Mobiele menu

Cost-effectiveness of a diagnostic strategy aimed at discriminating organic from functional disease in primary care patients with persistent lower gastro-intestinal complaints

Projectomschrijving

De huisarts ziet veel patienten met darmklachten. Slecht 7% van hen heeft een ernstige, ‘organische’ darmziekte (ODZ), veroorzaakt door een ontsteking of kanker. De rest heeft prikkelbare darm syndroom (PDS). ODZ en PDS hebben een totaal verschillende behandeling. Het onderscheid blijkt moeilijk, 20% van de patienten met darmklachten wordt door de huisarts verwezen voor een kijkonderzoek van de darm (coloscopie). Slechts bij 30% wordt bij dit vervelende en dure onderzoek ODZ gevonden. In dit onderzoek wordt nagegaan welke klachten en kenmerken van de patiënt de huisarts kunnen helpen om beter onderscheid tussen ODZ en PDS te maken.
Van 1000 patienten met darmklachten die door de huisarts zijn verwezen voor coloscopie worden alle klachten, gegevens van lichamelijk en aanvullende bloedonderzoek verzameld. Gekeken wordt welke combinatie het beste de uitslag van de coloscopie voorspelt (“diagnostische regel;”)
Op die manier ontstaat een betere indicatiestelling voor coloscopie en kunnen kosten bespaard worden.

Producten

Titel: Application of the Rome III criteria is not likely to reduce the number of unnecessary referrals for colonoscopy in primary care.
Auteur: Kok, Liselotte; Elias, Sjoerd G.; Witteman, Ben J.M.; Goedhard, Jelle G.; Romberg-Camps, Marielle J.L.; Muris, Jean W.M.; Moons, Karel G.M.; de Wit, Niek J.
Magazine: European Journal of Gastroenterology and Hepatology
Titel: DIAGNOSTIC MODELS FOR RULING OUT COLORECTAL CANCER IN PRIMARY CARE PATIENTS WITH LOWER GASTROINTESTINAL SYMPTOMS, A VALIDATION STUDY
Auteur: L. Kok, S.G. Elias, B.J. Witteman, J.G. Goedhard, M.J. Romberg-Camps,J.W. Muris, K.G. Moons, N.J. De Wit.
Magazine: Gut
Titel: Evaluation of novel fecal point-of-care calprotectin and occult blood tests in differentiating organic and functional bowel disease in primary care.
Titel: Diagnostic Accuracy of Point-of-Care Fecal Calprotectin and Immunochemical Occult Blood Tests for Diagnosis of Organic Bowel Disease in Primary Care: The Cost-Effectiveness of a Decision Rule for Abdominal Complaints in Primary Care (CEDAR) Study
Auteur: Liselotte Kok, Sjoerd G. Elias, Ben J.M. Witteman, Jelle G. Goedhard, Jean W.M. Muris, Karel G.M. Moons, and Niek J. de Wit
Magazine: Clinical Chemistry
Titel: DIAGNOSING PRIMARY CARE PATIENTS WITH LOWER GASTROINTESTINAL SYMPTOMS WITHOUT ENDOSCOPY; THE VALUE OF ROME III CRITERIA?
Auteur: L. Kok, S.G. Elias, B.J. Witteman, J.G. Goedhard, M.J. Romberg-Camps, J.W. Muris, K.G. Moons, N.J. De Wit.
Magazine: Gut

Verslagen


Eindverslag

De CEDAR studie richtte zich op patiënten met onderbuiksklachten langer dan 2 weken die door de huisarts verwezen worden voor colonoscopie. Bij deze patienten wordt momenteel bij 20% een organische darmziekte (ODZ) vastgeteld, zoals IBD of kanker. Centrale vraag in deze diagnostische studie was of door toepassing van betere diagnostiek het aantal verwijzingen voor coloscopie op een veilige manier beperkt zou kunnen worden. Dat is van belang i.v.m. de hoge kosten van onderzoek en de belasting voor de patient.
De resultaten van de CEDAR studie laten zien dat de Rome lll criteria voor IBS impliciet al worden gebruikt door huisartsen, en strictere toepassing weinig zal bijdragen aan vermindering van het aantal onnodige colonoscopieën. Diagnostische parameters uit anamnese en lichamelijk onderzoek kunnen al in hoge mate differentiëren tussen ODZ en functionele darmziekten (AUC 0.74). Uitvoering van de iFOBT en calprotectine ontlastingstest in de huisartspraktijk maakt dat de huisarts dat onderscheid nog beter kan maken ( AUC van het volledige model is 0.84).
Implementatie van dit diagnostisch model uit de CEDAR studie in de eerstelijns praktijk zou op een veilige manier het aantal coloscopien in Nederland met tenminste 7% per jaar kunnen reduceren.

Klachten van de onderste tractus digestivus worden frequent aan de huisarts gepresenteerd. Naar schatting heeft 7% van deze patienten een organische darmziekte (ODZ), zoals de ziekte van Crohn, Colitis Ulcerosa, diverticulitis of darmkanker. Bij de meeste patienten is er sprake van een functionele darmziekte. Adequaat onderscheid is belangrijk omdat zowel onnodig uitgevoerd endoscopisch onderzoek als ten onrechte niet uitgevoerde diagnostiek tot onnodige ziektelast en kosten leiden. Op dit moment wordt naar schatting 20% van de patienten met langdurige darmklachten door de huisarts verwezen voor endoscopie, maar slechts bij een derde van deze patiënten blijkt sprake van ODZ. Het diagnostisch proces in de eerste lijn, en met name de selectie voor endoscopie, dient daarom verbeterd te worden. Klachten en bevindingen bij lichamelijk onderzoek alleen zijn onvoldoende onderscheidend. Recent ontwikkelde biomarkers van ontstekingsproducten in de feces zouden een belangrijke bijdrage aan het diagnostisch proces in de huisartspraktijk kunnen leveren, zeker bij uitvoering middels een sneltest in de huisartspraktijk. In deze diagnostische cohort studie zal de meest kosten-effectieve diagnostische strategie worden bepaald om onder patiënten met persisterende dikke darmklachten in de eerste lijn, aan de hand van klachten, symptomen, biochemische bepalingen, een immunochemische feces occult bloed test en een fecale calprotectine test, diegenen met ODZ te identificeren.

Samenvatting van de aanvraag

Lower gastro-intestinal (GI) tract complaints are frequently presented in primary care. About 7% of these patients has organic bowel disease (OBD), such as Inflammatory Bowel Disease or Colorectal Cancer. Most have functional disease (FBD), such as Irritable Bowel Syndrome. Adequate discrimination is important, as both unnecessary endoscopy as well as delayed detection of OBD is burdening and costly. Presently up to 20% of patients with persisting GI complaints is referred for endoscopy, but only in one-third OBD is found. The diagnostic process in primary care needs improvement. Symptoms alone cannot identify OBD accurately, but new point-of-care faecal biomarker tests for inflammation are promising. This study aims to identify the most cost-effective diagnostic strategy to estimate the absence or presence of OBD in patients with lower intestinal complaints, combining history, physical examination, blood tests and a faecal calprotectine test. This diagnostic cohort study in primary care includes all patients with lower GI tract complaints longer than 2 weeks, in whom referral for endoscopy is indicated because of increased risk of OBD. All patients undergo history taking and physical examination. In addition biochemical parameters (ESR, CRP, Hb, leucocytes and antigliadine antibodies) and a point-of-care calprotectine test are determined. Patients will be referred for endoscopy and followed for 3 months. The primary outcome is the presence of OBD at endoscopy. The diagnostic accuracy of symptoms and signs and the added value of the different tests – notably the calprotectine test- for OBD are quantified. The most cost-effective strategy to discriminate the patients at high risk (requiring a fast track diagnostic workup) from those at low risk (not requiring endoscopy) will be identified. Participation of 110 practices is required to include 990 patients referred for lower intestinal endoscopy, of whom 300 patients will have OBD.The project will require 36 months (3 months for preparation and recruitment of practices, 30 months for inclusion and follow-up and 3 months for data-analysis and reporting results). Klachten van de onderste tractus digestivus worden frequent aan de huisarts gepresenteerd. Naar schatting heeft 7% van deze patienten een organische darmziekte (ODZ), zoals de ziekte van Crohn, Colitis Ulcerosa, diverticulitis of darmkanker. Bij de meeste patienten is er sprake van functionele darm ziekte. Adequaat onderscheid is belangrijk omdat zowel onnodig uitgevoerd endoscopisch onderzoek als ten onrechte niet uitgevoerde diagnostiek tot onnodige ziektelast en kosten leiden. Op dit moment wordt naar schatting 20% van de patienten met langdurige darmklachten door de huisarts verwezen voor endoscopie, maar slechts bij een derde van deze patiënten blijkt sprake van ODZ. Het diagnostisch proces in de eerste lijn, en met name de selectie voor endoscopie, dient daarom verbeterd te worden.. Klachten en bevindingen bij lichamelijk onderzoek alleen zijn onvoldoende onderscheidend. Recent ontwikkelde biomarkers van ontstekingsproducten in de feces zouden een belangrijke bijdrage aan het diagnostisch proces in de huisartspraktijk kunnen leveren, zeker bij uitvoering middels een sneltest.in de praktijk. In deze diagnostische cohort studie zal de meest kosten effectieve diagnostische strategie worden bepaald om onder patienten met persisterende dikke darmklachten in de eerste lijn, aan de hand van klachten symptomen, biochemische bepalingen en fecale calprotectine test, diegenen met ODZ te identificeren. . Patienten met langer dan 2 weken bestaande dikke darmklachten, bij wie de huisarts i.v.m. een verhoogd risico op ODZ endoscopie noodzakelijk acht, zullen worden ingesloten. Bij alle patienten zal naast anamnese en lichamelijk onderzoek biochemisch onderzoek (BSE, CRP,leukocyten, Hb en gliadine test) en een calprotectine sneltest in de feces plaatsvinden. Patienten worden verwezen voor endoscopisch onderzoek en vervolgens 3 maanden vervolgd. De primaire uitkomst van het onderzoek is de aanwezigheid van organische darmziekte bij endoscopie. De predictieve waarde van klachten en symptomen, alsmede de toegevoegde waarde van biochemisch en calprotectine onderzoek, voor het opsporen van ODZ zal worden vastgesteld. Tevens zal de meest kosteneffectieve diagnostische strategie voor het onderscheid tussen hoog risico patienten(die in de toekomst snel voor endoscopisch onderzoek in aanmerking moeten komen) en laag risico patienten (bij wie endoscopie niet nodig is) worden bepaald. Om de benodigde 990 patienten te includeren (waarvan naar verwachting 300 patienten ODZ zullen hebben) is deelname van 110 huisartspraktijken in noodzakelijk Het onderzoek zal 36 maanden duren (3 maanden voorbereiding, 30 maanden inclusie, 3 maanden analyse en rapportage)

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
170992101
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2009
2012
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. N.J. de Wit
Verantwoordelijke organisatie:
Universitair Medisch Centrum Utrecht