

Anti-TNF is een effectief medicijn voor de behandeling van patiënten met een inflammatoire darmziekte (de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa). Om de kwaliteit van leven te verbeteren, maar ook om uitbreiding van de ziekte te voorkomen, is het belangrijk om patiënten op tijd en adequaat te behandelen. Met dit onderzoek hebben we vastgesteld welke knelpunten er bestaan bij het voorschrijven van anti-TNF, wat prognostische factoren zijn voor het ontwikkelen van complicaties ten gevolge van de IBD en we doen op basis van dit onderzoek een voorstel wanneer anti-TNF te starten.

Aanleiding
Anti-TNF is een effectief medicijn voor de behandeling van patienten met een inflammatoire darmziekte (de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa). Om de kwaliteit van leven te verbeteren, maar ook om uitbreiding van de ziekte te voorkomen, is het belangrijk om patiënten op tijd adequaat te behandelen. In de huidige richtlijnen voor de behandeling van inflammatoire darmziekten wordt wel aangegeven welke stappen in de medicamenteuze behandeling bestaan, maar het is onduidelijk wanneer een bepaalde stap dient te worden overwogen.

Doel
Met dit onderzoek willen we vaststellen welke knelpunten er bestaan bij het voorschrijven van anti-TNF en doen we onderzoek naar de optimale timing om anti-TNF te starten.

Resultaten
Uiteindelijk zal dit leiden tot een besluitmodel die zal aangeven of en wanneer bij een bepaald patiëntprofiel het inzetten van anti-TNF therapie aan te bevelen is.

De huidige stand van zaken
-de inventarisatie van de huidige richtlijnen compleet.
-de inventarisatie onder Nederlandse maag-darm-lever artsen vindt op dit moment plaats.
-meerdere parameters voor het maken van de richtlijn en het beslismodel worden op dit moment onderzocht.

Samenvatting van de aanvraag

Ulcerative colitis (UC) and Crohn’s disease (CD) are chronic relapsing and remitting disorders of the gastrointestinal (GI) tract. During relapses or flares of disease, pharmacological or surgical intervention is often needed to re-establish remission. Optimizing outcomes in UC and CD requires rapid control of inflammation. Conventional therapy is not always fully effective in moderate-to-severe UC or CD, and therapy is often continued for a long periods of time without structured reassessment to ensure that therapeutic goals are achieved. Consequently, many patients are under-treated and have continous diesease activity. A strategy that includes restricting overall exposure to corticosteroids and encouraging earlier use of immunosuppressive agents and anti-TNF therapies like infliximab or adalimumab in steroid-dependent and steroid-refractory patients might avoid complications and improve Quality of Life (QoL). In CD and UC, the goal of biological therapy and more importantly the appropriate timing of therapy, is to aim for remission and normalization of QoL. Importantly, the perception of improved or normalized QoL may be patient specific and patients should be managed and monitored based on the patient and physician conclusion that their therapeutic goals have been met whether that includes symptomatic response, remission or mucosal healing. In 2005, 0.2% of the total health-care budget of The Netherlands was spent on patients with inflammatory bowel diseases (IBD), serving only 0,005 % of the total population of The Netherlands and this buget is still rising. This figure is similar in other developed countries. It is important to know whether strategies to reduce the burden of IBD are effective and cost-effective because its incidence is rising the last decades. Furthermore the discovery of anti-tumor necrosis factor (anti-TNF) for the treatment of IBD led to a new area in the treatment of IBD but also increased costs. A number of clinical guidelines on IBD have been developed to enhance timely diagnosis and adequate treatment. Although indications and goals of treatment exist, optimal treatment outcomes are not often well defined and the duration of treatment is not addressed. Subsequently, patients with IBD are treated according to the personal guidelines of the treating physician and therefore variation in the treatment of IBD between practices is high. Therefore many patients with UC or CD may not receive effective therapy and their disease remains moderately active, leading to uncontrolled inflammation and potentially the development of complications because of either the underlying disease or steroid dependency. Setting specific time limits for evaluation of the success of therapy may lead to improved patient outcomes and reduced side effects. We propose to: 1. identify and prioritise key areas of clinical uncertainty regarding initiation of anti-TNF IBD patients. 2.undertake a systematic review of relevant literature and randomized controlled trials. 3. investigate retrospectively the appropriateness of starting anti-TNF and the paramaters used for the initation of anti-TNF in patients that were diagnosed in 2006 with a follow-up of 4 years in 8 general hospitals in the South-West of the Netherlands. 5. construct a decision analytical model for initiation anti-TNF.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
836011001
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2013
2015
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. C.J. van der Woude
Verantwoordelijke organisatie:
Erasmus MC