Mobiele menu

Botuline Toxine Review

Projectomschrijving

Botulinetoxine blokkeert zenuwen waardoor spasticiteit, dystonieën en overmatig kwijlen wordt verlicht. Dit systematische review laat zien dat botulinetoxine een effectieve en veilige behandeling is voor patiënten met een cervicale dystonie, patiënten met een blepharospasme en voor kinderen met een cerebrale parese die spasticiteit in de bovenste extremiteiten hebben. Botulinetoxine type A en B lijken vergelijkbaar effectief, alhoewel type B meer bijwerkingen geeft bij cervicale dystonieën. Bovendien is een review verricht naar kosteneffectiviteit, echter dit leverde geen betrouwbare studies op. Een behandeling met botulinetoxine bij lokale dystonieën zou mogelijk jaarlijks €900-1200 besparen ten opzichte van een reguliere behandeling (niet nader omschreven). Een schatting van de jaarlijkse uitgaven in de zorg voor botulinetoxine: €1.010.000,- voor cervicale dystonie, €213.000,- voor blepharospasmen en €1.092.000,- voor kwijlen bij kinderen met cerebrale parese.

Verslagen


Samenvatting van de aanvraag

De projectgroep stelt voor een review te verrichten naar de de toepassing van botuline toxine voor de geregistreerde indicaties en de door haar geconstateerde "witte vlekken". Het review zal worden opgezet langs de lijnen van een Cochrane review maar zal ook observationele stdies van voldoende niveau gaan omvatten. Om het niveau van de observationele studies te beoordelen zal het "Consort statement" en het daaruit voortvloeiende item-overzicht als leidraad dienen. het startpunt van het review zal het laatste al dan niet in de Cochrane database of de databank van CVZ opgenomen review zijn. De daarna verschenen RCT's en de in de periode 2005-2010 verschenen observationele studies zullen gebruikt worden. Aan de reeds geregistreerde indicaties zouden tenminste de volgende twee toegevoegd moeten worden: het gebruik van Botuline ter bestrijding van Drooling bij (voornamelijk) CP kinderen en het gebruik van Botuline toxine bij spasticiteit van de (bovenste) ledematen. Met betrekking tot deze laatste thema's is grote deskundigheid bij de aanvragers aanwezig onder meer blijkend uit de twee recentelijk gepubliceerde proefschriften: Botulinum Toxin Type A to treat drooling (Jongerius, 2004) en Drooling in children with cerebral palsy; impact and behavioural treatment (van der Burg, 2008). Dit laatste handelt met name ook over de mate van tevredenheid van ouders en de gedragsmatige en sociaal maatschappelijke consequenties van het verminderen van de speekselvloed bij deze kinderen. Momenteel loopt vervolgonderzoek in de St. Maartenskliniek in samenwerking met Prof.dr. J. Rotteveel (kinderneuroloog) en dr. van den Hoogen, KNO arts, beiden werkzaam op het UMC St. Radboud. In de groep zijn verschillende promoties in voorbereiding en artikelen inzake dit onderwerp gepubliceerd (zie ook bijlagen). In de St. Maartenskliniek vindt patiëntenzorg plaats met Botuline toxine voor de behandeling van spasticiteit van de bovenste en onderste extremiteiten en wordt samengewerkt met diverse revalidatiecentra waar deze behandeling ook wordt uitgevoerd. De combinatie van reserach expertise en behandeling van patiënten biedt ons inziens een uitstekend uitgangspunt om diverse aspecten van gebruik en doelmatigheid van Botuline toxine voor de genoemde indicaties te onderzoeken en te wegen. De kennis en ervaring van de researchgroep inzake het maken van reviews moge blijken uit bijgevoegde referenties. Werkpakket 1: Cervicale Dystonie Systematic review langs de lijnen van Cochrane Review met als uitgangspunt het rapport van CVZ (CFH-rapport 03/12: botulinetoxine B (Neurobloc), enfuvirtide (Fuzeon), valdecoxib(Bextra)uit 2003). Aanvullend zullen de observationele studies uit de periode 2000-2009 worden geëvalueerd en worden vergeleken met de uitkomsten van de RCT's uit dezelfde periode. Werkpakket 2: Systematic Review langs de lijnen van Cochrane Review voor de " witte vlekken" Drooling en bovenste extremiteiten. Uitgangspunten zijn hier voornoemde proefschriften. Aanvullend wordt gezocht naar nieuwe publicaties uit de periode 2004-heden en 2008-heden. De meningen van ouders en leerkrachten over het nut en de sociaal-maatschappelijke relevantie respectievelijk de plaats van deze behandeling in het spectrum van behandelmogelijkheden voor voornoemde problemen zullen worden beschreven, onder meer gebruikmakend van reeds aanwezige informatie daarover. Werkpakket 3: Omdat in het projectteam zowel de revalidatiegeneeskunde als de farmacie vertegenwoordigd is (netwerk op landelijk niveau) kan op eenvoudige wijze een raadpleging van de collegae in deze netwerken plaatsvinden om een aantal gebruik-gerelateerde vragen te beantwoorden. Hiermee kan b.v. een inschatting gegeven worden over aantal patiënten en kosten. Daarnaast zullen SFK gegevens worden opgevraagd en geanalyseerd, de richtlijnen voor de beroepsgroepen geraadpleegd en de overige farmaceutische en farmacologische vragen worden beantwoord. Aanvulling en toelichting 1. Bij de systematic reviews in combinatie met de evaluatie van door de Consort bepleitte criteria als bruikbaar geklassificeerde observationele studies zal onderscheidenlijk gekeken worden naar effectiviteit, veiligheid en toepasbaarheid en naar acceptatie, klinische relevantie, doelmatigheid en duurzaamheid van effect 2. De literatuurstudie zal tevens inzicht geven in welke informatie ontbreekt (wetenschappelijk), welke studies nog gaande zijn (middels contact met collega wetenschappers vanuit de huidige reserachgroep SMK-UMCMN waarbij "snow-ball" sampling technieken gebruikt zullen worden om lopende studies op te sporen). Mogelijke witte vlekken: In dit review zal in ieder geval het gebruik van Botulinetoxine in de volgende situaties worden geëvalueerd: het gebruik bij CP en spasticiteit van (bovenste) lidmaat en de behandeling van drooling bij (overwegend) CP kinderen. Ook andere, veelal binnen de revalidatie voorkomende, indicaties zullen worden besproken.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
152031001
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2011
2013
Onderdeel van programma:
Projectleider en penvoerder:
Dr. J. Limbeek
Verantwoordelijke organisatie:
Sint Maartenskliniek