Mobiele menu

Gezondheid door sturing, borging en verantwoording in het Nationaal Programma Preventie 'Alles is Gezondheid'

Projectomschrijving

Hoe werkt Alles is Gezondheid... (AiG) als instrument om met maatschappelijke partners van binnen en buiten de gezondheidssector en bedrijfsleven enthousiasme te mobiliseren voor het publieke gezondheidsbelang? Deze vraag is in dit project beantwoord. Partners committeren zich aan AiG door ‘pledges’ oftewel plechtige beloftes, waarin zij beloven bij te dragen aan gezondheid. AiG bevindt zich na drie jaar met 309 pledges en 1825 partners in een overgangsfase van verkennende pioniers naar ondernemende, innovatieve netwerken. Deze netwerken creëren sociale en organisatorische vernieuwing. De overheid heeft vooral een faciliterende rol. Bestaande regels en structuren vormen soms nog obstakels die oplossing behoeven. Voor de toekomst kan het landelijk ondersteunende Programmabureau sterker inzetten op: impuls geven, makelen, kennis delen, signaleren, en faciliteren. Soortgelijke programma’s hebben vijf tot tien jaar nodig om de beweging onomkeerbaar te maken.

Verslagen


Eindverslag

Hoe werkt Alles is Gezondheid (AiG)… als instrument om met maatschappelijke partners van binnen en buiten de gezondheidssector en bedrijfsleven activiteiten te organiseren voor de publieke gezondheid? Deze vraag is d.m.v. bestuurlijk-organisatorisch onderzoek beantwoord. Partners committeren zich aan AiG d.m.v. ‘pledges’ oftewel plechtige beloftes, waarin zij beloven bij te dragen aan gezondheid.
AiG bevindt zich na drie jaar met 309 pledges en 1825 partners in een overgangsfase van verkennende pioniers naar ondernemende, innovatieve netwerken. Deze netwerken creëren sociale en organisatorische vernieuwing. De overheid heeft vooral een faciliterende rol. Bestaande regels en structuren vormen soms nog obstakels die oplossing behoeven. Voor de toekomst kan het landelijk ondersteunende Programmabureau sterker inzetten op: impuls geven, makelen, kennis delen, signaleren, en faciliteren. Soortgelijke programma’s hebben vijf tot tien jaar nodig om de beweging onomkeerbaar te maken.

In de periode september 2015 tot september 2016 heeft de bestuurlijk-organisatorische evaluatie van het Nationaal Programma Preventie Alles is Gezondheid zich gericht op de uitvoering van een zestal in-depth case studies van geselecteerde pledges, en een toekomstverkenning. De geselecteerde case studies van pledges zijn:
1. Netwerk Positieve Gezondheid Noordelijke Maasvallei
2. Deltion College Zwolle Vitaliteitsprogramma
3. Heineken en NOC-NSF 'Blijf helder' campagne
4. Care Innovation Centre West-Brabant Huis van Morgen
5. Ministerie VWS Gezond departement en Preventie in de zorg
6. Alliantie Gezondheid en Geletterdheid

Wij hebben de toekomstverkenning gefaciliteerd, die is uitgevoerd door de partners van het CIC West-Brabant om op basis van ervaringen uit het verleden te anticiperen op de toekomst van hun activiteiten en netwerk.

Hierover hebben wij ten slotte een dialoog gefaciliteerd met 45 andere pledgehouders over de herkenbaarheid van de bevindingen en om aanvullende informatie op te halen.
De laatste ontwikkelingen in het programma en bij het Programmabureau worden tot en met december 2016 meegenomen in het onderzoek.

In de laatste onderzoeksfase zullen we:
a) bijdragen aan een korte survey onder alle pledgehouders door het RIVM;
b) de cross-case analyse verdiepen,
c) wetenschappelijke rapportages voorbereiden
d) de bevindingen presenteren op diverse bijeenkomsten met een dialoog met de deelnemers.

Samenvatting van de aanvraag

Aanleiding en vraagstelling Naar aanleiding van een toenemende fragmentatie in maatschappelijke gezondheidsbevorderende activiteiten door diverse actoren in verschillende settings is het Nationaal Programma Preventie opgezet. Door middel van ‘pledges’ van maatschappelijke actoren aan de regering wordt beoogd een ‘sociale beweging’ op gang te brengen die ‘moet leiden tot een gezonder en vitaler Nederland’. De opdracht van deze evaluatie van het NPP is om een analyse te maken van de doeltreffendheid van de bestuurlijk-organisatorische aanpak. Onze probleemstelling luidt: Hoe functioneert het NPP als coördinatie-arrangement om samenhang te creëren in maatschappelijke activiteiten op het gebied van gezondheidsbevordering en preventie van diverse actoren in verschillende settings, deze activiteiten uit te breiden naar een sociale beweging, en daardoor bij te dragen aan een betere borging en verantwoording van het gezondheidsbelang in diverse maatschappelijke settings en een hogere doelmatigheid van de inzet? Voortbouwend op de voorstudie, de RIVM Monitor NPP en de effectiviteitsonderzoeken in het 5e Preventieprogramma, heeft dit project de volgende doelstellingen: A. Het analyseren van de voorgeschiedenis van het NPP en internationaal vergelijkbare programma’s ten aanzien van gezondheid in Finland, Canada, Australië, en Schotland, en indien beschikbaar ten aanzien van andere sectoren, om de betekenis van het NPP als een duurzaam en vernieuwend sturingsarrangement historisch en internationaal te duiden; B. Het op basis van de inzichten uit A kwalitatief monitoren van het functioneren van het NPP als arrangement voor de samenhang, verspreiding, borging en verantwoording van gezondheidsbevorderende activiteiten in de pledges en verkennen van de doelmatigheid daarvan; C. Het op basis van de inzichten uit A en B faciliteren van een dialoog tussen pledgehouders en stakeholders over de doelstellingen, plannen, regels, afspraken en ervaringen in de uitvoering ten behoeve van bijsturing van het NPP. Deze doelen zijn ieder opgedeeld in twee onderzoeksvragen: 1. Welke factoren uit de voorgeschiedenis van het NPP hebben ertoe geleid dat het NPP in deze vorm is opgezet en hoe verhoudt het NPP zich tot andere maatschappelijke en beleidsontwikkelingen die maatschappelijke zelfsturing beogen te stimuleren? (A1) 2. Wat kunnen we leren van internationale ervaringen met de doeltreffendheid en doelmatigheid van vergelijkbare programma’s in Finland, Canada, Australië, en Schotland? (A2) 3. Hoe ontwikkelt het Programmabureau in samenspraak met de pledgehouders en stakeholders arrangementen en andere prikkels om de samenhang tussen, de verspreiding, borging en verantwoording van gezondheidsbevorderende activiteiten in de pledges te bevorderen? (B1) 4. Hoe verloopt de uitvoering van de pledges in relatie tot het gezamenlijk bepalen en aanscherpen van doelstellingen, strategieën, en verantwoordingsregels tussen pledgehouders en stakeholders, en welke transactiekosten zijn daarmee gemoeid? (B2) 5. Hoe draagt de facilitering van dialoog over de tussentijdse bevindingen in het Platform van pledgehouders en stakeholders bij aan reflectie en aanpassing of bijsturing van het NPP? (C1) 6. Hoe kunnen participatieve onderzoeksmethoden in geselecteerde cases van pledges de werking van het NPP nader analyseren m.b.t. het vermogen van de pledgehouders om hun activiteiten duurzaam te borgen en hierover in onderlinge overeenstemming verantwoording af te leggen? (C2) Aanpak in drie stappen Dit voorstel biedt behalve een evaluatie van de bestuurlijk-organisatorische aanpak van het NPP ook handvatten voor de bijsturing en duurzame continuering van de integrale maatschappelijke zelfsturing op gezondheid na afloop van het NPP. Deel A Desk research A1. Documentenanalyse A2. Internationale literatuurstudie Deel B Veldwerk B1. Kwalitatieve monitoring Programmabureau B2. Monitoring selectie van pledges Deel C Actiegericht onderzoek C1. Platformfacilitering responsieve evaluatie C2. Participatieve methoden bij geselecteerde pledges Expertise In het onderzoeksconsortium is brede expertise vertegenwoordigd vanuit public health, bestuurskunde, gezondheidseconomie, marketing en politicologie. Meerdere instituten zijn betrokken (Universiteit Maastricht, Radboud Universiteit, Erasmus Universiteit, Universiteit van Amsterdam, het RIVM en organisatieadviesbureau Common Eye). Tevens is afstemming met het project Monitoring NPP geborgd door deelname van het RIVM. Wijze van rapportage en disseminatie Mondelinge en schriftelijke rapportages vinden plaats voorafgaand aan de congressen van het NPP, en in juni 2015, oktober 2015, mei 2016, en oktober 2016. Producten bestaan uit publicaties op de website van het Programmabureau NPP, een combinatie van wetenschappelijke artikelen in nationale en internationale tijdschriften, publicaties in professionele vakbladen en waar mogelijk en opportuun brieven in dagbladen en mondelinge presentaties en debatverslagen.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
531005010
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2014
2017
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. D. Ruwaard
Verantwoordelijke organisatie:
Maastricht University