Effecten van drie interventies bij partners van thuiswonende dementiepatiënten
Projectomschrijving
Verslagen
Samenvatting van de aanvraag
Thuisverzorging van dementiepatiënten kan voor mantelzorgers een te zware belasting gaan
vormen. Zij lopen een verhoogd risico op psychische problematiek. Riaggs bieden hen thans diverse
vormen van ondersteuning. Het gaat hier om vormen van secundaire preventie.
In dit onderzoek wordt beoogd de relatieve effectiviteit van drie interventies te onderzoeken: twee
daarvan worden al vaak gehanteerd (individuele gesprekstherapie en ondersteuningsgroepen), één
is innovatief (videohulpverlening).
Naar de relatieve effectiviteit van individuele gesprekstherapie en videohulpverlening start het ITS
begin 2000 het veldwerk van een reeds door NWO gesubsidieerd onderzoek. Het onderzoek kent een
aanvangsmeting en twee vervolgmetingen. Onderwerpen zijn: adaptieve opgaven, coping,
copingbronnen, sociale steun en diverse outcome-maten.
Met deze aanvraag bij ZON wordt beoogd een derde onderzoeksconditie - ondersteuningsgroepen -
bij het onderzoek te betrekken. Deze derde onderzoeksgroep zal zodanig zijn samengesteld dat
deze vergelijkbaar is met de andere twee onderzoeksgroepen. Verder zal bij hen hetzelfde
onderzoeksdesign worden gehanteerd als waarvan in het NWO-onderzoek sprake is. Aldus kunnen
de drie onderzoeksgroepen met elkaar worden vergeleken en kunnen conclusies worden getrokken
over de relatieve effectiviteit van de interventies.