Mobiele menu

SchouderZorg Substitutie Project

Projectomschrijving

Mensen met aanhoudende schouderpijn worden voor diagnostiek verwezen naar een orthopedisch chirurgisch specialist. Maar is dat wel de juiste plek? Dit project heeft de huidige chirurgische schouderzorg in kaart gebracht in de regio Amsterdam/Amstelland. Middels een subsidie van ZonMw is data verzameld van instellingen welke over de afgelopen 5 jaar orthopedische schouderzorg hebben geleverd. Het blijkt dat deze schouderzorg voor een groot deel gevuld is met niet chirurgische zorg. Een klein deel krijgt een operatie en er is een forse toename van artrose gerelateerde chirurgische zorg. De tijdsdruk op de poli’s is hoog. Het grote aantal niet chirurgische patiënten heeft echter behoefte aan uitleg over de diagnose en herstel, een individueel behandelplan en een specifieke verwijzing. Deze zorg kost tijd en zou voor de toekomst ondergebracht kunnen worden op een schouder triage poli. Mogelijk is dit een betere plek welke zal leiden tot hogere patiënt tevredenheid en verbetering van de kwaliteit van zorg.

Verslagen


Samenvatting van de aanvraag

Inleiding Schouderpijn is de derde meest voorkomende musculoskeletale klacht in Nederland.1 In de werkende populatie komt bij 18-34 % schouderpijn voor.2 Hierdoor zorgt schouderpijn voor arbeidsverzuim en hoge gezondheidskosten.3 Maar ook in de oudere niet werkende populatie komt schouderpijn veel voor, welke naar verwachting, door de vergrijzing, zal toenemen. De wijze waarop de schouderzorg in Nederland op dit moment is geregeld kan kwalitatief beter, efficiënter en hierdoor mogelijk ook goedkoper. Huidige werkwijze Mensen met schouderpijn bezoeken hun huisarts, die volgens de NHG schouderstandaard de eerste 6 weken een afwachtend beleid voert.4 Er wordt verwezen naar een fysiotherapeut als klachten langer aanhouden of bij dreigend disfunctioneren. Als ondanks behandeling patiënten klachten of belemmeringen blijven behouden wordt verwezen naar een in schouderklachten gespecialiseerde medisch specialist. Van alle nieuwe schouderklachten heeft na 6 maanden 40% nog steeds schouderpijn.3 De kans dat mensen met schouderpijn hierdoor een bezoek aan een medisch specialist brengt is aannemelijk hoog. Kosten die gepaard gaan met deze vorm van zorg zouden door substitutie verlaagd kunnen worden. In het OLVG zijn het afgelopen jaar 3200 nieuwe schouder patiënten gezien door de orthopedisch chirurgische schouderpoli. Gemiddeld wordt per bezoek voor deze zorg 7-10 minuten gerekend, waarin een diagnose moet worden gesteld en een behandeladvies moet worden gegeven. Tachtig tot negentigprocent van deze patiëntengroep wordt weer terugverwezen naar in de 1e lijn met een niet-chirurgische indicatie en in de meeste gevallen met een retour verwijzing naar de fysiotherapeut. Gezien de korte consulttijd van een medisch specialist is deze niet in staat de functioneel fysiotherapeutische aspecten van de patiënt met schouderpijn in kaart te brengen, waardoor generalistische behandeladviezen worden meegegeven. Onder het hoge percentage niet-chirurgische indicaties, vallen voornamelijk tendinopathie, schouderblad-nek pijn, frozen shoulder en a-traumatische instabiliteit. In schouderklachten gespecialiseerde extended scope fysiotherapeuten kunnen deze diagnoses klinisch vaststellen, zo nodig ondersteund met beeldvorming. Daarnaast hebben zij de kennis om schouderpijn te triëren en de wel chirurgische indicaties naar de medisch specialist in de 2e lijn door te sturen. De verwachting is dat door het creëren van een schouder triage poli, waar een in schouderklachten gespecialiseerde extended scope fysiotherapeut de diagnose stelt en een behandelplan maakt, de kwaliteit van schouderzorg verbetert, de patiënt tevredenheid omhoog gaat en mogelijk de kosten verminderen. Methode Alle schouderpatiënten die door de huisarts zijn verwezen, worden door een in schouderzorg gespecialiseerde extended scope fysiotherapeut getrieerd. Vier in schouderklachten gespecialiseerde extended scope (ES) fysiotherapeuten worden opgeleid in specifieke schouderzorg triage. Patiënten worden gerekruteerd door lokale huisartsen en via de 2e lijn schouderpoli in het OLVG. Het project neemt 2 jaar in beslag. In deze tijd zal innovatiegelden en transformatiegelden voor de 2e lijn zorg worden aangevraagd via de desbetreffende zorgverzekeraars. Middels een kwantitatieve en kwalitatieve retrospectieve analyse van data uit het OLVG (topklinische expertisecentrum voor schouder en elleboog) wordt bepaald hoe de huidige schouderzorg wordt ingericht en welke kosten hiermee gepaard gaan. Er wordt een regio-analyse gedaan hoe de zorg is ingericht in de regio Amsterdam- Amstelland. Er worden een nulmeting gedaan binnen het MC Jan van Goyen op indicaties, patiënt tevredenheid en inhoud van zorg. De nieuwe zorg wordt kwantitatief en kwalitatief geëvalueerd op: patiënt niveau (tevredenheid), zorg niveau (behoud van kwaliteit, aantal (on)terechte verwijzingen naar de 2e lijn, hoeveelheid aangevraagde beeldvorming, verwijzingen 2e lijn, gemiste verwijzingen 2e lijn, inhoud behandeling en aantal injecties.), zorgproces beschrijving en op kosteneffectiviteit niveau. Resultaten Naar verwachting zal 60-70%% van de 3200 nieuwe schouder patiënten per jaar via een 1,5 lijn triage terugstromen naar de 1e lijn. De verwachting is dat het patiënt tevredenheid niveau hoog is, aangezien er gemiddeld meer tijd is per patiënt (30 minuten versus 7-10 minuten), de patiënt een uitgebreider onderzoek krijgt en een gerichte verwijzing met inhoudelijk behandelplan. Van de kwaliteit van zorg wordt verwacht dat deze gelijk blijft, de indirecte kosten zullen niet lager zijn, maar de directe kosten zullen naar verwachting 25-30% lager worden. Dit Schouderzorg Substitutie Project, waarbij onnodige dure 2e lijn zorg wordt teruggebracht naar goedkopere en kwalitatief betere 1,5 lijn zorg geeft naar verwachting de volgende voordelen; - juiste zorg op de juiste plek - meer tijd per patiënt - zuivere chirurgisch specialistische schouderpoli’s - inhoudelijk completere zorg - goedkopere zorg

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
10100441910001
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2019
2021
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
M.Sc. K.M.C. Hekman
Verantwoordelijke organisatie:
Medisch Centrum Jan van Goyen