Mobiele menu

Tissue engineering en reconstructieve chirurgie voor ernstige congenitale afwijkingen

Projectomschrijving

Patiënten met een te kleine blaascapaciteit moeten een blaasvergroting ondergaan. Momenteel wordt dit met darmweefsel gedaan, waarbij complicaties op de korte en lange termijn kunnen ontstaan. Middels ‘Tissue Engineering’ wordt getracht beschadigd of ontbrekend weefsel te laten regenereren. Hierbij wordt een 'biomatrix', een substituut gemaakt van collageen, in weefsel aangebracht. Het lichaam laat lichaamseigen cellen ingroeien in dit product, en breekt de biomatrix uiteindelijk ook af, zodat nieuw lichaamseigen weefsel wordt gevormd. In een model voor een te kleine blaas onderzoeken wij of op deze wijze een blaasvergroting kan worden uitgevoerd.
Patiënten met een spina bifida (open ruggetje) hebben na de geboorte veel comorbiditeit, bijvoorbeeld een hydrocephalus (waterhoofd), blaasfunctie- en/of beenfunctie problemen. In studies is aangetoond dat de ernst van deze aandoeningen verminderd kan worden door het openliggende ruggenmerg reeds voor de geboorte, in de baarmoeder, af te dekken. Bedekking met een biomatrix zou deze moeilijke ingreep danig kunnen vereenvoudigen.

Producten

Titel: Proliferation of seeded cells on different collagen-scaffolds and commercially available small intestinal submucosa
Titel: Proliferation of seeded urothelial and smooth muscle cells on different collagen scaffolds and commercially available small intestinal submucosa
Titel: Primary closure compared to bladder augmentation with a collagen scaffold in a model for bladder exstrophy.
Titel: BLADDER RECONSTRUCTION AND REGENERATION OF A BLADDER EXSTROPHY IN A FETAL SHEEP MODEL
Titel: Bladder augmentation by tissue engineering using multiple scaffolds in one bladder and growth factors in a porcine model.
Titel: BLADDER TISSUE REGENERATION WITH A COLLAGEN-BASED BIOMATRIX IN A MODEL FOR BLADDER EXSTROPHY COMPARED TO REGENERATION IN NORMAL BLADDER
Titel: Tissue engineered constructs or urinary diversion in a porcine model.
Titel: In vitro evaluatie van collageen scaffolds en commercieel verkrijgbaar small intestinal submucosa voor tissue engineering van de blaas
Titel: POSTNATAL REPAIR OF BLADDER EXSTROPHY WITH A COLLAGEN-HEPARIN BIOMATRIX WITH GROWTH FACTORS IN A SHEEP MODEL
Titel: Bladder augmentation by tissue engineering using multiple scaffolds in one bladder and growth factors in a porcine model.
Titel: BLADDER RECONSTRUCTION AND REGENERATION OF A BLADDER EXSTROPHY IN A FETAL SHEEP MODEL
Titel: Prenatal coverage of an experimental spina bifida defect by gluing a growth factor loaded collagen scaffold improves neurological outcome.
Titel: BLADDER TISSUE REGENERATION WITH A COLLAGEN-BASED BIOMATRIX IN A MODEL FOR BLADDER EXSTROPHY COMPARED TO REGENERATION IN NORMAL BLADDER
Titel: Collagen-based biomatrices for postnatal repair in sheep model with bladder exstrophy
Titel: Collagen-based biomatrices for postnatal repair in sheep model with bladder exstrophy
Titel: Primary closure compare to bladder augmentation with a collagen scaffold in a model for bladder exstrophy.
Titel: Postnatal Repair of Bladder Exstrophy with a Growth Factor Enriched Collagen-heparin Biomatrix
Titel: Blaasaugmentatie door tissue engineering met meerdere scaffolds in een blaas en groeifactoren in een varkensmodel.
Titel: POSTNATAAL HERSTEL VAN DE BLAAS MIDDELS TISSUE ENGINEERING IN EEN DIERMODEL VOOR BLAASEXTROFIE
Titel: Coverage of fetal skin defects with a collagen biomatrix loaded with growth factors in a sheep model
Titel: Tissue engineered tubular constructs for urinary diversion in a pre-clinical porcine model.
Auteur: Geutjes PJ*, Roelofs LAJ*, Hoogenkamp HH, Walraven M, Kortmann BBM, de Gier RPE, Farag FF, Tiemessen DM, Sloff M, Oosterwijk E, van Kuppevelt TH, Daamen WF, Feitz WFJ. (*equally contributed)
Magazine: Journal of Urology
Titel: Fetal bladder wall regeneration with a collagen biomatrix and histological evaluation of bladder exstrophy in a fetal sheep model.
Auteur: Roelofs LA, Eggink AJ, Hulsbergen-van de Kaa CA, Wijnen RM, van Kuppevelt TH, van Moerkerk HT, Crevels AJ, Hanssen A, Lotgering FK, van den Berg PP, Feitz WF.
Magazine: Fetal Diagnosis and Therapy
Titel: Fetal Abdominal Wall Repair with a Collagen Biomatrix in an Experimental Sheep Model for Gastroschisis.
Auteur: Roelofs LA, Eggink AJ, Hulsbergen-van de Kaa CA, van den Berg PP, van Kuppevelt TH, van Moerkerk HT, Crevels AJ, Lotgering FK, Feitz WF, Wijnen RM.
Magazine: Tissue Engineering
Titel: Prenatal coverage of experimental gastroschisis with a collagen scaffold to protect the bowel.
Auteur: Luc A Roelofs, Paul J Geutjes, Christina A Hulsbergen-van de Kaa, Alex J Eggink, Toin H van Kuppevelt, Willeke F Daamen, Jane A Crevels; Paul P van den Berg, Wout F Feitz.
Magazine: Journal of pediatric surgery
Titel: Intra-uterine tissue engineering of full-thickness skin defects in a fetal sheep model.
Auteur: Hosper NA, Eggink AJ, Roelofs LA, Wijnen RM, van Luyn MJ, Bank RA, Harmsen MC, Geutjes PJ, Daamen WF, van Kuppevelt TH, Tiemessen DM, Oosterwijk E, Crevels JJ, Blokx WA, Lotgering FK, van den Berg PP, Feitz WF.
Magazine: Biomaterials
Titel: Bladder augmentation using multiple scaffolds in one bladder and growth factors in a porcine model.
Titel: Tissue engineering of diseased bladder using a collagen scaffold in a bladder exstrophy model
Auteur: Luc A.J. Roelofs, Barbara B.M. Kortmann, Egbert Oosterwijk, Alex J. Eggink, Dorien M. Tiemessen, A. Jane Crevels, Rene M.H. Wijnen, Willeke F. Daamen, Toin H. van Kuppevelt, Paul J. Geutjes, Wout F.J. Feitz
Magazine: British Journal of Urology International
Titel: Tissue Engineering for Congenital Anomalies concerning the Bladder and Abdominal Wall
Auteur: Promovendus: L.A.J. Roelofs Promotores : W.F.J. Feitz, R.H.M. Wijnen Co-promotores : P.J. Geutjes, A.H.M.S.M. van Kuppevelt, W.F. Daamen
Titel: Handbook of Intelligent Scaffolds for Tissue Engineering and Regenerative Medicine.
Auteur: Daamen WF, Faraj KA, Koens MJW, Lammers G, Brouwer KM, Uijtdewilligen PJE, Nillesen STM, Roelofs LA, Nuininga JE, Geutjes PJ, Feitz WF, Kuppevelt TH.

Verslagen


Eindverslag

Introductie: Ernstige aangeboren afwijkingen hebben een grote impact op het leven van patienten. Met behulp van 'Tissue engineering' kunnen beschadigde of ontbrekende weefsels worden hersteld. In dit project zijn behandelingsopties bestudeerd voor aangeboren afwijkingen van de blaas, waarbij een blaasvergroting nodig is, en voor spina bifida.

Methode: De aangeboren afwijking blaasextrofie werd chirurgisch nagebootst in een foetaal schapenmodel, wat grote overeenkomst vertoont met de afwijking bij mensen. In dit model voor een zieke blaas werd na de geboorte de blaas hersteld met een 'biomatrix' bestaande uit collageen. Deze groep werd vergeleken met een groep lammeren met een normale blaas waarin een biomatrix werd gehecht en een groep waarbij de blaas zonder biomatrix werd gesloten. Tevens werd een groep hersteld met een verbeterde biomatrix waaraan de groeifactoren VEGF, FGF2 en EGF zijn gekoppeld.
In een foetaal schapenmodel voor huiddefecten werd wondgenezing met de collageen biomatrix vergeleken met een biomatrix met de groeifactoren VEGF en FGF2, of een onbedekte wond. Vervolgens werd de biomatrix met groeifactoren getest in een foetaal schapenmodel voor spina bifida waarbij de myelomeningocele werd bedekt met de biomatrix, en vergeleken met een commercieel verkrijgbare acellulaire dermale matrix. Evaluatie vond plaats middels histologisch onderzoek en functionele testen.

Resultaten: Met de collageen biomatrix werd in het blaasextrofie model nieuw blaasweefsel gevormd vergelijkbaar met regeneratie bij een gezonde blaas, bestaande uit urotheel, bloedvaten, spiercellen en zenuwvezels. De toevoeging van groeifactoren verbeterde de groei van urotheel, spiercellen en bloedvaten. De blaascapaciteit nam niet significant toe.
De toevoeging van groeifactoren heeft een positief effect op de foetale wondgenezing, het bevordert de ingroei van vascularisatie en vermindert de ingroei van myofibroblasten waardoor contractie vermindert. Het herstel van een foetus met spina bifida met een biomatrix is mogelijk en lijkt bij langdurige follow up na geboorte de comorbiditeit te verminderen.

Conclusie: De collageen biomatrix met groeifactoren zorgt voor verbeterde regeneratie van blaasweefsel. Grote biomatrices zullen getest moeten worden om ook een significante blaasvergroting te bewerkstelligen.
Het sluiten van de wond bij een foetus met een collageen biomatrix vermindert de comorbiditeit na geboorte. De techniek zal getest moeten worden met gebruik van minimaal invasieve technieken om de kans op vroeggeboorte te verminderen.

Samenvatting van de aanvraag

Relevantie: Kinderen met blaasextrofie of spina bifida behoeven intensieve medische follow-up en vormen een belangrijk deel van de kinderurologische patiëntengroep. Bij blaasextrofie zijn de blaas, blaassfincter, urethra en symfyse opengespleten, en is de blaasplaat zeer klein en fibrotisch (fig. 1A). De incidentie van blaasextrofie is 1 per 10.000-50.000 levendgeborenen. De belangrijkste problemen zijn de blaasfunctie, 30-50% incontinentie ondanks meerdere operaties, en nierfunctieverlies door slechte blaasfunctie. Veel patiënten hebben een blaasaugmentatie nodig om de capaciteit te vergroten. De huidige techniek, gebruikmakend van darmweefsel, laat veel complicaties zien (cumulatief risico 22-49%) zoals infecties, metabole verstoringen, steen- en slijmvorming, urinelekkage, perforaties en zelfs maligne degeneratie. Patiënten met een spina bifida aperta hebben een sluitingsdefect van wervelkolom, spieren en huid, met expositie van het ruggenmerg (fig. 2A). De belangrijke problemen zijn gestoorde blaas- en beenfunctie, anorectale disfunctie en hydrocephalus. De incidentie is 1 per 2.000 levendgeborenen. Probleemstelling: Ondanks grote operaties en intensieve medische behandeling zijn patiënten met blaasextrofie en spina bifida vaak nog ernstig geïnvalideerd en nieuwe innovatieve technieken zijn nodig om de huidige klinische resultaten te verbeteren. Tissue engineering met reconstructieve chirurgie biedt hiervoor een mogelijkheid. -Blaasextrofie: Tissue engineering is gebruikt om blaasweefsel te regenereren in gezonde dieren. Recent onderzoek toonde aan dat regeneratie bij ‘ziek’ blaasweefsel slechtere resultaten geeft dan bij gezond blaasweefsel. Om de resultaten extrapoleerbaar te maken naar de patiënt is dus een nieuw model nodig om blaasweefselregeneratie te onderzoeken. In voorgaand onderzoek hebben we een foetaal diermodel voor blaasextrofie ontwikkeld met grote overeenkomst met kinderen met deze aandoening (fig. 1B-D). Dit unieke model zal gebruikt worden voor de onderzoeksvraag hoe blaasregeneratie met behulp van tissue-engineering plaatsvindt in deze doelgroep. Om grotere delen te regenereren, zodat de blaascapaciteit afdoende toeneemt, en fibrose en necrose te voorkomen, is verfijning van de biomatrix nodig. Hierbij is van belang dat versnelde en verbeterde neovascularisatie optreedt, zodat nutriënten afdoende aangeleverd kunnen worden, en dat ook weefselingroei wordt versneld. Aanpassing van de collageen-structuur en de incorporatie van groeifactoren is een oplossing en zal bestudeerd worden. -Spina bifida: In experimentele humane studies wordt getracht intra-uterien het defect bij spina bifida aperta af te dekken met eigen huid om secundaire schade die ontstaat tijdens de intra-uteriene periode te voorkomen. De resultaten zijn bemoedigend, maar verbetering van de techniek is vereist om ernstige complicaties als premature bevalling te verminderen. In voorgaand onderzoek hebben we een foetaal diermodel ontwikkeld voor spina bifida en tevens het defect afgedicht met een collageen-biomatrix, wat een geheel nieuwe benadering is (fig. 2B+C). In de biomatrix groeien lichaamseigen cellen in, leidend tot huidweefselregeneratie en afbraak van de biomatrix. Bij geboorte was de neurologische schade sterk verminderd (fig. 2D+E). Deze methode is een sterke vereenvoudiging van de operatie, waardoor het complicatierisico zal afnemen. Belangrijke vraagstelling bij het herstel van een spina bifida met biomatrices is of de oplossing ook op de lange termijn zonder complicaties blijft, of dat er door mogelijke adhesies met het neurale weefsel een extra operatie nodig is. Tevens zal ook voor huidweefsel een gemodificeerde biomatrix ontwikkeld worden om ook grotere huiddefecten afdoende te herstellen. Plan van aanpak: De bestaande biomatrix van collageen (fig. 3A) wordt gemodificeerd door aanpassingen aan de collageen-structuur en incorporatie van groeifactoren EGF (urotheel), FGF2 (gladde spiercel en fibroblasten), VEGF (neovascularisatie) en FGF7 (keratinocyten en fibroblasten). De invloed hiervan wordt in-vitro getest door blaas- (urotheel, gladde spiercellen) en huidcellen (keratinocyten, fibroblasten) op deze matrices aan te brengen en celproliferatie en differentiatie te evalueren. In het diermodel voor blaasextrofie, wordt de blaas postnataal hersteld met behulp van een collageen biomatrix en vergeleken met inhechting van een biomatrix in een gezonde blaas middels functioneel en histogisch onderzoek. Tevens wordt het effect van de gemodificeerde biomatrix onderzocht. In een foetaal model waarbij huiddefecten worden aangebracht zal huidregeneratie met de collageen-biomatrix vergeleken worden met de gemodificeerde biomatrix. Vervolgens wordt in het model voor spina bifida aperta het defect hersteld met de beste biomatrix. Postnataal wordt op verschillende tijdstippen neurologisch en histologisch onderzoek verricht voor beoordeling of verdere postnatale ingrepen nodig zouden zijn na een prenatale hersteloperatie.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
92003456
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2007
2014
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. W.F.J. Feitz
Verantwoordelijke organisatie:
Radboudumc