Samenwerkingsrichtlijn Lijkschouw
Projectomschrijving
De richtlijn Lijkschouw geeft aanwijzingen voor het handelen van artsen als er iemand overleden is. Het gaat met name om de aard van het overlijden.
Doel
De richtlijn moet de kwaliteit van de lijkschouw op een hoger plan brengen. Behandelend artsen lijken soms ten onrechte verklaringen van (natuurlijk) overlijden af te geven. De richtlijn geeft aan welke artsen de lijkschouw mogen verrichten. Het betreft behandelend artsen en diens vervanger op het moment van overlijden. Bij de schouw moet de arts informeren naar de toedracht of de toedracht proberen te reconstrueren. Behalve onderzoek van het lichaam naar verwondingen en andere sporen van geweld is ook de omgeving van de overledene belangrijk: aanwijzingen voor gevecht of veel lege medicijnstrips. Als de schouwend arts concludeert dat er sprake is van niet-natuurlijk overlijden of twijfelt, wordt de gemeentelijk lijkschouwer, ingeschakeld. Als deze concludeert dat er sprake kan zijn van een misdrijf, wordt justitie ingeschakeld.
Verslagen
Eindverslag
Samenvatting van de aanvraag
De kwaliteit van de lijkschouw in Nederland behoeft verbetering. Al jaren komen er signalen uit het veld dat behandelend artsen bij onvoorziene overlijdensgevallen soms ten onrechte verklaringen van natuurlijk overlijden afgeven. Voor wat betreft het overlijden van minderjarigen zal dit probleem vermoedelijk binnenkort zijn opgelost door invoering van de zogenaamde NODO-procedure, waar bij ieder overlijden op zijn minst overleg gevoerd moet worden met een gemeentelijk lijkschouwer. Ook bij overlijden van volwassenen is meer helderheid over de gang van zaken bij de lijkschouw en de indicaties voor inschakeling van de gemeentelijk lijkschouwer gewenst. Deze richtlijn beoogt helderheid te brengen in de te volgen werkwijze bij de lijkschouw door behandelend artsen en indicaties te formuleren voor inschakeling van de gemeentelijk lijkschouwer. Tevens zullen aanbevelingen worden geformuleerd voor verbetering van de onderlinge samenwerking tussen behandelend artsen en gemeentelijk lijkschouwers. Bijgevoegd een plan voor de ontwikkeling van een Richtlijn 'Werkwijze en samenwerking rondom lijkschouw' die door het Nederlands Huisartsen Genootschap in samenspraak met het vertegenwoordigers van de Orde van Medisch Specialisten, het Forensisch Medisch Genootschap (FMG) en de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot Bevordering van de Geneeskunst (KNMG)zal worden ontwikkeld. Volgens dit plan worden allereerst de knelpunten geinventariseerd die zich voordoen in de praktijk van de lijkschouw en in de samenwerking tussen behandelend artsen en gemeentelijk lijkschouwers. Vervolgens wordt een conceptrichtlijn opgesteld waarin aanbevelingen worden geformuleerd voor het handelen van genoemde beroepsgroepen in concrete situaties. In een commentaarfase zal de concept richtlijn worden voorgelegd aan vertegenwoordigers van de betrokken beroepsgroepen die werkzaam zijn in de praktijk van alledag alsmede aan toezichthoudende instanties zoals de Inspectie voor de Volksgezondheid en het Ministerie van VWS. Na verwerking van hun commentaren zal de richtlijn ter goedkeuring worden voorgelegd aan de besturen van KNMG, FMG, NHG en Orde. Tenslotte zal de richtlijn in brede kring worden verspreid, waarna van alle beroepsgroepen zal worden gevraagd te werken aan de implementatie van de richtlijn. De richtlijn zal ondermeer gedetailleerd ingaan op de wijze waarop de behandelend arts bij de lijkschouw te werk moet gaan, welke aspecten hierbij vooral de aandacht behoeven, onder welke condities een verklaring van natuurlijk overlijden kan worden afgegeven, in hoeverre daarbij raadpleging vooraf/dan wel achteraf van het medisch dossier van de overleden nodig is, wanneer de gemeentelijk lijkschouwer moet worden ingeschakeld, op welke wijze behandelend arts en lijkschouwer het beste kunnen samenwerken en welke informatie de behandelend arts binnen die samenwerking aan de lijkschouwer kan verstrekken.