Mobiele menu

Versterking van de kennisinfrastructuur van de Academische werkplaats EMB

Projectomschrijving

De Academische Werkplaats Ernstige Meervoudige Beperking (AW EMB) wil een bijdrage leveren aan een verbetering in de kwaliteit van bestaan van kinderen en volwassenen met een (zeer) ernstige verstandelijke en meervoudige beperking en hun gezinnen. 

De AW EMB is een samenwerkingsverband van vier organisaties (Rijksuniversiteit Groningen, ’s Heeren Loo, de Hanzehogeschool Groningen en Koninklijke Visio). Voor de ondersteuning van mensen met EMB is specialistische kennis nodig, die lokaal en regionaal niet altijd beschikbaar is. De AW EMB richt zich op het vergaren, ontwikkelen, delen, integreren en toepassen van kennis. We brengen ervaringskennis, praktijkkennis en wetenschappelijke kennis samen vanuit verschillende disciplines en uiteraard de gezinnen van kinderen en volwassenen met EMB. We zetten praktijkvragen om in wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke kennis wordt vervolgens gebruikt in de praktijk. Kenmerkend voor de AW EMB is de nauwe samenwerking tussen wetenschap, zorgprofessionals én naasten.

Verslagen


Samenvatting van de aanvraag

De AW EMB richt zich op kennisontwikkeling over mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke en meervoudige beperking (EMB) en hun naasten. Centraal staat de visie dat deze mensen alleen vanuit een relatie met hun omgeving invloed kunnen uitoefenen en zich kunnen ontwikkelen en ontplooien. Partners zijn: het ‘Research Centre on Profound and Multiple Disabilities (orthopedagogiek, Rijksuniversiteit Groningen (RuG) en het programma ‘Wetenschappelijk Onderzoek en Kennismanagement’ van 's Heeren Loo Zorggroep (SHL). De samenwerking tussen de RuG en SHL bestaat al bijna 20 jaar. Om de slagkracht en de continuïteit te versterken wordt de AW begin 2019 uitgebreid met de Hanzehogeschool Groningen (HG; lectoraat Healthy Ageing, Allied Health Care and Nursing) en Koninklijke Visio. Dit zijn logische partners vanwege de bestaande samenwerking. Via deze partners worden vele zorginstellingen bereikt. Ook wordt samengewerkt met o.a. de BOSK, het UMCG, EMG platform, Alfa college en internationale universiteiten. Primair doel van de AW EMB is om door kennisontwikkeling de opvoeding en ondersteuning van mensen met EMB en hun naasten te optimaliseren. Synergie van ervarings-, prakt?k-en wetenschappelijke kennis (interdisciplinair) draagt bij aan deze ondersteuning, die leidt tot een hoge kwaliteit van bestaan. Participatie/inclusie en 'er mogen z?n' zijn hierbij fundamentele kernwaarden ook voor mensen met EMB en hun naasten. Kennisontwikkeling vanuit de AW richt zich zowel op de persoon met EMB zelf, op de omgeving én op de relatie tussen de persoon en de omgeving. Duurzame verbetering van de ondersteuning wordt bereikt door kennis te expliciteren, te onderbouwen, te toetsen en te verankeren in de dagelijkse praktijk en in curricula. Kenmerkend voor de AW EMB is de pluriforme samenwerking tussen praktijk (naasten en professionals) en wetenschap; praktijkvragen worden omgezet in wetenschappelijke vragen en projecten. De gegenereerde kennis wordt (vervolgens) geïmplementeerd in de praktijk. Ook (bestaande) wetenschappelijke kennis vindt bij voldoende draagvlak in de praktijk, een weg naar de werkvloer. Implementatie en disseminatie van kennis wordt mede gefaciliteerd via het Expertisecentrum EMB (EC EMB), dat door SHL en de RuG is opgericht. Binnen de AW EMB bestaan onderzoekslijnen die zijn ingebed binnen onderzoekslijnen én onderwijs van de RuG en de HG. Borging van de AW binnen de praktijk vindt plaats door de functie van ‘broedplaats’; een samenkomst van wetenschappers en professionals die samen praktijk relevante ideeën uitwerken en deze onderzoeken. Nauwe aansluiting vindt plaats bij de kennisinfrastructuur van SHL (en met Visio). Deze infrastructuur moet stimuleren dat kennis wordt vertaald naar praktijkproducten voor professionals mensen met EMB en hun naasten. Tegelijk moet zij vergemakkelijken dat vragen van de werkvloer worden gesignaleerd en omgezet in wetenschappelijke vraagstellingen. Dit voortdurende ‘heen-en-weer, halen-en-brengen’ van kennis brengt een dynamiek op gang waarin weten en verbeteren vanzelfsprekendheden zijn en tot nieuwe kennisontwikkeling en onderzoek leidt. Er kunnen drie routes worden onderscheiden die leiden tot onderzoek: 1. kennisbehoeften uit de praktijk zijn leidend; zo nodig wordt er een expertmeeting of klankbordgroep georganiseerd om de relevantie en draagvlak voor het onderwerp te toetsen. 2. ontbrekende (fundamentele) kennis leidt tot onderzoek en 3. (integratie) van bestaande kennis leidt tot onderzoekvragen. Gegenereerde kennis wordt gedissemineerd en geïmplementeerd via de ontwikkeling van praktijkproducten en trainingen i.s.m. het EC EMB, platform EMG, Vilans, (inter)nationale publicaties en congressen en via MBO, HBO en WO onderwijs. Binnen alle activiteiten wordt steeds meer ingezet op de betrokkenheid van ervaringsdeskundigen. Vergroting van de capaciteit van de AW is gericht op: I. structurele uitbreiding en bevordering van disseminatie en implementatie van kennis door aanstelling van een kennismakelaar. Deze is de verbinder tussen de AW EMB en de kennisinfrastructuur van SHL en Visio. Ook wordt een helpdesk opgericht en worden producten ontwikkeld. II. Bestendigen, vergroting en versnelling van het ontwikkelen van kennis d.m.v. het aanstellen van wetenschappelijk personeel (liefst dubbelaanstellingen). Inhoudelijk wordt in jaar 1 met Vilans een onderzoeksagenda opgesteld o.b.v. de kennisbehoeften bij zorgprofessionals en ouders/ naasten. Met deze resultaten, aangevuld met kennis uit de literatuur worden onderzoeksplannen geformuleerd voor de langere termijn. Daarnaast wordt ingezet op het bestendigen van bestaande plannen en het voortborduren op bestaande kennis; projectvoorstellen worden ontwikkeld en uitgevoerd die ‘een logisch’ gevolg zijn op lopende en/of afgeronde projecten. RuG en SHL leveren 10% personele inzet ‘in-kind’. Na de uitbreiding van de AW geldt dat ook voor HG en Visio. Dit beloopt een bedrag van €57.263. Totaal gevraagde budget bedraagt €580.334.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
641001104
Looptijd: 87%
Looptijd: 87 %
2019
2025
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
prof. dr. A.A.J. van der Putten
Verantwoordelijke organisatie:
Rijksuniversiteit Groningen