Verslagen

Eindverslag

Samenvatting
Dit item is dichtgeklapt
Dit item is opengeklapt

DITSMI staat voor Diagnosticeren, indiceren en behandelen van mensen met een ernstige psychische aandoening waarbij positieve psychiatrie het uitgangspunt is.

Het zogenaamde DIB-overleg staat centraal voor diagnostiek & indicatiestelling voor behandeling. Hierbij wordt door een multidisciplinair behandelteam consensus bereikt over de actuele beschrijvende diagnose (en DSM-classificatie) en welke psychologische en/of medicamenteuze behandeling is geïndiceerd.

DITSMI is ontwikkeld binnen de context van een kliniek maar is ook implementeerbaar binnen andere afdelingen en contexten (klinisch, beschermd wonen en FACT) en binnen het zorgnetwerk van ggz-huisartsen-apothekers-sociaal domein. Hierbij is aandacht voor het (zorg)netwerk van de patiënt essentieel.

 

Het advies is om voorafgaande aan de daadwerkelijke implementatie van DITSMI Actieonderzoek in te zetten voorafgaand en gedurende het implementatieproces om bevorderende en belemmerende factoren in beeld te hebben.

 

 

Resultaten
Dit item is dichtgeklapt
Dit item is opengeklapt

DITSMI is tijdens de projectperiode geïmplementeerd bij:

A. Intensieve Vervolgbehandeling (IVB) de Meent & bungalows – klinische context GGNet.

De implementatie van DITSMI binnen de afdelingen IVB is succesvol verlopen. De doelstelling van het includeren van ten minste 40 patiënten is ruimschoots gehaald. Hiermee is aangetoond dat DITSMI uitvoerbaar is in de praktijk en dat het model volledig geïntegreerd is in het zorgproces van deze afdelingen.

→ Inclusie van 216 unieke patiënten op afdelingen IVB tussen 1 mei 2019 en 31 juli 2021. Tijdens deze implementatieperiode is (indien informed consent patiënt) data verzameld ten behoeve van een wetenschappelijk artikel met als doel de resultaten uit het eerste cohort te vergelijken met dit project.

B. Beschermd wonen Eibergen en Didam – Beschermd wonen context GGNet.

Om DITSMI te implementeren moesten vooraf de huisartsen en apothekers van de patiënten worden geïnformeerd en zich willen conformeren aan dit project. Tijdens en na afloop van de projectperiode is het daarom nodig om relatiebeheer te beleggen en afspraken te maken rondom coördinatie patiëntenzorg (netwerkzorg).

→ Inclusie van 16 patiënten BW Eibergen ): evaluatie en projectresultaten zijn gedeeld met de huisartsengroep en apothekers Eibergen.

→ Inclusie van 20 patiënten BW Didam:

De resultaten zijn geborgd in werkafspraken tussen GGNet en de huisartsengroep Didam.

 

Bij GGZ Oost Brabant is het includeren van patiënten opgestart, maar Covid-19 heeft gezorgd voor stagnatie. Tevens speelde een sterke wisseling van personeel (management en zorgprofessionals) een rol zodat het project onvoldoende van de grond kwam. De resultaten tot nu toe zijn, kort samengevat:

C. Huize Padua – klinische context GGZ Oost Brabant.

• Inclusie van 20 patiënten van de klinische verblijfsafdeling die hebben ingestemd met het delen van relevante data ten behoeve van een controlegroep. Gegevens van 0-meting zijn verzameld evenals de toestemmingsformulieren. De gegevens van deze groep patiënten zullen vergeleken worden met de gegevens van patiënten in zorg bij IVB GGNet.

D. FACT Uden – ambulante context GGZ Oost Brabant.

Tevens is een start gemaakt om bij drie verschillende FACT-teams DITSMI te implementeren op geleide van reguliere patiëntafspraken. Gegevensverzameling 0-meting is eveneens opgestart.

 

Samenvatting van de aanvraag

Samenvatting
Dit item is dichtgeklapt
Dit item is opengeklapt

Patiënten met een ernstige psychische aandoening (EPA) zijn vaak langdurig in behandeling, herstellen langzaam en hun levensverwachting is 15 tot 25 jaar korter dan gemiddeld. De belangrijkste oorzaken zijn: suïcide, ongevallen en hart- en vaatziekten. Dit laatste heeft te maken met een ongezonde levensstijl en bijwerkingen van medicatie.

 

Het doel van dit vervolgproject is om de resultaten van DITSMI (verkregen tijdens het project Optimaliseren richtlijnadherente diagnostiek, medicamenteuze en psychologische behandeling bij GGZ patiënten in de langdurige zorg als doorbraakproject) breder beschikbaar te stellen binnen GGNet en bij GGZ Oost Brabant.

Uit onderzoek tijdens het bovengenoemde project bleek dat huidige diagnoses en indicatiestellingen niet (meer) passend waren, het behandeleffect niet structureel werd geëvalueerd en dat veel patiënten niet volgens de huidige richtlijnen behandeld werden. Het ontbreken van een goede behandelrationale voor deze patiëntengroep heeft geleid tot het ontwikkelen van DITSMI: Diagnose Indicate Treat Severe Mental Illness. (Diagnosticeren, indiceren en behandelen van Ernstige Psychische Aandoeningen). In de afgelopen 2 jaar is aantoonbaar gemaakt dat het toepassen van DITSMI als zorgmodel bijdraagt aan goede patiëntenzorg, namelijk kwalitatief hoogwaardige diagnostiek en behandeling. Dit heeft geresulteerd in een forse afname van zorgbehoefte bij patiënten. De eerste resultaten van DITSMI (2014-2017 n=83) toonde dat aan: 49% van de DSM classificatie (diagnose) en 67% van de indicatie van de behandeling veranderde; een daling van alle medicatie van 14%, een afname van 30% antipsychoticumgebruik en een duidelijke afname (48%) van parasympaticolytische medicatie. De bevindingen van de Health of the Nations uitkomstschaal laten een verbetering zien bij 25% van de patiënten. De totale opbrengsten zoals gedeclareerd aan de ziektekostenverzekering daalde in drie jaar tijd met 48 % (Veereschild et al., submitted).

 

DITSMI is gericht op medisch-, maatschappelijk- en sociaal herstel, is contextonafhankelijk, met veel aandacht voor zelfreflectie van de zorgprofessional op het eigen professionele handelen en het contact met de patiënt .

De nadruk ligt op diagnosticeren in plaats van classificeren. De “beschrijvende diagnose” is hierbij van groot belang met nadruk op de “stem” van de patiënt ten aanzien van zingeving en persoonlijk herstel op diverse levensgebieden.

Het zorgmodel DITSMI bestaat uit een combinatie van multidisciplinaire diagnostiek en indicatiestelling, medicamenteuze en psychologische behandeling volgens professionele richtlijnen welke leidt tot afbouw van medicatie bij patiënten met EPA, het risico op stagnatie in behandeling minimaliseert en tevens leidt tot vermindering van de zorgconsumptie.

Het toepassen van DITSMI beoogt als zodanig het optimaliseren van diagnose- en indicatiestelling en richtlijnadherente behandeling, met als doel om de kwaliteit van leven van mensen met een ernstige psychische aandoening te verbeteren, waaronder het hervinden van hoop en zingeving, een positiever zelfbeeld en het herwinnen van de eigen regie over een leven buiten de psychiatrie in een maatschappelijke omgeving.

 

“Ik heb jarenlang geen eigen verantwoordelijkheid gehad. Ik mocht niks zelf beslissen. Ik had geen stem. Die kreeg ik nu wel. Ik kon nu ook aangeven wat ik vond dat ik nodig had. En niet dat anderen weer voor mij gingen praten. Want uiteindelijk weet ik meestal, toch zelf wel het best.” ggnet.nl/behandelingen/ditsmi).

 

Patiënten, familie, cliënten- en familieraden en ervaringsdeskundigen zijn reeds actief betrokken vanuit het project DITSMI als klankbordgroepen en zijn onderdeel van en/of betrokken bij het behandelteam.

 

Naar boven
Direct naar: InhoudDirect naar: NavigatieDirect naar: Onderkant website