Inter-sectoral costs and benefits of prevention: a calculation tool ("Kosten en Baten van Preventie: Een instrument voor het berekenen van specifieke kosten en baten van preventie")
Projectomschrijving
Een rekeninstrument voor intersectorale kosten en baten van preventie
Vraagstuk
Veel activiteiten gericht op preventie in de zorg hebben ook gevolgen voor andere sectoren, zoals sociale zaken, arbeid, justitie en onderwijs. Is het mogelijk deze zogeheten ‘intersectorale kosten en baten’ van preventie inzichtelijk te maken? Beleidsmakers, zorgaanbieders, zorgverzekeraars en wetenschappers kunnen deze informatie gebruiken om meer te weten te komen over de opbrengsten van preventie.Onderzoek
Een literatuurstudie en interviews met experts leidde tot een overzicht van alle relevante intersectorale kosten en baten. Daaruit kwam een concept-rekeninstrument voort om deze kosten en baten vast te stellen.Uitkomst
Het rekeninstrument is toegepast op een echt voorbeeld, namelijk preventie van psychische aandoeningen bij kinderen met ouders met psychische of verslavingsproblemen. Zowel de toepassing op deze casus als suggesties van experts laat zien dat de bruikbaarheid van het instrument mede wordt bepaald door de mate waarin de kostprijseenheden zijn afgestemd op gebruikelijke meeteenheden.Producten
Auteur: Ruben M. W. A. Drost, Aggie T. G. Paulus, Dirk Ruwaard & Silvia M. A. A. Evers
Magazine: Expert Review of Pharmacoeconomics & Outcomes Research
Link: http://www.maastrichtuniversity.nl/web/Main/Sitewide/Content/ClassificatieIdenti
Auteur: Ruben M.W.A. Drost
Auteur: Drost, R.M.W.A., A.T.G. Paulus, D. Ruwaard S.M.A.A. Evers Allen verbonden aan de Universiteit Maastricht
Link: http://www.maastrichtuniversity.nl/hsr
Verslagen
Eindverslag
Intersectorale kosten en baten van Preventie: Een rekeninstrument
Preventieve interventies in de gezondheidszorg leiden vaak tot kosten of baten in andere sectoren, zoals onderwijs en justitie. Het doel van dit onderzoek was het inzichtelijk maken van deze zogenaamde ‘intersectorale’ kosten en baten (IKB’en). Gegeven dit doel is onderzoek gedaan naar methoden om IKB’en te identificeren en classificeren (fase 1), gevolgd door de ontwikkeling van een rekeninstrument (fase 2) en de toepassing van dit instrument op een specifieke casus (fase 3).
Fase 1:
Voor het verkrijgen van een overzicht van de genoemde kosten en baten is een exploratieve literatuurstudie uitgevoerd en een classificatieschema ontwikkeld. Op basis van de literatuurstudie konden meer dan 70 unieke typen IKB’en worden geïdentificeerd. Deze zijn geclassificeerd onder vier sectoren: onderwijs; arbeid en sociale zekerheid; veiligheid en justitie; huishouden en vrije tijd. Aanvullend zijn interviews verricht met (inter)nationale wetenschappelijke experts op het gebied van o.a. geestelijke gezondheidseconomie, vaccinatie en gezondheidsbevordering. Hierin zijn experts gevraagd feedback te geven op het schema.
In fase 2 is een rekeninstrument ontwikkeld, waarmee de IKB’en in monetaire waarden uitgedrukt kunnen worden. Voor de waardering van geselecteerde IKB’en zijn kostprijzen nodig, die via diverse methoden zijn verkregen. Aandacht ging voornamelijk uit naar kosten- en batenposten binnen de sectoren ‘onderwijs’ en ‘veiligheid en justitie’. Naast het feit dat zij een groot deel kunnen vormen van de totale IKB’en, is er over de waardering van deze IKB’en – in tegenstelling tot die binnen de overige sectoren - tot nog toe nog het minste bekend.
Het rekeninstrument bestaat uit diverse kostprijstabellen en een beschrijving van de gehanteerde werkwijzen voor kostprijsbepaling. Samen met de resultaten uit de andere onderzoeksfases, is het rekeninstrument opgenomen in een speciaal daarvoor ontwikkelde handleiding, getiteld: “Handleiding intersectorale kosten en baten van (preventieve) interventies: classificatie, identificatie en kostprijzen” (Drost et al., 2014). Deze handleiding is vrij toegankelijk en kan door iedereen worden gedownload van de volgende website: www.maastrichtuniversity.nl/hsr (dan kiezen voor “publications HSR”; vervolgens voor “reports HSR 2014”).
Fase 3:
Om de implicaties voor – en gebruiksvriendelijkheid van - het rekeninstrument nader te kunnen bepalen, zijn de handleiding, kostprijzen en methoden voor kostprijsbepaling meerdere malen ter validatie aan diverse experts/eindgebruikers uit verschillende doelgroepen voorgelegd. In 2013 heeft daarnaast een expertbijeenkomst plaatsgevonden, waarin een tussentijdse versie van de hele handleiding is voorgelegd aan zowel beleidsmakers als wetenschappers, waaronder vertegenwoordigers van het Centraal Planbureau (CPB), het ministerie van VWS, het Trimbos Instituut en vooraanstaande gezondheidseconomen en HTA-experts. Vervolgens is het rekeninstrument toegepast op een specifieke casus uit een extern onderzoeksproject. Laatstgenoemd project betreft een studie naar de effecten van ondersteuning in de vorm van basiszorgcoördinatie voor ouders met psychische problemen (SOOPP-project). In samenwerking met medewerkers van het SOOPP-project is een casusbeschrijving opgesteld en in de handleiding opgenomen. Op basis van de casusbeschrijving wordt, aan de hand van een rekenvoorbeeld, de werking van het rekeninstrument, geïllustreerd.
Zowel de toepassing op deze casus als de suggesties van experts laten zien dat de bruikbaarheid van het instrument mede wordt bepaald door de mate waarin de kostprijseenheden zijn afgestemd op gebruikelijke meeteenheden. Verder blijkt dat - aangezien IKB’en voortkomen uit het gezondheidseffect van een interventie - de handleiding niet alleen geschikt is voor de identificatie en waardering van IKB’en van verschillende preventieve interventies. Ook de IKB’en die voortkomen uit medische i
Kosten en Baten van Preventie: Een instrument voor het berekenen van specifieke kosten en baten van preventie
Veel activiteiten gericht op preventie in de zorg hebben ook kosten of baten tot gevolg in andere sectoren, zoals sociale zaken, arbeid, justitie en onderwijs. Het doel van dit onderzoek is om deze zogenaamde ‘intersectorale’ kosten en baten van preventie inzichtelijk te maken. Beleidsmakers, wetenschappers en andere stakeholders kunnen deze informatie gebruiken om meer te weten te komen over de mogelijke gevolgen van preventie. Ze kunnen deze informatie ook gebruiken om keuzes te maken tussen verschillende preventieve interventies. Het onderzoek is gestart op 15 maart 2012 en bestaat uit drie fases. Tijdens de eerste fase is een uitgebreide literatuurstudie verricht en zijn interviews gehouden met (inter)nationale experts op verschillende gebieden van preventie waaronder vaccinatie, preventie van mentale stoornissen, gezondheidseconomische aspecten van preventie en gezondheidsbevordering. Dit heeft geresulteerd in een uitgebreid overzicht van verschillende intersectorale kosten en baten, die vervolgens in vier sectoren en diverse subgroepen nader zijn onderverdeeld. Het doel van de tweede fase is het maken van een handleiding waarin richtlijnen zijn beschreven die gebruikt kunnen worden voor het bepalen van de relevante intersectorale kosten en baten. Tenslotte, zullen deze richtlijnen in de derde fase worden toegepast op een praktijkcasus. Deze casus heeft betrekking op preventie van psychische aandoeningen bij kinderen met ouders die psychische problemen of verslavingsproblemen hebben, ook wel KOPP-kinderen genoemd. Het doel van deze fase is om na te gaan hoe goed en bruikbaar de geformuleerde richtlijnen zijn. Het onderzoek dat door ZonMw wordt gefinancierd, loopt nog tot 15 maart 2014. Het onderzoek is ingebed binnen een promotieonderzoek aan de Universiteit Maastricht, dat nog loopt tot 15 maart 2016.