Mobiele menu

multidisciplinaire verbreding van de hartrevalidatie-richtlijn:cardiopsychiatrische,sociale-enarbeidsparticipatie aspecten

Projectomschrijving

Hartrevalidatie wordt aangeboden aan patiënten met een hartprobleem. Driekwart van de hartpatiënten is bang of snel geïrriteerd. Dat zijn tekenen van angst en depressie. Daardoor houden ze het niet goed vol om gezond te leven. Ook worden de hartklachten erger en overlijden ze sneller. Eenzaamheid versterkt dit allemaal. Werknemers willen van het ziekenhuis meer hulp bij werkhervatting. 

Werkwijze

Onderzoekers van de Universiteit Maastricht verzamelden wetenschappelijke literatuur. Samenvattingen daarvan werden besproken met beroepsverenigingen en patiëntenverenigingen. Samen werden aanbevelingen geschreven. Tussen oktober 2008 en maart 2010 is er 11x vergaderd. 25 experts hebben commentaar geleverd.

Resultaten

De Multidisciplinaire Richtlijn Hartrevalidatie 2011 is sinds mei 2011 beschikbaar. De Richtlijn Hartrevalidatie uit 2004 is verbeterd door meer aandacht voor:

  • het psychische en sociaal functioneren
  • werkhervatting
  • de organisatie van hartrevalidatie

Er is ook patiënteninformatie die is gebaseerd op de richtlijn.

Verslagen


Eindverslag

Multidisciplinaire Richtlijn Hartrevalidatie 2011 De Multidisciplinaire Richtlijn Hartrevalidatie 2011 is sinds mei 2011 beschikbaar. Hartrevalidatie wordt aangeboden aan patiënten met een hartprobleem. De Richtlijn Hartrevalidatie uit 2004 is verbeterd door meer aandacht aan: - het psychische en sociaal functioneren; - werkhervatting; - de organisatie van hartrevalidatie. Waarom? Drie kwart van de hartpatiënten is bang of snel geïrriteerd. Dat zijn tekens van angst en depressie. Daardoor houden ze het niet goed vol om gezond te leven. Ook worden de hartklachten erger en overlijden ze sneller. Eenzaamheid versterkt dit allemaal. Werknemers willen van het ziekenhuis meer hulp bij werkhervatting. Hoe? Onderzoekers van de Universiteit Maastricht verzamelden wetenschappelijke literatuur. Samenvattingen daarvan werden besproken met beroepsverenigingen en patiëntenverenigingen. Samen werden aanbevelingen geschreven. Tussen oktober 2008 en maart 2010 waren er 11 vergaderingen. Vijfentwintig experts hebben commentaar geleverd. Meer weten? De richtlijn is te vinden op www.nvvc.nl/hr. Daar vindt u ook de patiënteninformatie gebaseerd op de richtlijn. Lekensamenvatting voor ZonMW Angelique.derijk@maastrichtuniversity.nl
Het project “Multidisciplinaire verbreding van de hartrevalidatie-richtlijn: cardiopsychiatrische sociale en arbeidsparticipatie aspecten” is bij aanvang omgedoopt tot het PAAHR-project (Psychische en Arbeidsgerelateerde Aspecten van HartRevalidatie). Er is een multidisciplinaire projectgroep samengesteld, die het projectteam (de dagelijkse uitvoerders) adviseert en de voortgang van het project bewaakt. De projectgroep bestaat uit vertegenwoordigers van de volgende beroepsverenigingen: Ergotherapie Nederland; Landelijk Overleg Maatschappelijk werkers; NVVA; NVVG; NVRA; NIP; Nederlandse Vereniging voor Hart en Vaat Verpleegkundigen; NVVC; NVAB; NHG; NVVP en de Vereniging voor Hart-, Vaat en Long Fysiotherapie. Daarnaast zijn twee patiëntenverenigingen vertegenwoordigd in de projectgroep: De Hart&Vaatgroep en het Huis voor de Zorg. Alle beroepsverenigingen die professionals vertegenwoordigen die bij hartrevalidatie betrokken kunnen zijn, zijn bij aanvang van het project benaderd. Deze beroepsverenigingen hebben zelf vertegenwoordigers naar voren geschoven. De projectgroep heeft via twee mondelinge rondes en een schriftelijke ronde per e-mail knelpunten aangeleverd (december 2008- februari 2009). Op basis van de geïnventariseerde knelpunten is een vragenlijst opgesteld om de genoemde knelpunten te prioriteren. Deze vragenlijst is ingevuld door vertegenwoordigers uit alle in de projectgroep betrokken beroepsverenigingen. De scores zijn gewogen, zodat iedere beroepsgroep uiteindelijke een gelijke inbreng had. Omdat bij deze richtlijn herziening het patiëntenperspectief een grote rol vervult is aanvullend een achterbanconsultatie uitgevoerd door de Hart en Vaatgroep. Zij hebben een focusgroep van patiënten georganiseerd en interviews met patiënten gehouden. De resultaten van deze patiëntenraadpleging is gepresenteerd aan de projectgroepleden en gezamenlijk zijn de knelpunten met de huidige richtlijn, zoals die uit de achterbanraadpleging naar voren kwamen, geformuleerd. In totaal zijn 27 knelpunten geïdentificeerd, waarbij vijf knelpunten alleen door patiënten genoemd zijn. De knelpunten betreffen: interventies inclusief nazorg; arbeidsre-integratie; rol van de partner en effecten voor de partner; sociale risicofactoren voor hart- en vaatziekten; organisatie van de hartrevalidatie en verbeteren van aansluiting bij de cliënt. Voor de eerste vier onderwerpen zijn uitgangsvragen geformuleerd aan de hand waarvan een systematisch literatuuronderzoek wordt uitgevoerd. Het literatuuronderzoek naar psychische interventies is inmiddels voltooid en heeft de volgende voorlopige conclusies opgeleverd. Alleen blijvende depressieve symptomen verhogen de kans op psychische en fysieke problemen. Dat betekent de ontwikkeling van depressieve symptomen moet worden bijgehouden. Zowel medicijnen (SSRI’s) als psychologische behandelingen van depressie zijn werkzaam, maar zorgen niet voor vermindering van overlijden of van een nieuwe hart- en vaatziekte. Er zijn specifieke groepen patiënten die meer voordeel ondervinden van bepaalde behandelingen. Over angststoornissen in relatie tot cardiovasculaire aandoeningen is weinig onderzoeksliteratuur. De overige onderwerpen worden beantwoord aan de hand van wetenschappelijke literatuur en consensus binnen de projectgroep. Over twee onderwerpen, de organisatie van arbeidsre-integratie en van nazorg, heeft al een eerste verkenning van inzichten van de projectgroepleden plaatsgevonden. Er zijn vijf bijeenkomsten met de projectgroep geweest; er staan nog vier bijeenkomsten gepland. Er zijn experts aangetrokken die de wetenschappelijke kwaliteit van het project bewaken: een hoogleraar psychiatrie, een hoogleraar gezondheidspsychologie, een hoogleraar sociaal recht en een hoogleraar arbeid en gezondheid. De experts zijn een keer per e-mail geraadpleegd en met allen staat nu een afspraak gepland. Er is overleg geweest met de ontwikkelaars van CARDSS, een ICT-tool die de uitvoering van de richtlijn ondersteunt. Ook is

Samenvatting van de aanvraag

Aspecten van cardiopsychiatrie, en sociale participatie (waaronder arbeidsparticipatie) zijn tot op heden onderbelicht in de hartrevalidatie. De relatie tussen psychiatrie en cardiologie is het laatste decennium veel duidelijker geworden. Onder cardiologische patiënten zijn depressie en angst zeer prevalent, met grote gevolgen voor de cardiale mortaliteit en morbiteit. De ‘cardiopsychiatrie’, die zich richt op het opsporen en behandelen van vooral angst en depressie in relatie tot hart- en vaatklachten, is vanuit de NVVC erkend als belangrijk aandachtsgebied. Op het gebied van arbeids- en verzekeringsgeneeskunde zijn recent nieuwe richtlijnen ontwikkeld voor hart- en vaatziekten. De factor arbeid wordt belangrijk gevonden in richtlijnontwikkeling. Al deze ontwikkelingen vergen verbreding van de richtlijn Hartrevalidatie 2004. Het voorstel is om de richtlijnen te verbreden op basis van de bestaande richtlijnen, nieuwe kennis en ervaringen van patiënten en professionals. Het gaat dan allereerst om een verfijning van de indiciatiestelling; daarnaast worden behandelrichtlijnen voor de bevordering van het fysieke, psychische en sociale welzijn en ten behoeve van secundaire preventie opgenomen en waar nodig ontwikkeld. Parallel daaraan wordt de beslissingsondersteunende software zoals die al voor de hartrevalidatie is ontwikkeld en wordt gebruikt (CARDSS) aangepast aan de nieuwe richtlijnen. Goed gebruik van de richtlijn kan leiden tot: verbetering van de kwaliteit van zorg, verbetering van het leven van de patiënt, kostenreductie en blijvende participatie in werk. Verbreding De inhoud van de bestaande richtlijn Hartrevalidatie wordt verbreed op de onderdelen cardiopsychiatrie en de factor sociale participatie waaronder arbeid. Het gaat dan om verfijning van de indicatiestelling en protocollering van de revalidatieactiviteiten. Basis voor de inhoudelijke verbreding vormen nieuwe empirische evidentie en ervaringen van patiënten en zorgverleners. Deze verbreding wordt verwerkt in een nieuwe versie van CARDSS, de ondersteunende software die geheel gebaseerd is op de richtlijn Hartrevalidatie 2004. Vernieuwing In het bijzonder de cardiopyschologische en -psychiatrische en sociale (arbeidsre-integratie, sociale activiteiten, rol van sociale omgeving) aspecten zijn een vernieuwing. Er wordt uitgebreide aandacht besteed aan participatie van patiënten (c.q. werknemers) in de ontwikkeling van de richtlijn. Daarnaast is het voor effectieve zorg belangrijk dat de verbrede richtlijn aansluit bij het perspectief van de patiënt en de praktijk van zorgverleners. Tijdens de ontwikkeling van de richtlijn wordt ook nagegaan hoe de patiënt ook de ruimte krijgt een actieve rol te vervullen bij de revalidatie; mogelijk kan een individueel elektronisch medisch dossier hierin een rol vervullen. De verwachting is dat door aandacht voor de psychologische en sociale aspecten, door een betere afstemming tussen de verschillende medische disciplines, en door de patiënt meer mogelijkheden te geven een actieve rol te vervullen, dat de prognose van patiënten evenals de kwaliteit van leven wordt verbeterd en arbeidsuitval voorkomen wordt dan wel arbeidsre-integratie bevorderd. Versnelling Een groot deel van de richtlijnen zijn al door de betreffende beroepsorganisaties geschreven; deze moet afgestemd worden op de richtlijn Hartrevalidatie. Er dient een cardiopsychiatrierichtlijn ontwikkeld te worden. ICT om de indiciatiestelling voor hartrevalidatie te ondersteunen is al in gebruik (CARDSS). Op dit moment wordt bestudeerd hoe de richtlijn Hartrevalidatie met betrekking tot psychische en sociale aspecten beter geoperationaliseerd kan worden in CARDSS. Doordat er dus al een belangrijke basis is met betrekking tot inhoud van de verbrede richtlijn en de ICT ondersteuning, er een afbakening van de patiëntenpopulatie is (hartrevalidatiepatiënten), en richtlijnontwikkeling mede op basis van een pilotstudie van de conceptrichtlijn gebeurt, kan versnelling bereikt worden.

Kenmerken

Projectnummer:
150020026
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2009
2012
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. A.E. de Rijk
Verantwoordelijke organisatie:
Nederlandse Vereniging voor Cardiologie
Afbeelding

Kwaliteitsinstrumenten en kwaliteitsbeleid

Kwaliteitsinstrumenten ondersteunen zorgprofessionals, de patiënt en diens naasten om de juiste zorgoptie te kiezen. Daarom stimuleren we de ontwikkeling, implementatie, evaluatie en herziening hiervan. Zoals keuzehulpen, richtlijnen, standaarden, patiënteninformatie en meetinstrumenten.